Technici liepen in en uit bij tabakswinkel Anastacia aan de Berberisstraat in Amsterdam-Noord. Ze brachten voor duizenden euro’s aan camera’s en alarminstallaties aan. De sloten op de deuren zijn vervangen voor die van een veel zwaarder kaliber. 'Het is hier nu net Fort Knox', laat eigenaar Kishore weten, met een minzame glimlach.
In mei 2012 liet zijn gevoel voor humor Kishore in de steek, toen een klant zijn pas geopende winkel binnenstapte, en de boel op stelten zette. De man vond de prijs van een speelgoedautootje genoeg aanleiding om er een ruzie over te beginnen. Daarop vroegen de twee medewerkers het gezin de zaak te verlaten. Precies zoals Kishore met zijn personeel had afgesproken: 'Als klanten amok maken, begeleiden we ze rustig naar buiten. We gaan niet in gevecht, ook in het belang van de andere klanten.'
Maar het hek was toen al van de dam. Niet veel later begon de man woest met zijn vuisten op de medewerkers in te slaan. De man maakte – met zijn eigen vrouw en kinderen nog in de winkel aanwezig – een gewelddadige rondgang door de souvenir- en tabakszaak. Hij liet de medewerkers en klanten van de winkel pas weer met rust, nadat hij ze minutenlang de stuipen op het lijf had gejaagd.
De beelden van de mishandeling haalden het landelijke nieuws, en zorgden voor veel verontwaardiging. Vooral toen justitie de man twee dagen later, volgens wettelijke richtlijnen, weer op vrije voeten moest stellen.
Afzetters
Het is de avond van maandag 28 mei 2012, even voor sluitingstijd. Voor het kopen van een pakje sigaretten stapt de familie van de verdachte tabakswinkel Anastacia binnen. De winkel is gevestigd in een wat rauwere buurt in Amsterdam-Noord. Aan de balie valt het oog van de kinderen op een speelgoedautootje. De moeder vraagt wat het kost. De medewerker antwoordt: '3 euro 50'. Daarop laat ze weten dit wel erg duur te vinden. 'U hóeft het hier niet te kopen', antwoordt de medewerker vervolgens vriendelijk. Maar de man en vrouw blijven doorzeuren over de prijs. Er ontstaat ruzie. 'Afzetters zijn jullie', roept de man. Dan heeft de medewerker er zijn buik vol van, en vraagt hij het gezin de zaak te verlaten. Maar dat weigert de man zich te laten zeggen. Een tweede medewerker van de winkel heeft het relletje bij de balie intussen opgemerkt, en komt kijken wat er aan de hand is. Hij vraagt en gebaart de man om weg te gaan.
Maar de gebaren werken op de man als een rode lap op een stier. Hij geeft medewerker nummer 2 een duw, en neemt dan een vechthouding aan. 'Teringlijers', roept hij. Niet lang daarna volgt de eerste uithaal. En nog eentje. En nog eentje. Zijn vrouw probeert eerst nog wel tussenbeide te komen, maar door het geweld valt haar tas met boodschappen op de grond. De twee medewerkers proberen de man nu naar buiten te werken. Ook de vrouw maakt slaande bewegingen naar de medewerkers. Haar partner-in-crime haalt weer een paar keer uit. Daarop besluit het personeel samen met de klanten eieren voor haar geld te kiezen en het keukentje in te vluchten.
Glasscherven
Maar de man weet niet van opgeven. Hij wringt zich de keuken binnen, waar het bedreigde gezelschap – buiten het zicht van de camera – naartoe is gevlucht. De personeelsleden weten de man met veel moeite op straat te zetten. Een winkelmedewerker doet vliegensvlug de toegangsdeur van de winkel op slot.
Maar een paar seconden later duikt hij weer op, en begint hij het glas van de voordeur kapot te trappen. De glasscherven vliegen door de winkel. Binnen staat één van de vrouwelijke klanten nog steeds achter de toonbank met de kinderen van het gezin. Die overal getuige van zijn. De aanwezigen vluchten met zijn allen het kantoortje weer in.
De vrouw die nog met de kinderen van het gezin achter de balie staat, loopt met de kinderen voorzichtig naar de deur, om de man wat tot bedaren te brengen. Ze opent de deur, draagt de kinderen over, en maakt zich daarna ook uit de voeten. Maar nog heeft de maniak niet genoeg gehad. Hij doet de deur via de klink aan de binnenkant open en loopt naar binnen. Hij glijdt uit over het glas. Nog een paar keer trapt hij hard tegen de gebarricadeerde deur van het kantoortje. Achter die deur vragen de klanten zich af of ze uit het raam van de eerste verdieping kunnen springen, als de man zich toch naar binnen weet te vechten. Dan draait hij zich om, en verlaat hij eindelijk Anastacia. Maar niet zonder eerst nog een mandje met artikelen mee te hebben gegrepen. Ondertussen heeft een klant de politie gebeld, die snel ter plekke is. Via aanwijzingen van omstanders weet ze de ruzieschopper op straat in te rekenen.
