Hoeveel Escobar kan een mens hebben? Na de Netflix-serie Narcos, de speelfilm Escobar: Paradise Lost en de Colombiaanse tv-serie El Patrón del Mal – om over de al dan niet sensationalistisch gekleurde documentaires te zwijgen – smaakt Escobar van de Spaanse regisseur Fernando León de Aranoa als koffie die te lang heeft gestaan. De temperatuur is er af.
We spreken de regisseur in een subtropisch Amsterdam. León de Aranoa, een lange en slanke man met schouderlang haar in een staart en een grijs gespikkelde baard van drie weken oud, is twee dagen daarvoor vijftig geworden. Hij oogt als een filmnerd, in zijn tshirt, jeans en sneakers, en spreekt Spaans op mitrailleurtempo tegen de mensen van het Amsterdam Spanish Film Festival; daar draait Escobar, met Javier Bardem in de titelrol, als openingsfilm van het evenement. Zijn Engels is slechts één tandje langzamer dan zijn Spaans en hij maakt maar een enkele maal gebruik van de tolk die eveneens aan tafel zit.
Fernando León de Aranoa had een soort docudrama met brede blik over de Colombiaanse drugsbaron Pablo Escobar voor ogen, toen hij alles las wat er over het onderwerp valt te lezen en zich vervolgens aan het script zette.
León de Aranoa: “Vijftien jaar geleden al sprak ik met Javier Bardem over een film over Pablo Escobar, nadat we samen Mondays In The Sun (Los lunes al sol, 2002) hadden gemaakt. Er werden hem een paar films over Escobar aangeboden. Ik werd ook gevraagd een film over Escobar te regisseren. Die films zijn allemaal niet doorgegaan. Vijf jaar geleden besloot ik deze film te maken. Voor mij stond het brede beeld, met misdaad én politiek, altijd voorop.”
Energie en intensiteit
Dat voornemen werd aangepast nadat in 2014 Escobar: Paradise Lost (met Benicio Del Toro als Escobar) in de bioscoop verscheen en een jaar later Narcos uitging via Netflix; de serie is aan zijn vierde seizoen toe. Tijdens zijn research was de regisseur gestuit op het boek Loving Pablo, Hating Escobar, waarin de Colombiaanse tv-presentatrice Virginia Vallejo haar liefdesrelatie met de drugsbaron beschrijft. Dat verhaal is verweven door de vertelling over opkomst en ondergang van een crimineel genie, of geniale crimineel. Bardems echtgenote Penelope Cruz vertolkt in de film de rol van Vallejo.
De film is internationaal uitgegaan onder verschillende titels, Escobar en Loving Pablo. Welke heeft uw voorkeur?
“Aanvankelijk heette de film in mijn hoofd Escobar. Ik was ambitieus en wilde een film maken die het verhaal van Pablo Escobar in breed perspectief zou vertellen. Niet alleen zijn criminele, maar ook zijn politieke activiteiten en zijn bemoeienis met andere landen. Op een gegeven moment besloot ik de titel te wijzigen tot Loving Pablo, omdat ik het aspect van Virginia Vallejo wilde meenemen. Op haar boek is de film gebaseerd. Beide titels zijn goed, wat mij betreft. Wat is de titel in Nederland?”
Escobar, om marketing-technische redenen ongetwijfeld.
“Net als in Frankrijk dus. Die titel is duidelijker.”
De titel Escobar schept bij de kijker andere verwachtingen dan Loving Pablo.
“Escobar had een enorme impact, op meerdere niveau’s. Ik wilde dat het script het grote plaatje zou schetsen, van de scholen voor sicarios, moordenaars op motoren, in de sloppenwijken tot het bourgeois-milieu van politici, zelfs het Witte Huis. Dat soort verhalen, geschiedenis in feite, moet je volgens mij vertellen op het grote scherm, als film dus. Een groot verhaal vraagt om een groot scherm, wil alles er in kunnen passen. Ook om de energie van de man te kunnen vatten. Escobar was een sterke persoonlijkheid en ik wilde dat zijn intensiteit te zien was op het scherm.”
Pablo Escobar is al vele malen geportretteerd, een paar jaar geleden nog door Benicio Del Toro. Wat heeft Javier Bardem daar aan kunnen toevoegen?
