( Locatie: vergaderzaal in duur Parijs hotel) (tijd: maximaal 28 minuten) (regels: 1. de journalist mag geen vragen stellen over The Police; 2. de zanger moet beleefd antwoord geven; 3. de journalist mag Stings nieuwe cd 'If on a winter's night' geen kerstalbum noemen) (personages: een wereldster zonder gevoel voor humor die zijn album moet pluggen; een journalist die de interesse moet wekken van een werktuiglijk glimlachende zanger die hem niet aankijkt) (tactiek 1: vraag iets onverwachts)
Journalist: Ik kom net van het Palais de Tokyo, waar ze een expositie hebben over de Unabomber. Hoe vindt u deze foto van de lege plek in het bos, waar de FBI zijn cabine heeft verwijderd?
Popster: (met zuinige glimlach) Bedankt dat je me herinnert aan de ellende van deze wereld. (tactiek 2: schakel snel over naar het te promoten product, een album met oude Engelse folkgezangen, eigen versies van Schubert en jazzy wintertunes)
J: Hoe is het om een winteralbum te maken als we eigenlijk geen echte winters met sneeuw meer hebben?
P: Deze plaat deed me terugdenken aan de bitterkoude winters van mijn jeugd in Newcastle. Niet alleen het klimaat is veranderd, door zaken als centrale verwarming ervaar je het seizoen minder fysiek. Ik besef dat het voor velen nog steeds een hard seizoen is waarin ze veel moeten doorstaan. Aan de andere kant is het een tijd die we nodig hebben: nadenken, onze batterij opladen, terugkijken op wat we hebben meegemaakt.
J: De songs gaan niet alleen over het knusse familiegevoel, u zingt ook een lied over een brandende baby, symbool voor Jezus.
P: Dat lied naar een gedicht van de martelaar Robert Southwell is nogal gruwelijk, het herinnert me aan de lessen op school van jezuïeten over hel en verdoemenis. Dat was bepaald geen pretje. Winter is voor mij ook verbonden met geesten en spoken, ik heb me altijd tot die donkere kant aangetrokken gevoeld.
J: Dus vooral geen kerstalbum.
P: Ik vind kerst met al dat shoppen en je volvreten uiterst banaal. Je hoort mij geen hysterisch vrolijke kerstliedjes zingen. Ik zoek naar magie, naar pure schoonheid in de muziek. We hebben zes maanden research voor If on a winter's night gedaan om songs te vinden over midwinter, als het licht terugkeert op aarde. Heidens en christelijk tegelijk.
J: Terugkomend op het verdwijnen van de echte winters: twintig jaar geleden voerde u actie voor het behoud van de regenwouden. Heeft u het stokje doorgegeven aan Bono?
P: Dat actievoeren heb ik twintig jaar gedaan, daar ben ik klaar mee. Ik wil geen beroemdheid zijn die zichzelf op de voorgrond positioneert. Ik haal fondsen binnen voor experts in het veld, ik betaal hun werk. Ik ga niet meer zelf naar de jungle. Intuïtief had ik twintig jaar geleden gelijk: industriële vervuiling en luchtverkeer stoppen zet geen zoden aan de dijk, als we blijven ontbossen. Dat zou het echte gespreksonderwerp in Kopenhagen moeten zijn. Hoe gaan we die landen vergoeden om hun regenbossen te beschermen?
J: Als celeb kunt u toch naar Kopenhagen reizen en extra pr voor de regenwouden scoren?
P: (knarsetandend) Ik ben geen wereldster. Ik zie mezelf als een gewone burger. Ik heb dezelfde rechten en plichten. Dus kan ik mijn ideeën formuleren, maar dan wel op de achtergrond. Ik ben geen halfgod die een speciale rol moet vertolken.
(na 28 minuten intro van pr-dame, exit journalist na slap handje van popster die alleen achterblijft)