Slavo Kukic, hoogleraar aan de universiteit van Mostar in Bosnië, is afgelopen maandag in zijn werkkamer met een knuppel in elkaar geslagen. Kukic, die daarbij ernstig gewond raakte, had eind juni in een tv-uitzending van “Al Jazeera Balkans” kritiek geuit op de heldenontvangst van de na 17 jaar gevangenisstraf vrijgelaten Dario Kordic. De dader, die zich nog dezelfde dag bij de politie meldde verklaarde “geïrriteerd” te zijn door de kritiek van Kukic op de ontvangst van Kordic, een dag eerder in het stadje Busovaca.
Voormalige vicepresident Kordic van de ‘Kroatische Republiek Herceg-Bosna’, een staatje dat in de negentiger jaren enige tijd in Zuidwest Bosnië bestond, was door het Joegoslavië Tribunaal in Den Haag wegens oorlogsmisdaden veroordeeld tot 25 jaar gevangenisstraf. Hij was schuldig bevonden aan de dood van 116 Bosnische Moslims in het dorp Ahmici. In april 1993, tijdens de Bosnische burgeroorlog die van 1992 tot eind 1995 duurde, werden zij door Bosnisch-Kroatische militairen vermoord.
Vrouwen en kinderen werden verbrand
Vrouwen en kinderen die in kelders waren gevlucht werden met benzinebommen de dood in gejaagd. De beelden van hun verbrande lichamen en van de opgeblazen moskee van het dorp gingen de hele wereld over. Kordic had het bevel voor de aanval gegeven.
De terugkeer van Kordic als vrij man had van het begin af aan een omstreden karakter. Op het vliegveld van Zagreb, waar hij door honderden opgetogen aanhangers met een ovatie en gezang werd opgewacht, droeg te zijner ere de rooms-katholieke bisschop Vlado Kostic een dankmis op. Kostic is voorzitter van de Commissie Justitia en Pax van de Kroatische Bisschoppenconferentie.
Volgens de bisschop was Dario Kordic geen oorlogsmisdadiger maar “een morele grootheid
Volgens de bisschop was Dario Kordic geen oorlogsmisdadiger maar “een morele grootheid, die als gevolg van politieke spelletjes onschuldig is veroordeeld in een poging het hele Bosnisch-Kroatische volk zwart te maken”.
Ontzetting bij Islamitische gemeenschap Bosnië
Het optreden van monseigneur Kostic leidde tot grote ophef onder de Bosnische Moslims. De Islamitische gemeenschap in Bosnië verklaarde ontzet te zijn door “de deelname aan de feestelijke ontvangst van deze veroordeelde oorlogsmisdadiger door vertegenwoordigers van de kerk”. Namens hun religieuze leider, de Reis-ul-Ulema Kavazovic, is aan de diplomatieke vertegenwoordiger van het Vaticaan in Sarajevo een protestnota overhandigd.
Ook in Kroatië werd tegen de feestelijke ontvangst van Kordic geprotesteerd. Mensenrechtenactivisten en antifascisten herdachten voor de kathedraal van Zagreb demonstratief de 116 slachtoffers van Ahmici. De feestelijkheden rond de terugkeer van een veroordeelde oorlogsmisdadiger was volgens de demonstranten een belediging voor hun nabestaanden. Alleen al de vrijlating van Kordic is voor hun een zware last. De Kroatische rooms-katholieke kerk heeft zich volgens hen aan de verkeerde kant gesteld.