Op het podium is het kaalslag troef, maar tussen de walvistanden en een mummie door ontwaart de bezoeker van Wagners Tristan en Isolde oeremoties van kosmische proporties. Zelden zindert een voorstelling van De Nationale Opera zo lang na. Maar, eh, is dit wel een opera?
Houd het kort, begin bij filosoof Schopenhauer. Ok. ‘Ware liefde kan niet bestaan’, schreef Arthur, ‘behalve wellicht in de gezamenlijke liefdesdood’. Richard Wagner vertaalde dit idee van onmogelijke liefde in een 4,5 uur durend liefdesdrama, waarbij doodsverlangen en amour elkaar innig omarmen. We associëren de naam Wagner met ultieme opera’s, maar in dit geval gaat het om een ‘Handeling in 3 aktes’. Niet dat er veel wordt gedaan in Tristan en Isolde. Geen uitzinnige intriges of verkleedpartijen. Slechts een duo dat veel naar elkaar smacht.
Afstandelijke mummie
Daar weet regisseur Pierre Audi wel raad mee. Nooit krijgt het liefdespaar de kans elkaar innig en zinnelijk te omhelzen. Bij de intendant, die aan het eind van dit theaterseizoen vertrekt uit Amsterdam, houden de hoofdpersonages flinke afstand van elkaar. Daar hebben ze de ruimte voor, want zoals wel vaker bij Audi kijken we naar een lege vlakte, waar her en der wat objecten staan. In de tweede akte walvistanden, in de derde een soort graf met een mummie. Maar het is vooral de belichting die de aandacht trekt in dit decor. Verzengende zonnestralen en diepe duisternis wisselen elkaar af.
Smeulende finale
Daardoor komen de zangstemmen extra goed naar voren. De Nederlandse Opera moest het altijd meer van de originele ultramoderne regievondsten hebben, maar tegenwoordig kan het gezelschap topzangers inhuren en inzetten op muzikale kwaliteiten. 4,5 uur Wagner vraagt veel van de vocalisten. Stephen Gould als Tristan bewijst dat hij terecht door alle grote operahuizen gevraagd wordt. Hij kan zowel flink uitpakken als subtiel gas terugnemen en de toeschouwer de emoties laten invullen. Ook Riccarda Merbath weet wel raad met grote aria’s, en gaat smeulend ten onder in de finale. Dirigent Marc Albrecht houdt de teugels strak bij zijn Nederlands Philharmonisch Orkest, hij doseert erupties waardoor de zaal steeds in hoogspanning zit: wanneer komt die explosie van geweld? Grommen, glijden, alles zit in het pallet van Albrecht, die in Amsterdam tot ware Wagneriaan is uitgegroeid.
Eén probleempje resteert: in deze tijd van instagram-selfies verwachten we meer uitstraling van de hoofdpersonen. Zowel Tristan als Isolde lopen in vage grauwgrijze ruimvallende vodden, niet bepaald de uitstraling van een vorstelijk liefdespaar. Het charisma komt hier uit de strot, en qua stemmen heeft de luisteraar niets te klagen. Af en toe de ogen dichtknijpen, dan komt het allemaal goed. Maar mis daardoor niet de magistrale slotscène!
Tristan und Isolde is te zien bij De Nationale Opera, operaballet.nl
beeld: Ruth Walz