‘Ik ben een lesbienne die een dubbelleven leidt als ik bij mijn familie in Rusland ben. Mijn Russische moeder is de enige in mijn familie die weet van mijn geaardheid, zelfs mijn vader heeft geen idee. Toen ik aan mijn moeder vertelde dat ik lesbisch was schudde ze haar hoofd en weigerde er met me over te praten. Daarna probeerde ik bijna een jaar lang om mijn geaardheid te negeren, maar uiteindelijk hield ik dat niet meer vol.
Toen een vriendin me uitnodigde om voor de Pride Parade naar Toronto in Canada te komen, hoefde ik dus niet lang na te denken. Het enige wat mijn moeder bij ons afscheid zei was ‘Gedraag je’. Ik heb het geluk dat ik Canadees staatsburger ben: omdat mijn ouders een beter leven wilden, zijn ze in 1998 van Rusland naar Canada verhuisd. Een dubbel geluk voor mij, want hier hoef ik niet bang ze zijn voor mijn veiligheid. Toch dacht ik nog vaak aan de afkeuring van mijn moeder. De dag dat ik haar vertelde dat ik had besloten om naar Rusland te gaan voor familiebezoek las ik haar zorgen in haar ogen, al waarschuwde ze me nergens voor. Dat was niet nodig: Ik wist maar al te goed hoe voorzichtig ik moest zijn.
Rusland is altijd conservatief en homofobisch geweest, maar waar dit zich eerst beperkte tot het afkeuren van homoseksualiteit, is het inmiddels uitgegroeid tot een land en regering die een van de meest harde anti-homostandpunten ter wereld in heeft genomen.
De Russische regering voert bijna voortdurend nieuwe wetten in, die het leven van gay Russen steeds moeilijker dan wel onmogelijk maken.
De huidige wetgeving verbiedt mensen bijvoorbeeld om ‘propaganda van niet-traditionele seksuele relaties met minderjarigen’ te verspreiden. Omdat Russische wetgevers geen duidelijke definitie van homopropaganda hebben, verbiedt de wet om alles wat eventueel positief richting homoseksualiteit uitgelegd kan worden te zeggen. Mensen zijn fysiek aangevallen omdat ze homo waren, politie arresteerde iedereen die een gay pride-evenement in Sint Petersburg bijwoonde, en een neo-nazigroep verspreidde een filmpje waarop ze een homoseksuele jongen meedogenloos in elkaar slaan onder het commentaar dat ze hem een dienst bewezen: ze zouden ‘de homo wel even uit hem slaan.’
Om mijn trip naar Rusland te overleven, moest ik wel doen alsof ik hetero was.
Mijn opa en oma, bij wie ik verblijf tijdens mijn familiebezoekjes, wonen in een klein dorp in Zuidoost-Rusland met een bevolking van minder dan zeshonderd mensen. Zowel mijn grootouders van mijn moeders kant als die van mijn vader wonen hier. De laatste keer dat ik er was, was ik zeventien en nog niet uit de kast. De stad die het dichtst bij het dorp ligt heet Samara en is de op vijf na grootste stad in Rusland. Het is op zijn zachtst gezegd niet het soort plek waar je regenboogvlaggen uit de ramen ziet wapperen, maar waar de bewoners je het boze oog geven als je er ook maar een beetje anders uitziet.
Rusland is gebouwd op ouderwetse orthodox-christelijke waarden en de overtuigingen van de Sovjet-Unie, en Lenin’s standbeelden prijken nog steeds op bijna ieder plein in de steden. Als ik in Rusland ben trek ik het meest met mijn neef op. Ik mag hem, ook al hij houdt ook hij niet van homo’s. Ooit vertelde hij me dat hij twee jongens kent die homo zijn. Hij mag ze, maar gaat niet met ze om omdat hij niet geassocieerd wil worden met ‘dat soort mensen.’
Op zo’n moment luister ik, maar zeg ik niets. Als hij wist dat ik lesbisch was, weet ik zeker dat hij het contact met me zou verbreken. En als de skinheads uit het dorp erachter kwamen, zouden ze me maar al te graag willen verkrachten. Elke keer als ik hier over straat loop, lopen de rillingen over mijn lijf als ik ze naar me zie lachen. Ik zie er vrouwelijk uit, dat is mijn ‘geluk’. Maar ik ben een lesbienne. Een plaag voor mijn land. Ze zouden worden toegejuicht omdat ze me hadden willen ‘repareren’.
Behalve dat ik me zorgen maak over mijn veiligheid, zet mijn geheim ook de relatie met mijn tante en andere familieleden onder druk. Een tijdje terug geleden zijn we naar de bruiloft van mijn andere neef gegaan. Mijn tante had een hekel aan het meisje waarmee hij ging trouwen, maar dat viel weg tegen haar trots over het feit dat ze een goede, heteroseksuele jongen had opgevoed die vóór zijn 22e verjaardag was getrouwd.
Tijdens het diner vroeg ze: ‘Vond je de bruiloft leuk?’
Het was het eerste huwelijk geweest waar ik bij was, en ik zat op dat moment aan een tafel met de vrienden van mijn neef. ‘Ja’, loog ik.Ze vertelde me dat wanneer ik zelf zou gaan trouwen eenzelfde soort ceremonie zou kunnen houden: Een echt Russisch huwelijk.
Ik knikte en fakete een lach, want ik weet dat als en wanneer ik ga trouwen, dat nooit in Rusland zal zijn. En dat het zeker niet zo zou zijn als het huwelijk van mijn neef: De meerderheid van mijn familie zou niet komen, en ze zouden waarschijnlijk niet tegen me praten nadat ze erachter kwamen met wie ik trouw.
Daarna begon mijn tante voor de zoveelste keer te vissen of ik al een vriend heb. Het zit haar namelijk enorm dwars dat ik elke keer nee zeg. In Rusland trouwt iedereen jong. Maar ik heb wel een partner, al kan ik haar aan niemand voorstellen. Als ik met haar Skype is ze gewoon ‘een vriendin’.
Hoe hard ik ook zou willen uitroepen dat ik van haar hou, ik kan het niet. Ik voel me hulpeloos, en het enige dappere wat ik kan doen is een tanktop dragen met een afbeelding van Keith Haring erop – een kleine daad van verzet die iedereen over het hoofd ziet.
Ik voel me verscheurd, want ik ben zowel een lesbienne als een Rus. Het zijn ‘mijn mensen’, aan beide kanten. Ben ik een hypocriet als ik een trotse Rus ben? Steun ik daarmee homofobie? Het zijn vragen die aan me knagen, en het antwoord weet ik niet.
Mijn vriendin en ik willen op korte termijn gaan samenwonen, maar mijn familie weet nog niets over haar of mijn geaardheid. Natuurlijk kan dit niet altijd zo doorgaan, uiteindelijk moet ik een keuze maken. Ik hoop alleen niet dat die keuze inhoudt dat ik nooit meer terug zal kunnen naar Rusland, omdat ik dan letterlijk moet vrezen voor mijn leven.‘