Er vloeide ongelooflijk veel bloed, aan beide zijden. In ‘De oorlog heeft geen vrouwengezicht’ verzamelde Svetlana Alexijevitsj de herinneringen van honderden van deze vrouwen in allerlei functies binnen het leger. Ze waren snipers, tankchauffeurs of verrichtten medische arbeid onder de honderdduizenden zwaargewonden. Het werk van Svetlana Alexijevitsj is bijzonder, zowel qua inhoud als qua vorm. Het is internationaal erkend als vernieuwend en maatschappelijk relevant. Haar boeken zijn in 35 talen verschenen, ze ontving vele onderscheidingen, met als ultieme bekroning de Nobelprijs voor Literatuur in 2015.
Sovjet schandvlek
Haar eerste boek ‘De oorlog heeft geen vrouwengezicht’, dateert al uit 1983, maar mocht in de Sovjet-Unie niet gepubliceerd worden. De krant waar ze voor werkte, ontsloeg Svetlana er zelfs om. De Staat beschuldigde haar van het te schande maken van de nationale eer, van pacifisme, naturalisme en het besmeuren van het heldhaftige beeld van het Sovjetleger. Pas ten tijde van Michail Gorbatsjov en z’n Perestrojka mocht het uitkomen en wel in een oplage van 2 miljoen.
Bekentenisromans
Svetlana Alexijevitsj werd in 1948 geboren in Oekraïne, maar groeide op in Wit-Rusland. Daar startte ook haar carrière. In 2000 moest ze haar land ontvluchten vanwege het Loekasjenko-regime. Ze woonde daarna in Italië, Duitsland en Zweden, om in 2011 terug te keren naar Minsk. Haar verhalen vormen een combinatie van journalistiek en romanschrijven. Het zijn zogenaamde bekentenisromans: monologen van individuele personen waarin zij hun ervaringen in de historische context vertellen. Tezamen vormen zij een groot verhaal over het betreffende onderwerp.
Kleine mensen, grote geschiedenis
Over het genre zegt de auteur zelf: “Ik schrijf de geschiedenis van gevoelens, van de ziel, niet van de oorlog of de staat, geen heldenlevens, maar die van de kleine mens die vanuit het gewone leven de epische diepte in is geslingerd van een enorme gebeurtenis: de Grote Geschiedenis.” Wat de vrouwen in het Rode Leger meemaakten was zo gruwelijk dat ze er lange tijd over (moesten) zwijgen. In de vier jaar van hun oorlog leren ze alles en durven ze alles. Ze slaan een belangrijk stuk van hun leven over om hun vaderland te dienen. In plaats van bruiden zijn ze soldaten. In het begin bespot en uitgelachen door hun mannelijke collega’s: “Jij met je dunne armpjes!” Ze droegen geweren die soms groter waren dan zijzelf of hielden ze vast alsof het een pop was. Ze schieten, werpen bommen, worden gevangen genomen en gefolterd. Zonder uitzondering spreken ze in het boek over hun sterke vaderlandsliefde, hun idealisme en hun eendracht. De meesten waren nog tienermeiden toen zij zich, meestal vrijwillig, meldden voor het front. Zingend de strijd in. Schrijnend, als je bedenkt wat zij zouden meemaken, maar ook met de kennis van nu over het regime waaronder zij daarna leefden.
Zwijgen
Na WO II krijgen ze medailles, maar ze mogen vooral niet over de oorlog praten, laat staan publiceren. Er is alleen plek voor de heldenverhalen van de mannen. Een bekend fenomeen, ook wel ‘history versus herstory’ genoemd. Tientallen jaren na de oorlog onderhielden veel van deze vrouwen nog steeds contact met hun frontvriendinnen, althans: met degenen die er nog waren. Alleen met elkaar kunnen zij immers herinneringen ophalen en is er totaal begrip. Svetlana werd de allereerste buitenstaander met wie zij hun verhalen durfden delen. Verhalen van volwassen vrouwen die in staat zijn om boven hun ervaringen te staan en te reflecteren op hun vroegere, jongere zelf.
Herstory
De oorlog kent twee beschrijvingen. De heroïsche mannenversie schreef geschiedenis, de veel reëlere vrouwenversie bleef lang verborgen, vanwege schaamte, teleurstellingen en het patriarchale sovjetsysteem. “Svetlana Alexijevitsj legt de emoties vast van historische gebeurtenissen door interviews met duizenden getuigen. Daarmee creëerde ze een nieuw literair genre”, aldus het Nobelcomité in 2015 in hun juryrapport. De auteur zelf verwoordt het als volgt. “Precies daar, in de warme menselijke stem, in de levendige weerspiegeling van het verleden, verbergt zich de oorspronkelijke vreugde en openbaart zich de onafwendbare tragiek van het leven, zijn chaos en hartstocht, zijn unieke karakter en onbegrijpelijkheid. Alles is echt.”
