Dat kwam vooral door de bemoeienis van tv-maker Ad van Liempt, die al vanaf 2012 had meegewerkt aan het boek. Bij de boekpresentatie gaf hij een lange lofzang op het werk, dat op de cover al van reclame-aanprijzingen van hem en de in 2020 overleden Alexander Münninghoff voorzien was. Ook publiceerde hij een lovende recensie over het boek in de Volkskrant– waarin hij zijn betrokkenheid bij de totstandkoming verzweeg – en hielp de freule aan tv- en radio-optredens. Het was intens prachtig dat hij dit alles belangeloos en voor nop deed. Zoveel goedertieren valt alleen maar te prijzen.
Ware het niet dat Oorlogsouders van leugens en vergoelijken van oorlogsmisdaden (het zogenaamde ‘nivelleren’) aan elkaar hing. Haar grootvader was een slaafs volger van Adolf Hitler geweest en beslist geen Duitse verzetsheld, zoals de freule haar lezers voorhield. Haar vader, baron Willem van Boetzelaer (1920-2012) zou hoegenaamd geen hekel aan Joden hebben gehad. In werkelijkheid tekende hij al in mei 1940 voor de Waffen-SS en was hij naar aller waarschijnlijkheid betrokken bij de gruwelijke moordpartijen op Joden die SS-Standarte Westland direct na de inval in de Sovjet-Unie aanrichtte. De SS-ers deden dat niet alleen op bevel, maar ook als vermaak, in hun vrije tijd. Op 1 juli 1942 werd SS-Unterscharführer (korporaal) Van Boetzelaer overgeplaatst naar Nederland, waar hij tot aan de Duitse capitulatie werkzaam was bij de Sicherheitsdienst (SD), belast met de opsporing van ondergedoken Joden en verzetsmensen.
Over wat hij als SD-er uitvrat berichtte vorig jaar Marie-Cécile van Hintum in haar boek Lokerman. Het tragische oorlogsverhaal van de Limburgse verzetsleider die verraden werd (2019). In een interview op Traces of War zei ze: “Ik beschrijf in mijn boek gedetailleerd op welke doortrapte manier Willem van Boetzelaer in Maastricht Jodenhelper van het eerste uur Derk van Assen in de val laat lopen. Van Assen, zijn vrouw Berendje en hun twee Joodse onderduikers, een ouder echtpaar, worden door Willem van Boetzelaer in hoogst eigen persoon bij de SD afgeleverd. Dat gebeurde in de zomer van 1943 en was Van Boetzelaers eerste wapenfeit sinds zijn indiensttreding bij de Haagse SD. Drie van zijn slachtoffers zijn gruwelijk aan hun einde gekomen het vierde overleefde ternauwernood meerdere concentratiekampen, waaronder Auschwitz. In de nasleep van Van Boetzelaers actie zijn trouwens meer belangrijke verzetsmensen en ondergedoken Joden uit het netwerk van Lokerman in handen van de SD gevallen.”
Na de oorlog werd van Boetzelaer berecht – maar niet voor alle misdaden die hij had begaan. Hadden de toenmalige officier van Justitie en de rechters daarvan geweten, dan had Van Boetzelaer beslist de kogel gekregen; nu kwam hij er licht vanaf. Hoewel aanvankelijk de doodstraf tegen hem geëist was, werd hij veroordeeld tot levenslang, wat uiteindelijk resulteerde in twaalf jaar gevangenisstraf.
Mogelijk wist Isabel van Boetzelaer van dit alles niets. Mogelijk, maar onwaarschijnlijk. Want haar vader was ondanks zijn veroordeling altijd nazi gebleven, trots op zijn oorlogsverleden en verontwaardigd over zijn bestraffing. Met ‘alte Kameraden’ haalde hij regelmatig ‘heerlijke’ oorlogsherinneringen op, ook in het bijzijn van het wederzijdse kroost, zo vertelde me me een zoon van een van hen.
Maar degene die zeker had moeten weten dat het verhaal van de freule niet kón kloppen was Ad van Liempt. Hij was immers in 2011 eindredacteur geweest van het boek Jodenjacht, waarin vader van Boetzelaer met naam en toenaam vermeld staat. Hij zal beslist ook bekend zijn geweest met het in 2011 verschenen Jongens van Nederland. Nederlandse vrijwilligers in de Waffen-SS van Evertjan van Roekel– een boek waarin de gruweldaden van de Nederlandse SS-ers in de Sovjet-Unie uitgebreid behandeld worden.
