Bij de Britse en Nederlandse ministeries van Financiën kunnen ze het nauwelijks geloven, op 9 oktober 2008. Een dag eerder is de IJslandse internet-spaarbank Icesave failliet gegaan. De bank heeft op dat moment honderdduizenden klanten in Groot-Brittannië en Nederland. Zoals ambtenaren in beschaafde landen dan doen, nemen de Britten en Nederlanders contact op met hun IJslandse collega’s: wat is het plan voor het geld van onze spaarders, waar jullie een garantie op hebben gegeven?
Nou, is het antwoord, van ons gaan ze het niet krijgen. Wij hebben het niet..
Minister Wouter Bos is woedend, de Britten dreigen zelfs de terrorisme-wetgeving tegen de IJslanders in te zetten. Ongehoord in de moderne tijd: gegarandeerd geld van spaarders simpelweg niet terug kunnen of willen betalen.
Daarmee is in een klap ook in Europa de ernst van de kredietcrisis duidelijk. Lijken we aan deze kant van de oceaan na de ondergang van Lehman Brothers heel even de dans te ontspringen, nu breekt er paniek uit. Binnen de kortste keren zijn er steunpakketten voor Nederlandse banken, die door weglopende spaarders, instortende beurskoersen en onderling wantrouwen failliet dreigen te gaan. Later volgen nationalisaties van ABN Amro en SNS Reaal.
Al heel snel begint ook de discussie over wat te doen met de schuldigen, de bankiers die deze enorme crisis hebben veroorzaakt. Het gaat de samenleving tientallen miljarden kosten. De bankiers moeten met nieuwe regels en beter toezicht aan de ketting worden gelegd, en wellicht voor de rechter komen. Het publiek roept om gerechtigheid.
Tien jaar later lijkt er van die gerechtigheid weinig terecht gekomen. Wereldwijd is slechts één bankier in de cel beland vanwege de kredietcrisis zelf: de Amerikaan Kareem Serageldin, die veroordeeld is voor fraude met rommelhypotheken bij de bank Credit Suisse. Maar het verscherpte toezicht op banken krijgt hier en daar wel degelijk een strafrechtelijk staartje. Ook voor Nederlandse banken.
Geldhandelaren
In 2011 begint in de Verenigde Staten bijvoorbeeld een onderzoek naar fraude met de zogeheten LIBOR-rente. Die hanteren banken voor hun onderlinge leningen. Ze kunnen flink cashen als ze de LIBOR manipuleren (een aantal banken samen besluit over de hoogte ervan). Ze sluiten een goedkope lening af, manipuleren de rente omhoog en steken het verschil in eigen zak.
Er zijn op dat moment al jaren geruchten dat er mee gerommeld wordt. Die blijken juist. Onder andere de Nederlandse Rabobank is bij de fraude betrokken. Onder druk van de kredietcrisis treden overheden in de VS en Groot-Brittannië hard op: tientallen Rabobank-bankiers worden ontslagen, sommigen krijgen celstraf. Maar niet in Nederland: hier koopt de Rabobank in 2013 voor 70 miljoen vervolging af (wereldwijd betaalt de bank 774 miljoen euro boete). Wel moet financieel directeur Sipko Schat weg. Topman Piet Moerland stapt zelf op.
Zonder verscherpt toezicht zou deze fraude niet, of in ieder geval later zijn ontdekt. Nu zitten toezichthouders er meer bovenop.
Dat betekent echter niet dat ze alles zien, blijkt in 2018, en al helemaal niet meteen. Een van de nieuwe regels sinds de kredietcrisis is: ken uw klant. Banken moeten, om fraude en witwassen te voorkomen, weten met wie ze zaken doen, en verdachte transacties melden. Doen ze dat niet, dan kunnen ze vervolgd worden.
ING gooit daar jarenlang met de pet naar. In 2015 starten de FIOD en het Openbaar Ministerie daarom een onderzoek naar witwaspraktijken door klanten van de bank. Dan blijkt dat ING maar weinig van z’n klanten weet, ook al is de bank dat wel verplicht. Zo kan een klein lingerie-bedrijfje zo maar 150 miljoen op de rekening hebben zonder dat ING vragen stelt.
De kwestie speelt deels in een tijd dat ING overeind wordt gehouden met staatssteun. Als de affaire in september 2018 naar buiten komt, is minister Wopke Hoekstra van Financiën dan ook furieus. Bankiers hebben op grote schaal misdrijven laten passeren, nota bene onder de neus van de overheid.