Doodsangst
Medewerkers Chin en Ab waren achteraf behoorlijk in de war van het avontuur. Vanwege alle intimidatie, maar ook omdat zij flink werden geraakt door de vuisten van de vechtjas. Chin op zijn kaak, Ab op zijn borstkas. Ook de klanten in de zaak stonden doodsangsten uit. Kishore en zijn vrouw Joyce: 'Als ondernemer weet je dat dit kan gebeuren, toch ben je er nooit helemaal op voorbereid.' Met de hele ploeg zijn ze anderhalve dag bezig geweest om alles weer op te ruimen. 'Er zaten zelfs bloedspetters op de Hallmark-kaarten.'
Er zaten zelfs bloedspetters op de Hallmark-kaarten
Nog geen twee dagen later krijgen Kishore en zijn collega’s een teleurstelling te verwerken. Dan maakte de politie bekend, dat ze de bruut heeft moeten laten gaan. Hoewel de man een hele zaak vol met mensen bedreigde en aanviel – met veel schade tot gevolg – liet de wet de officier van Justitie geen andere keuze. De man had bijvoorbeeld geen strafblad, en kon daarom niet langer worden vastgehouden. Er waren niet genoeg verzwarende redenen voor gevangenhouding.
Kishore en Joyce reageerden in eerste instantie verbijsterd: 'Je heb geïnvesteerd in een zaak in een wat slechtere buurt. Vanwege de lage kosten, maar ook omdat je bij wilt dragen aan de leefbaarheid. Als er dan wat gebeurt, laat justitie je in de steek. Je medewerkers staan ineens weer met angst in hun benen in de winkel! Want misschien komt de vrijgelaten dader wel verhaal halen. Maar dan met een pistool of een mes op zak.'
Kishore besloot daarop de beelden van de overval vrij te geven aan de media. 'Ik was zó boos.' De politie kon het niet waarderen. Kishore werd op zijn vingers getikt, omdat de dader herkenbaar in beeld was gekomen. Achteraf begrijpt hij wel waarom justitie de man niet langer gevangen kon houden. 'Maar je kunt van mij niet verwachten dat ik de wet uit mijn hoofd ken. En de televisiezenders had ik gevraagd om het gezicht van de man te blurren.'
Aso
Justitie liet Kishore en Joyce weten dat de 37-jarige verdachte wel degelijk voor de rechter moet verschijnen. Hij wordt vervolgd voor het plegen van openlijk geweld, vernieling en diefstal. Ook zijn 29-jarige vrouw loopt kans op straf, omdat zij tijdens de rel slaande bewegingen maakte. Pas dit jaar heeft er een eerste pro forma-zitting plaatsgevonden in de zaak, komende woensdag volgt de tweede. Uit de tenlastelegging blijkt dat de verdachte na zijn arrestatie niet meteen tot rust kwam. In de aanklacht is ook nog beschadiging van een politievoertuig opgenomen.
Kishore vraagt zich af wat de man bezielde: 'Als zo’n aso om zo’n pietlullig dingetje al uit zijn dak gaat, nota bene met zijn vrouw en kinderen erbij, wie kun je dan nog wel vertrouwen in je winkel?' Joyce is verbaasd dat de vrouw niet op haar man is blijven inpraten. 'Zij had hem moeten kalmeren.' Ze hoopt dat de kinderbescherming bij de familie op bezoek is geweest, zoals de politie aankondigde.
'Misschien is het toch een momentopname voor zo'n man'
Kishore probeert het goede in de mens te zien, hoewel dat niet meevalt. 'Misschien is het toch een momentopname voor zo’n man, die duidelijk dronken was.' Zijn vrouw kwam de volgende dag in ieder geval het horloge van een medewerker weer terugbrengen, zonder trouwens verder iets te zeggen. 'In alle chaos was dit op de grond gevallen. Een klant die dacht dat het van de vechtersbaas was, had het per ongeluk aan hem meegegeven.'
Kastje naar de muur
Twee keer is er inmiddels ook een poging gedaan om in te breken bij Anastacia. Kishore heeft de camerabeelden waarmee hij dit registreerde, ook afgestaan aan de politie. Zonder daar verder nog wat van te hebben gehoord: 'Ik heb al drie keer gebeld met het bureau, maar ik word van het kastje naar de muur gestuurd.' Enige tijd na het geweldsincident wist de politie hem trouwens wel snel te vinden, toen ze camerabeelden nodig had van een ramkraak, op een pinautomaat even verderop. 'Terwijl een kopie van die beelden mij 150 euro kostte.'
De monteurs leggen de laatste hand aan alle veiligheidsmaatregelen in de winkel, die Kishore en Joyce tot nu toe zo’n 15.000 euro lichter hebben gemaakt. Het geweldsincident en de pogingen tot inbraak dwongen hen hiertoe, terwijl de marges van de zaak nog niet hoog genoeg zijn om de kosten er uit te halen. Kishore en Joyce brengen hun verhaal naar buiten, omdat ze zich niet neer willen leggen bij de aanvallen op hun zaak: 'Wij zijn hier een winkel begonnen, en laten ons niet zomaar wegjagen.'
Dit artikel is de geactualiseerde versie van een verhaal dat in 2012 in het weekblad Panorama verscheen. De beelden van de beveiligingscamera staan inmiddels niet meer op het internet.