Voor de goede orde: Douwes staat beslist niet alleen in haar onvrede. Zelfs publicisten die beter moeten weten maakten eerder lijstjes van straffen die lager uitpakten dan de 240 uur werkstraf en een maand voorwaardelijke celstraf voor de zelfbenoemde strijder voor kinderrechten Jenny Douwes. Ook de tweets van Douwes werden deze week weer door een groot aantal mensen van een hartje voorzien.
Blijkbaar leeft bij een grote groep mensen het idee dat misdrijven goed onderling vergelijkbaar zijn en dat een mishandeling of een zedendelict niet lichter gestraft mag en kan worden dan iemand die een belangrijke rol speelde bij een snelwegblokkade. Het misdrijf op papier moet blijkbaar direct in verhouding staan tot de strafmaat. Als dat de praktijk zou zijn in Nederland, dan heeft Douwes helemaal gelijk.
Het is alleen niet de praktijk. Godzijdank niet. Laat ik een poging wagen om duidelijk te maken dat het onbegrip in deze kwestie vooral rust op een bewuste keuze om de feiten van een goed functionerende en rechtvaardige rechtspraak niet onder ogen te willen zien.
Doden
Ik val meteen maar met de deur in huis met een nogal extreem voorbeeld. We pakken de verhalen van de fictieve Carla en Karel er even bij. Carla wurgde ooit haar zoontje. De jongen had geen schijn van kans en stierf. Karel op zijn beurt gebruikte ooit een mes om zijn ex met twee ferme halen uit het leven te jagen.
Als we de retoriek van Jenny Douwes moeten geloven, dan zou zowel voor Carla als voor Karel een lange en vergelijkbare gevangenisstraf de enige juiste straf zijn. Het gaat wat strafmaat betreft immers blijkbaar louter om het strafbare wetsartikel. En dan moet het doden van een mens vergelijkbaar worden afgestraft.
Klinkt logisch, maar dat is het niet.
De praktijk is namelijk terecht anders. Carla is namelijk psychotisch en heeft waanbeelden. Volgens deskundigen is zij door haar stoornis volledig ontoerekeningsvatbaar. De realiteitsbeleving van de vrouw is verstoord. Omdat rechters geen witte jassen dragen, dienen zij te luisteren naar de deskundigen en dat wil in dit geval zeggen dat Carla door haar afwijkende persoonlijkheid helemaal niet strafbaar kan zijn. Er kan geen (cel)straf opgelegd worden omdat Carla niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor haar daden, dus verdwijnt zij voor enige tijd in een psychiatrisch ziekenhuis. Een maatregel, geen straf.
Karel is een ander verhaal. Volgens de rechter wist hij namelijk heel goed wat hij deed toen hij zijn ex doodstak. Er is geen stoornis geconstateerd en Karel mag twaalf jaar de gevangenis in. Twee (louter op papier) min of meer vergelijkbare misdrijven dus met een hele andere uitkomst.
Deze voorbeelden lijken wellicht wat vergezocht, maar geven precies aan waar de denkfout bij Douwes en trawanten zit. Een strafmaat hangt namelijk helemaal niet louter en alleen af van het gepleegde strafbare feit, maar veel meer van de specifieke omstandigheden, zowel van het misdrijf zelf als van de unieke positie van de verdachte (en zelfs van het slachtoffer).
Dit artikel lees je gratis. Het zou mooi zijn als je onderaan een kleine bijdrage deed, zodat ik dit soort artikelen kan blijven schrijven
Zo kan het bijvoorbeeld gebeuren dat PVV-leider Geert Wilders wel schuldig is aan groepsbelediging en aanzetten tot discriminatie, maar toch geen straf krijgt omdat de rechtbank het in dit specifieke geval en met deze verdachte belangrijker acht dat vastgesteld is waar de grens ligt.
Ajax
Strafzaken en de daaraan gekoppelde strafmaat vergelijken is in de praktijk niet alleen onmogelijk, maar ook zeer onverstandig. Het is hetzelfde als zeggen dat Excelsior beter is dan Ajax omdat Feyenoord won van Ajax en een week later Excelsior van Feyenoord.
Scorebordjournalistiek noemen we dat dan.
De strafmaat in een zaak hangt in de praktijk gelukkig af van een groot aantal factoren. Het strafbare feit zelf is slechts het begin van een lange keten. Want wat is eigenlijk de ernst van het feit? Wat was de intentie? Is er sprake van schuld of opzet? Heeft de verdachte spijt? Toont hij/zij zelfinzicht? Is er al een effectieve behandeling gestart die abrupt zal stoppen bij een opgelegde celstraf? Is er succesvol begeleiding opgestart? Wat was de rol van het slachtoffer? Hoe groot is de kans op recidive? Ligt er een strafblad? Kan de verdachte wel iets verweten worden? Was er sprake van zelfverdediging? Handelde de verdachte uit een intense emotie? Misschien uit hoofde van zijn functie? Is er een stoornis? Was die stoornis van invloed op het misdrijf? Kan die stoornis behandeld worden? Hoe snel moet en kan die behandeling starten? Is de samenleving wel gebaat bij een celstraf voor de verdachte? Is de verdachte wel detentiegeschikt? Wie worden er nog meer slachtoffer van een eventuele celstraf (kinderen bijvoorbeeld), wat is de impact van de straf op deze specifieke verdachte? Is een lange proeftijd bij een voorwaardelijke straf niet effectiever? Hebben slachtoffers van oplichting niet meer baat bij een dader die weer aan het werk kan om zijn schulden af te lossen?