Hoe het ook zij– nadat schrijfster Chaja Polak en onderzoeker Maarten van Voorst in 2017-2018 overtuigend hebben aangetoond dat Oorlogsouders van leugens en verdraaiingen aan elkaar hangt (zie: ‘De affaire Oorlogsouders‘), zou je toch verwachten dat a. Isabel van Boetzelaer er verder wijselijk het zwijgen toe doet, b. Ad van Liempt uitleg geeft over wat hem dreef om aan Van Boetzelaers leugenpaleis mee te werken en dat c. elke journalist die over Oorlogsouders c.q. vader Van Boetzelaer schrijft, weet van de hoed en de rand.
Maar dit is Nederland. En dus kon het rond 4 en 5 mei 2020 gebeuren dat Isabel van Boetzelaer opnieuw het Nederlandse publiek misleidt, ditmaal geholpen door Volkskrantjournalist Sander van Walsum. Uit een interview met de freule dat op 3 mei 2020 in de Volkskrant werd afgedrukt:
“De vraag die Isabel hem vele jaren later stelde, ‘heeft u Joden vermoord?’, kon hij (vader Van Boetzelaer) ontkennend beantwoorden. Tot de mensen die hij had opgepakt, behoorden weliswaar drie Joden, maar die hadden de oorlog overleefd. (…) . ‘Als verzachtende omstandigheid voerde hij aan dat hun verblijfplaats bekend was en dat anderen hen zouden hebben opgehaald als hij het niet had gedaan. Ook zei hij dat er op dat moment al geen treinen meer van Westerbork naar de vernietigingskampen reden.’
Van Walsum noemt vader Van Boetzelaer “een van zwaarst gestraften onder de tienduizenden Nederlanders die zich in het kader van de ‘bijzondere rechtspleging’ voor hun gedrag tijdens de Duitse bezetting hebben moeten verantwoorden.” Hoe dit zich verhoudt met de twaalf jaar die de vader uitzat en de tweeënveertig voltrokken doodvonnissen voor collaborateurs, is een vraag die te absurd is om te stellen.
De Volkskrantverslaggever deelt over de ontmaskering van Oorlogsouders dit mee: “In eerste instantie werd het boek positief ontvangen, maar de stemming sloeg om nadat Isabel van Boetzelaer op omissies in haar documentatie was geattendeerd.”
“Omissies in haar documentatie” – je moet het maar durven opschrijven. Net als: “De ‘missie tegen het boek’, zoals Isabel van Boetzelaer het noemt, heeft ook consequenties gehad voor een ander project: met een Joodse vrouw (‘Ik kan haar naam beter niet noemen’) vertelde zij op basisscholen over de invloed die de oorlog op hun beider levens heeft gehad. (…) Totdat haar kompaan onverhoeds kenbaar maakte ermee te willen stoppen. ‘Ze durfde het niet meer aan’, zegt Van Boetzelaer.”
De freule positioneert zich middels dit interview in de slachtofferrol. Niet alleen met haar uitspraken, maar ook door zich ‘onherkenbaar’ te laten fotograferen – alsof ze in levensgevaar verkeert. En de Volkskrant werkt er gewillig aan mee. Nog bonter maakt de site Adel in Nederland het, waar jonkheer Dolph Boddaert op 7 mei 2020 schreef: “Isabel debuteerde enige jaren geleden met het boek Oorlogsouders, het familieverhaal van lief en leed in de oorlog, dat de storm van rancuneuze kritiek wist te weerstaan.”
Dit alles brengt ons tot de vraag waarom Isabel van Boetzelaer nu de publiciteit zoekt. Het antwoord is helder: voor de promotie van een nieuw boek.
De Volkskrant: “Maar ze heeft zich wel aan een ander onderwerp gewaagd: Suriname. Met journalist Aad Wagenaar maakte zij een roadtrip door dit land – waarvan Wagenaar tijdens eerdere reizen hartstochtelijk is gaan houden. Wan Bon, heet het boek dat hieruit resulteerde. ‘Een ander soort ontdekkingsreis dan die van Oorlogsouders.’”
Aad Wagenaar was overigens Van Boetzelaers redacteur bij Oorlogsouders. Voor vragen daarover hield hij zich onbereikbaar.
Update: Na de vraag wat Dolph Boddaert met ‘storm van rancuneuze kritiek’ bedoelde, heeft hoofdredacteur John Töpfer van Adel in Nederland het woord ‘rancuneuze’ verwijderd. Dolph Boddaert berichtte me aanvankelijk dat hij voor hij zijn uitlatingen wilde toelichten, eerst overleg te willen plegen met Isabel van Boetzelaer.
Ik vroeg hem daarop of hij wellicht een buikspreekpop van de freule was, waarop Boddaert woedend reageerde en meedeelde nog steeds achter de beschuldiging van ‘storm van rancuneuze kritiek’ te staan.
Foto: Stills uit Jacobine op zondag. NCRV, 23-04-2017.