“Ik heb altijd gemeend dat Javier een overtuigende Escobar zou kunnen neerzetten. We kennen elkaar goed, we hebben eerder samengewerkt. Verschillende dingen spreken me in Escobar van Javier aan. Bijvoorbeeld, mij bevalt hoe het personage in zijn vertolking in de loop van de film verandert. Die verandering is minder uitgesproken dan voor Virginia Vallejo; zij slaat van bewondering en liefde om naar angst en haat.”
“Javier maakt in zijn vertolking zichtbaar hoe Escobar langzaam de controle verliest. Er zit tien jaar tussen begin en einde van de film. Aan het slot is hij een monster, een ongeleid projectiel. Mij bevalt ook hoe Bardem de energie van Escobar uitdrukt via zijn lichaamstaal. Je kunt liegen met woorden, maar niet met je lichaam.”
Geen Robin Hood
De nijlpaard was het favoriete dier van Pablo Escobar, vertelt de regisseur. “Hij hield er ook een paar in zijn privédierentuin. Nijlpaarden ogen als kalme, onschuldige dieren, maar ze doden jaarlijks meer mensen dan enig ander dier; ze zijn gevaarlijker dan krokodillen of leeuwen. Dat gegeven hebben we gebruikt. Er zit een scène in de film waarin Escobar als een nijlpaard in het zwembad ligt. Dat is het moment waarop hij besluit om de minister van justitie te vermoorden.”
Pablo Escobar is het onderwerp van vele speelfilms, tv-series en documentaires. Wat maakt hem zo aantrekkelijk voor filmmakers? Hij is niet bepaald Robin Hood.
“Nee, dat is hij zeker niet. Ik heb een theorie waarom hij zo interessant is. Er moet iets zijn wat je boeit in een crimineel en een moordenaar, anders begin je niet aan zo’n film. Wat me intrigeerde was dat hij ongelooflijk creatief was. In zijn vakgebied, als we het zo mogen noemen, was hij in veel opzichten de eerste. Hij heeft een aantal zaken geïntroduceerd, zoals drugssmokkel over grote afstanden; sicario’s, moordenaars op motoren; het witwassen van drugsgeld. Later is het Cali-kartel zijn eigen banken begonnen in Panama, die hebben het weer verfijnd. Escobar heeft zich bemoeid met de marxistische regimes in Midden-Amerika indertijd. Met sommigen stond hij op goede voet, tegen anderen voerde hij oorlog. Hij was overal en deed alles. Voor zo’n jong iemand is dat ongelofelijk.”
“Op hetzelfde moment deed hij een gooi naar een zetel in de senaat, wat hem lukte. Hij stierf jong, op zijn 43ste. Het is ongelofelijk wat hij in vijftien jaar heeft gedaan. Hij was heel intens. Heel getalenteerd, een soort Maradona van de criminaliteit.”
Dat raakt aan een gevoelig punt. Er is een tendens om Escobar af te schilderen als een soort rockster. Dat lijkt me dubieus in ethisch opzicht.
“Ik denk niet dat de film hem neerzet als een rolmodel voor de samenleving. Films moeten niet immoreel zijn, maar ze moeten ook niet moraliseren. Het publiek is volwassen genoeg om zijn eigen positie te bepalen, vooropgesteld dat je de feiten correct en in overeenstemming met de waarheid opdient. Natuurlijk zijn sommige details fictief, maar als filmmaker wil ik trouw zijn aan de werkelijkheid. Ik probeer de kijker geen moreel oordeel op te dringen. Escobar was een crimineel, dat is voor iedereen duidelijk. Ik probeer niet om hem af te schilderen als een heilige.”
Hield u daar rekening mee toen u aan het script werkte en de film voorbereidde?
“Ik had het grote plaatje voor ogen. Ik heb zo ongeveer alles gelezen en gezien wat er over hem is gepubliceerd. Daaruit vorm je je eigen idee van de persoon en wat er allemaal gebeurd is. Van daaruit ga je schrijven en in dat proces hou je er geen rekening mee of het publiek het personage sympathiek of antipathiek zal vinden.”