Na enig draaien van ING-zijde moet financieel directeur Koos Timmermans opstappen. Topman Ralph Hamers mag blijven. Tot vervolging van de betrokken werknemers (de bank neemt tegen een tiental mensen maatregelen) en hun bazen komt het niet – dat is met een schikking afgekocht. Wel een hele hoge schikking overigens: 775 miljoen euro, een Nederlands record.
Safe
Strengere regels, strenger optreden: bankiers komen sinds de crisis niet meer overal mee weg. Maar er blijven nieuwe schandalen opduiken, ingrijpen volgt soms pas na jaren. En hoewel hun werkgevers fikse boetes krijgen, lopen de bankiers zelf weinig risico. Zo lang je niet welbewust en aantoonbaar meehelpt aan witwassen of fraude, ben je veilig voor de rechter.
Daardoor ontsnapt bijvoorbeeld Sjoerd van Keulen de dans. Van Keulen koopt als topman van SNS Reaal het beruchte Bouwfonds van ABN Amro – bij dat Bouwfonds wordt dan al velen jaren op grote schaal gefraudeerd. Hij neemt het in 2006 over, waarna het verder door het leven gaat als SNS Property Finance. In 2009, als dit dochterbedrijf door de kredietcrisis opeens dik 200 miljoen verlies maakt, stapt Van Keulen op. Pek en veren blijven hem dan nog bespaard.
In de jaren die volgen etteren de verliezen door. In 2013 gaat het daardoor helemaal mis met SNS, en komt het tot een complete nationalisatie. De kritiek uit de samenleving is keihard: is dat gerotzooi nu nog niet afgelopen? De storm waait vooral langs de oren van Van Keulen (dan overigens al jaren weg bij SNS). Journalist Jelle Brandt Corstius begint een social media-actie voor het terugvorderen van Van Keulens bonussen uit het verleden. Dat blijkt niet te kunnen (de bonus, in aandelen SNS, is trouwens ook niets meer waard). Van Keulen verliest zijn reputatie, en zijn nieuwe baan bij lobbyclub Holland Financial Centre. De woede loopt zo hoog op dat hij zelfs enige tijd in het buitenland onderduikt.
Maar tot een vervolging komt het ook nu niet. Van Keulen heeft er in zijn jaren als SNS-topman een puinhoop van gemaakt, maar zelf niets strafbaars gedaan. Kleinere vissen als ex-directeur Buck Groenhof van SNS Property en meeprofiterende projectontwikkelaars hebben dat wel. Zij krijgen celstraf.
Niet aansprakelijk
Waarom is het zo moeilijk om bankiers strafrechtelijk te vervolgen? Publiek en politiek eisen bij wanbeleid hard optreden, zeker als de economische en maatschappelijke schade zo groot is als in de kredietcrisis. Maar Justitie is véél genuanceerder. Het is vaak gewoon te ingewikkeld om tot veroordelingen te komen. Financieel onderzoek is tijdrovend, razend ingewikkeld en duur. Zelfs als er uit zulk onderzoek potentieel strafbare feiten komen, is de kans op zware straffen minimaal.
Grote bedrijven als banken bestaan namelijk bij de gratie van het spreiden van verantwoordelijkheid over een groot aantal mensen, zoals de Amerikaanse strafrechtdeskundige Sam Buell in ‘The Atlantic’ uitlegt. Het is heel lastig om individuele werknemers, zelfs topmensen, persoonlijk daden toe te rekenen die een rechter ziet als strafbaar. Beslissingen zijn immers door veel mensen samen genomen. Die hebben dus allemaal een beetje schuld, en krijgen op z’n best een beetje straf. Meestal zelfs dat niet. Vandaar dat Justitie liever schikkingen treft.
Hoe onrechtvaardig ook: je kunt dus beter de samenleving van miljarden beroven dan je buurman van 100 euro. Het laatste is een misdaad, bij het eerste is dat maar de vraag. De IJslanders van Icesave hebben dat als geen ander begrepen. Hun regering betaalt de Britten en Nederlanders uiteindelijk terug, maar de twee hoofdverantwoordelijken voor het bancaire drama gaan vrijuit.
Vader Björgólfur Gudmundsson en zoon Björgólfur Thor Björgólfsson werden en worden verdacht van een eindeloze reeks fraudezaken. De twee duiken op in het Panama Papers-schandaal. Er gaan sterke geruchten over banden met de Russische maffia, connecties met de campagne van Donald Trump incluis. Het maakt allemaal weinig uit. Pa heeft in ieder geval nog het fatsoen om in 2009 failliet te gaan. Zoon Thor is tot op de dag van vandaag de rijkste man van IJsland.