Gaan banken en verzekeraars echt meer krediet verlenen aan het midden- en kleinbedrijf? Wordt datzelfde MKB werkelijk intensiever betrokken bij de uitvoering van het topsectorenbeleid? Komt er dan toch een eind aan het voor veel zelfstandige ondernemers verplichte lidmaatschap van product- en bedrijfschappen?
Dat zouden nog eens leuke dingen zijn voor de ondernemende medemens. Het had er deze week even de schijn van, als we op de media af mochten gaan. Maar zoals wel vaker, bleek het bij nadere beschouwing toch weer allemaal wat genuanceerder te liggen.
Financiering MKB
Een commissie onder voorzitterschap van DeltaLloyd-topman Niek Hoek heeft zich de afgelopen maanden gebogen over de vraag hoe de vastgelopen financiering van het MKB weer vlot te trekken is. Deze week bracht de commissie-Hoek haar eerste bevindingen over aan minister Kamp van Economische Zaken.
De commissie stelt vast dat drie categorieën MKB-bedrijven acute problemen ervaren met de financiering: startende ondernemers, ondernemingen die vroeger net binnen de kredietcriteria vielen en nu niet meer, en MKB-bedrijven in krimpende sectoren.
Richtingen in plaats van oplossingen
Hoek en zijn commissie denken aan een pakket van maatregelen om de nood te lenigen. Het meest in het oog springt het fonds van 170 miljoen euro dat de verzekeraars samen met de pensioenfondsen zouden willen opzetten om kredieten aan het MKB te verlenen. Voor het kleinere MKB zouden microkredieten beschikbaar moeten komen tot 50.000 euro.
Voordat het zo ver is, moet er nog wel het een en ander geregeld worden. Niet voor niets heeft de commissie het in haar rapport over “oplossingsrichtingen” in plaats van over “oplossingen”. Een majeure hobbel zijn de eisen die internationaal aan financiële instellingen worden gesteld en die bepalen hoeveel geld zij onder welke voorwaarden aan wie mogen uitlenen.
De kwadratuur van de cirkel
In zijn toelichting op de plannen zette commissievoorzitter Niek Hoek maar vast een versoepeling van deze eisen op het verlanglijstje. “Uiteraard,” voegde hij er aan toe om zijn toezichthouders gerust te stellen, “met behoud van de noodzakelijke financiële prudentie." Dat is dus zo iets als de kwadratuur van de cirkel, en de vraag is of het MKB daarop kan wachten.
Topsectoren
Het Tweede Kamerlid voor de VVD Anne-Wil Lucas liet deze week veelvuldig van zich horen op de sociale media. Een van de punten waarop zij in het belang van ondernemend Nederland zou hebben gescoord was de betrokkenheid van het midden- en kleinbedrijf in het zogenaamde "topsectorenbeleid". Het kabinet heeft een aantal van die kansrijk geachte sectoren gedefinieerd en richt zich vooral daarop met steunmaatregelen.
Lucas heeft zich tot spreekbuis gemaakt van de kleinere ondernemers die bang zijn dat al die steun bij het grootbedrijf terechtkomt en dat het MKB het nakijken heeft. Om hen tegemoet te komen had het kabinet al 2 miljoen euro per topsector geoormerkt voor projecten waarin het MKB participeert.
'Graag snel en eenvoudig' (minister Kamp)
In de vaste commissie voor Economische Zaken pleitte Lucas voor meer flexibiliteit bij de verdeling van dat geld. Zij wilde het vooral naar die sectoren sluizen waar het MKB het sterkst is vertegenwoordigd. Geen vreemde gedachte, maar minister Kamp vond het allemaal te ingewikkeld worden en hield de boot af. Graag snel en eenvoudig, was het motto van Kamp. Lucas nam er genoegen mee.
Productschappen
Productschappen en bedrijfschappen zijn samenwerkingsverbanden van ondernemers en werknemers die van de overheid bindende regels mogen opstellen voor hun sector. Bekende voorbeelden zijn de detailhandel en de zuivelbranche. Helemaal van deze tijd is dat niet meer, en tijdens de kabinetsformatie hebben VVD en PvdA dan ook afgesproken die organisaties op te heffen.
De publieke taken van de product- en bedrijfschappen zouden vanaf 2014 moeten worden overgenomen door het ministerie van Economische Zaken. Dit tot opluchting veel ondernemers, die er een broertje dood aan hebben om elk jaar contributie te moeten betalen aan een club waar zij het nut niet van inzien.
'De VVD is de weg kwijt' (Verhoeven, D66)
Dit voorjaar ontstond er met name in de detailhandel en onder webwinkeliers commotie omdat “hun” bedrijfschap voor het laatste jaar de tarieven nog even flink omhoog gooide. Dat was aanleiding voor Kees Verhoeven van D66 om in de Tweede Kamer een motie in te dienen waarin hij het kabinet vroeg ervoor te zorgen dat ondernemers in 2014 in elk geval de verplichte heffing niet meer hoeven te betalen.
Tot zijn verbazing kreeg Verhoeven met zijn motie geen poot aan de grond. Minister Kamp had zich afgelopen maand al genuanceerd uitgelaten over de afspraak om de product- en bedrijfschappen op te doeken, en was nu niet te bewegen om daarop vooruit te lopen. “De VVD is de weg kwijt,” constateerde een teleurgestelde @KeesVee op Twitter. Veel middenstanders zullen hem dat nagezegd hebben.
VAR-module
Zoals bekend wil de minister van Financiën graag de procedures rond de Verklaring Arbeidsrelatie op de schop nemen. Zelfstandigen zonder personeel kunnen met zo’n verklaring aan hun opdrachtgevers laten zien dat die op hun honoraria geen loonbelasting en sociale premies hoeven in te houden. De bedoeling van de minister is dat zowel de opdrachtgever als de zzp’er straks samen via internet zo’n verklaring gaan invullen.
Belangenorganisaties van zzp’ers erkennen de noodzaak om de VAR te moderniseren maar vrezen dat de zogenaamde "VAR-module" vooral tot meer administratieve druk zal leiden voor ondernemers en opdrachtgevers. En dat is slecht voor de business. De Belastingdienst – die een en ander moet uitvoeren – kreeg veel kritiek op haar eerste plannen. Het concept moet worden gewijzigd en als gevolg daarvan kan de VAR-module niet voor 1 januari 2015 worden ingevoerd.
Politici die luisteren naar zzp'ers
De zzp-organisaties hebben even mogen meepraten, maar tot concrete resultaten heeft dat nog niet geleid. Voor Mei Li Vos (PvdA) was dat deze week aanleiding om de druk van uit de Tweede Kamer op te voeren. Zij diende een motie in waarin de regering tot meer voortvarendheid wordt gemaand in dit dossier, zodat zzp’ers en hun opdrachtgevers snel weten waar zij aan toe zijn.
De motie van Mei Li Vos werd aangenomen, tot vreugde van onder meer ZZP Nederland: “Blij dat er politici zijn die luisteren naar de problematiek van zzp’ers!”