Vraag en aanbod
Het boek van Vallejo gaf de regisseur gelegenheid dichter op de huid van de crimineel te kruipen. “Eén van mijn favoriete scènes is het moment dat Escobar aan Virginia een pistool geeft, de scène is het restaurant. Die scène zegt veel over Escobar. Hij geeft haar het pistool zodat ze zich kan beschermen en vertelt haar wat er met haar zal gebeuren. Ze heeft op dat moment geen sympathie meer voor haar voormalige minnaar, ze realiseert zich dat haar leven kapot is. Hij voelt niets meer voor haar en vertelt haar wat ze moet doen. Hij controleert nog steeds. Ik hoef Escobar niet neer te zetten als een psychopathische moordenaar. Het is subtieler.”
Die scène komt uit het boek van Virginia Vallejo?
“In het boek vertelt ze dat Escobar haar een pistool geeft om zich te beschermen. Dat gebeurt in een safe house. Ik heb dat verplaatst naar een restaurant. Ik wilde het in een publieke ruimte situeren. Virginia verwacht iets romantisch, maar dat pakt anders uit.”
In hoeverre is Pablo Escobar, het historische personage, het product van het kapitalisme en de vrijemarkteconomie?
“In Colombia begon het geweld al in de jaren vijftig, dat stond toen los van drugssmokkel. Geweld was onderdeel van het dagelijkse leven. Die tijd noemt men in Colombia violencia, geweld. Daarna is het geweld nooit meer opgehouden. De drugssmokkel begint in de jaren zeventig, aanvankelijk met marihuana en diamanten. De bestaande smokkelroutes om marihuana naar de Verenigde Staten te transporteren zijn vervolgens gebruikt om cocaïne te vervoeren. Het werd dus op slag vele malen lucratiever. De smokkelaars voelden zich erg machtig, machtiger dan de staat. Volgens mij kon dat op dat moment alleen in Colombia gebeuren. Ik weet niet in hoeverre kapitalisme daar een rol in speelt.”
Ik bedoel: er was vraag naar cocaïne en Escobar leverde.
“Toen drugsbaronnen veel geld begonnen te verdienen, kregen ze ook aanzien. Politici en zakenmensen wilden in hun gezelschap verkeren. Ze waren bang voor de drugsbaronnen, want ze wisten dat er iets niet in de haak was. Maar indertijd werd cocaïne niet als een probleem gezien en ze zagen ruimte om ervan te kunnen profiteren. En dat deden ze. Daardoor voelden de drugssmokkelaars zich aanvankelijk gesteund. Later voelden ze zich verraden door de mensen die eerder hun gezelschap hadden gezocht. Zo ook Pablo Escobar.”
Uw film is gebaseerd op het boek van Virginia Vallejo. Toch heeft ze maar weinig ‘schermtijd’ in vergelijking met Escobar. Hij is de focus, niet zozeer hun verhouding.
“Mij heeft nooit een getrouwe adaptatie van haar boek voor ogen gestaan. Het boek gaat over hun relatie. Voor mijn film wilde ik Escobar in een bredere context plaatsen, het grote plaatje schetsen. Hun relatie was niettemin belangrijk voor de film, omdat het de kans geeft dichter bij de persoon Escobar te komen, hem in een intieme setting te laten zien.”
De film handelt over een Spaanstalig personage in een Spaanstalig land, met twee Spaanse acteurs in de hoofdrollen, en een Spaanse regisseur. Toch is de film Engelstalig. Waarom?
“Het is onmogelijk om een film van deze omvang en dit budget in Spanje te maken. Om productie-technische redenen is de film Engelstalig geworden. Dat was niet wat we wilden, maar het alternatief was om met een veel kleiner budget een Spaanstalige film te maken. We hebben er goed over nagedacht. Javier Bardem heeft eerder Engelstalige producties gedaan. Mijn vorige film, A Perfect Day, was Engelstalig met een internationale cast. We besloten om de film in het Engels te doen; de acteurs spreken Engels met een Colombiaans accent. Hopelijk vergeet het publiek na een paar minuten dat er geen Spaans, maar Engels met accent wordt gesproken.”
Dit is uw tweede Engelstalige film op rij. Betekent dat u nu verloren bent voor de Spaanse cinema?
“Nee, nee. Twee Engelse films op rij is toeval. Voor A Perfect Day lag het voor de hand, dat past bij de film. En Escobar is Engelstalig vanwege de productiekosten. Ik heb verschillende ideeën voor mijn volgende film en die zijn allemaal Spaans.”
Escobar draait vanaf donderdag 31 mei in de Nederlandse bioscoop