En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Zedendelict
Jenny Douwes stelde deze week op Twitter dat ze net zo goed een zedendelict had kunnen plegen of iemand had kunnen mishandelen. Waarom? Omdat ze voorbeelden heeft van mensen die een lagere werkstraf kregen voor dergelijke delicten. En had zij niet ook een werkstraf gekregen? Nou dan!
Ook dat is een misvatting. De kans is namelijk best groot dat Douwes een zwaardere straf zou krijgen voor dergelijke delicten als ze bijvoorbeeld dezelfde houding zou hanteren als bij haar eigen delict. Geen zelfinzicht en geen spijt. Interviews in de kranten over haar ‘heldenrol’ en tevredenheid met het resultaat van de blokkade. Rechters houden er niet van als verdachten aantonen dat ze niets hebben geleerd van hun fouten en niet in het minst begrijpen waarom hun handelen niet door de beugel kan. Dat noem je ook wel een strafverzwarende omstandigheid.
In een van haar recente tweets gebruikte Douwes het voorbeeld van een bekende oud-sporter die een werkstraf kreeg voor de mishandeling van een portier. Daar kun je natuurlijk van alles van vinden. Maar je kunt net zo goed stellen dat anderen aanzetten tot het verhinderen van een democratisch grondrecht, het blokkeren van het recht op vrije meningsuiting en voor eigen rechter spelen meer schade toebrengt aan een samenleving dan een incident waarbij een man een klap uitdeelt aan een uitsmijter tijdens een uit de hand gelopen ruzie, naar eigen zeggen om zijn broer te beschermen.
Waarbij de dader in kwestie ook nog eens spijt heeft van zijn eigen gedrag.
In een andere tweet sprak Douwes haar verontwaardiging uit over de werkstraf voor een vrouw die haar minderjarige dochter door een kennis liet masseren. De man masseerde meer dan bij een normale massage te doen gebruikelijk is en de vrouw kreeg een celstraf van een dag en een werkstraf van 150 uur.
Wat Douwes er niet bij zegt is dat het strafbare feit al zeven jaar geleden had plaatsgevonden, dat de moeder door deskundigen als kwetsbaar wordt gezien, dat ze haar dochter zag als een vriendin en dat ze inmiddels niet meer de zorg heeft over haar dochter. Die woont namelijk bij haar vader.
Wat Douwes ook niet zegt is dat de dochter volgens de verdachte zelf akkoord was gegaan met de massage, dat ze de gezagsverhouding uit het oog was verloren en dat deskundigen de kans op herhaling als laag inschatten. Bovendien toonde de verdachte spijt en zelfinzicht en was de moeder voor het strafbare feit nog nooit met justitie in aanraking gekomen en in alle jaren daarna ook nooit meer. Kort en goed komt de rechtbank tot het oordeel dat een celstraf in dit specifieke geval dus geen toegevoegde waarde meer heeft.
Ook hier mag en kun je van alles van vinden, maar feit blijft dat een rechtbank kijkt naar alle omstandigheden en niet alleen naar het kale strafbare feit.
Heksenjacht
De tweets van Douwes komen ook beslist niet uit de lucht vallen. In een eerder interview gaf ze al aan dat er in haar geval sprake was van een heksenjacht en dat haar vonnis ‘bizar hoog’ was. Uit de woorden van Douwes blijkt niet meteen een geloof in de rechtspraak in Nederland, zullen we maar zeggen. Ze had bovendien gelezen dat zelfs doodrijders een werkstraf kregen. Doodrijders! ‘Dan is de verhouding toch helemaal zoek’, aldus een boze Douwes.
Ook dit berust – het wordt eentonig – weer op een misverstand. Bij mensen die een ander dood rijden in het verkeer is er namelijk helemaal geen sprake van opzet op de dood van een ander. Niemand gaat van huis om een ander dood te rijden. In dergelijke gevallen gaat het louter om schuld. Het gevolg van een moment van onoplettendheid of het overtreden van een verkeersregel.
Zoals bijvoorbeeld het negeren van de regel om niet zonder noodzaak stil te gaan staan op een snelweg, om maar een willekeurig voorbeeld te noemen.
Maatwerk
Rechtspraak is maatwerk. Straffen worden niet in beton gegoten en zijn zwaar afhankelijk van alle unieke omstandigheden. Daar komt bij dat het doel van strafrecht niet louter vergelding (lees: zware straf) is. Het doel is net zo goed om herhaling te voorkomen, bijvoorbeeld door een effectieve resocialisering van de dader. Niet geheel toevallig bij uitstek het terrein van de werkstraf en de aan een voorwaardelijke celstraf gekoppelde voorwaarden.
Opvallend genoeg heeft juist Jenny Douwes in haar rechtszaak enorm veel profijt gehad van de unieke afdoening in individuele strafzaken. De maximale straf voor opruiing is op papier namelijk een celstraf van vijf jaar. Die heeft ze niet gekregen omdat de rechter in haar geval niet louter heeft gekeken naar die papieren strafmaat, maar naar de unieke omstandigheden van haar zaak, naar haar persoonlijke omstandigheden en het gegeven dat ze niet eerder is veroordeeld.
Jenny Douwes gaat in hoger beroep tegen haar veroordeling. Ook dan zal ze merken dat rechters kijken naar haar individuele zaak. Misschien krijgt ze wel een lichtere straf, misschien wel een zwaardere. Maar ze zal merken dat haar rechters rekening gaan houden met alle aspecten van een unieke gebeurtenis.
En dat maakt de rechtspraak een stuk rechtvaardiger dan wat makkelijk geplaatste tweets op Twitter. Losse berichtjes om de boze burger op te hitsen tegen een waardevol systeem waar zij als geen ander afhankelijk van is en van profiteert.