Veelschrijfster
Na haar werk over de Tweede Oorlog publiceerde Alexijevitsj achtereenvolgens: ‘Zinkjongens’ (over de 10 jaar durende oorlog tussen de Sovjet Unie en Afghanistan), ‘In de ban van de dood’ (over geslaagde zelfmoorden en zelfmoordpogingen als gevolg van de ondergang van de Sovjet Unie), ‘Wij houden van Tsjernobyl’ (over de ramp met de kerncentrale) en ‘Het einde van de rode mens’ (over de post-Sovjet-tijd van de Russen).
Politieke moed
Vanaf augustus 2020 mengt Svetlana Aleksijevitsj zich in de verkiezingsstrijd rond president Loekasjenko van Wit Rusland, die als kandidaat voor een zesde termijn al zijn serieuze opponenten uitsloot van deelname. Loeksanjenko behaalt daarna zogenaamd 80% van de stemmen, een resultaat dat alleen middels kiesfraude tot stand kon zijn gekomen. Hevige protesten volgen, die door de regering met repressief geweld en een golf van arrestaties worden beantwoord. Svetlana Aleksijevitsj spreekt de president op een vrije radiozender als volgt toe: “Vertrek voor het te laat is, voordat u mensen in een vreselijke afgrond stort, de afgrond van de burgeroorlog. Niemand wil bloed zien. U wilt alleen macht. En het is uw machtshonger die bloedvergieten vereist.”
Foetsie
Vlak daarna wordt bekend dat Svetlana een politieke rol had aanvaard door (samen met onder anderen de mensenrechtenactivist Ales Bialiatski) plaats te nemen in de ‘coördinatieraad’ die een vreedzame machtsoverdracht van president Loekasjenko aan de oppositie zou moeten faciliteren. De Wit-Russische justitie reageert echter met een strafrechtelijk onderzoek naar de coördinatieraad. Een maand later blijken op één na alle leden te zijn gearresteerd, het land uitgezet of na ontvoering spoorloos verdwenen. Alleen Svetlana was ‘officieel’ nog in functie. “Eerst werd ons land gekidnapt, nu worden de besten van ons ontvoerd”, verklaarde zij daarover. Aanvankelijk dacht men dat ze door haar internationale prestige niet opgepakt zou worden, maar ze werd tot een paar keer toch belaagd in haar eigen woning, ondanks westerse bewaking. Hoewel Svetlana Aleksijevitsj aanvankelijk van plan was tot elke prijs in Wit-Rusland te blijven, besloot ze toch uit te wijken naar Duitsland.
Oproep aan Poetin
Met meer dan dan 1000 collega-schrijvers betuigt Svetlana Aleksijevitsj eind februari haar solidariteit met Oekraïne. In een open brief die is gepubliceerd door de internationale schrijversorganisatie PEN International, zeggen de auteurs geschokt te zijn door het geweld van de Russische troepen tegen Oekraïne en doen ze een dringende oproep tot een einde aan het bloedvergieten. Svetlana sprak ook tijdens de grote vredesdemonstratie begin maart in Berlijn.
Karina Holla
In 2013 gaf Svetlana Alexijevitsj een lezing in de Lutherse Kerk in Amsterdam en vroeg performkunstenaar Karina Holla haar toestemming om het boek voor theater te bewerken. “Zij sprak alleen Russisch en natuurlijk moeten de rechten dan nog geregeld worden, maar ze gaf meteen haar handtekening”, zo meldt Karina in dagblad TROUW. Het verhaal gaat dat bij een ontmoeting met Gorbatsjov deze zei: “Zo’n klein vrouwtje, dat zulke indrukwekkende boeken schrijft” en dat zij toen antwoordde: “Zo’n klein mannetje, dat een imperium heeft doen wankelen.” Vorige week speelde Karina Holla een benefietvoorstelling ten bate van giro 555 van ‘Oorlogsvrouwen’ in een uitverkocht theater ‘De Nieuwe Vorst’, Tilburg. Dinsdag 3 mei staat het theaterstuk in Singer in Laren en woensdag 4 mei in De Nieuwe Kolk in Assen.