Met zelfmoord is de kous af in zaak Eline Melters

De gewelddadige dood van de 23-jarige Eline Melters in 2009 was volgens justitie zelfmoord. Maar de familie van het slachtoffer was daar niet van overtuigd. Justitie besloot de zaak opnieuw te gaan onderzoeken, maar bleef bij haar eerdere oordeel. Een onthullende reconstructie.

Dinsdag 8 december 2009. Het is in Californië tegen het middaguur, als Daniël Melters een gesprek binnenkrijgt op zijn mobiele telefoon. Op het scherm ziet hij dat het zijn zusje Nadia is, die vanuit Nederland belt. Als hij opneemt, komt ze met schokkend nieuws. Nadia vertelt dat de politie heeft gemeld dat haar zusje dood is gevonden. ‘In een bos.’

Stukje bij beetje komt Daniël meer te weten over wat er met zijn 23-jarige zusje is gebeurd. Informatie van de politie hierover bereikt hem pas laat. Vanuit de V.S. leest hij de eerste berichten over de dood van Eline op Nederlandse krantenwebsites. Het overlijden van zijn zus blijkt een dramatisch verloop te hebben gehad. In de berichten staat verwarrende informatie. Zijn zus heeft schreeuwend en bloedend over straat gelopen in haar woonplaats Urmond, bij Sittard. Haar vriend is gearresteerd. Maar dat zou vooral voor zijn eigen bescherming zijn. Op de website van de Limburgse regionale zender L1 staat dat de politie denkt dat het slachtoffer niet door een misdrijf om het leven is gekomen. Ze zou zelfmoord hebben gepleegd, en daar wordt onderzoek naar gedaan.

Verbijsterend

Daniël reist met zijn vrouw halsoverkop naar Nederland. Door het tijdverschil en de lange reis lukt het hem pas op 10 december te arriveren. Zijn ouders zijn dan in Maastricht, om Eline te identificeren. Nog voordat hij op het vliegtuig stapte, krijgt hij te horen dat Elines vriend weer is vrijgelaten. Ook heeft de politie de familie van Eline er dan van op de hoogte gesteld dat de zaak is afgesloten. Kennelijk zijn er genoeg aanwijzingen voor de politie dat Eline zelf een einde aan haar leven heeft gemaakt. De familie is verbijsterd. Waarom liep Eline dan schreeuwend en bloedend over straat, vraagt haar broer zich af? Het is de eerste vraag van vele die hem de jaren erna over de dood van zijn zus zullen bekruipen, en waarvan de antwoorden hem lang niet altijd geruststellen. Daniël Melters: ‘We hebben het idee dat de politie in Sittard nooit echt onderzoek heeft gedaan naar de dood van mijn zusje. De conclusie zelfmoord was snel gemaakt en daarmee was de kous af.’

Langzamerhand wordt het Daniël en zijn familie duidelijk welke dramatische taferelen zich in het schilderachtige centrum van het middeleeuwse Oud Urmond heeft afgespeeld. Het is een scenario uit een horrorfilm, in een Limburgs dorpje dat wordt doorsneden door het Julianakanaal en dat ligt ingeklemd tussen de Maas, de A-2 en de uitgestrekte terreinen van DSM, met haar verzuurde begroeiing.

Volgens de politie zou Eline zich na een ruzie met haar vriend met een mes in haar borst hebben gestoken. Ze is daarna weggerend, maar na een paar honderd meter ingestort en overleden, met het fatale bloedverlies als oorzaak. In het proces-verbaal van de politie staat dat Eline tevergeefs heeft geprobeerd om bij de twee kerken die zich op haar weg bevonden, naar binnen te komen. Bizar aan de dodelijke vlucht van Eline door het dorp is dat ze volkomen naakt was.

Bizar aan de dodelijke vlucht van Eline door het dorp is dat ze volkomen naakt was

Naast al deze feiten wordt weinig duidelijk over de toedracht van de dood van Eline. Dat komt door het uitblijven van een uitgebreid onderzoek naar haar overlijden. Het laat een reeks aan vragen open die het zowel de familie van het slachtoffer, als haar voormalige vriend onmogelijk maken het verhaal af te sluiten. Daniël Melters en zijn familie zijn daarom de laatste jaren bezig met het achterhalen van de feiten rondom de dood van hun zus en dochter, voorzover die nog te achterhalen zijn. Hun vragen richtten zich op de vraag of Eline wel degelijk zelfmoord heeft gepleegd. Waarom rondde de politie het onderzoek daarnaar in feite al na een halve dag af? Waarom zijn er maar zo weinig getuigen gehoord, is er nauwelijks bloedsporenonderzoek gedaan, en wat is de reden dat de politie al snel tot de conclusie kwam dat Eline suïcide pleegde?

Verbloeding

In het officiële verslag van de lijkschouwer van de GGD in Limburg-Zuid staat dat Eline rond 10 uur in de ochtend is overleden. De rapportage meldt dat Eline niet door een natuurlijke dood om het leven is gekomen. Zij is buiten op een grasveld voor een kerk aangetroffen, liggend op haar buik. Volledig ontkleed. Ze is doodgebloed. Of, zoals het in het verslag staat: ‘De doodsoorzaak is zéér waarschijnlijk verbloeding ten gevolge van penetratie van het hartzakje met een scherp voorwerp’. De lijkschouwer zet daar tussen haakjes ‘koksmes’ achter, zonder dit verder toe te lichten. Aan de linkerkant van haar borstbeen is een grote, gapende steekwond te zien, van ongeveer vijf bij anderhalve centimeter. Eline heeft aan haar linkerhand twee snijwonden, om precies te zijn aan de palmzijde van wijs- en middelvinger. Aan de voorzijde van het lichaam en de benen en voeten van Eline worden veel bloedsporen aangetroffen. Verder heeft ze oppervlakkige schaaf- en kraswondjes. De gemeentelijke lijkschouwer vermoedt dat dit laatste zo gekomen is, omdat Eline tijdens haar doodstrijd nog door een haag heeft proberen te kruipen, en over een muur heeft proberen te klimmen.

Schreeuw

Daniël Melters heeft een aantal zaken op een rij gezet, die een heropening van de zaak volgens hem rechtvaardigen. Het zijn een aantal gebeurtenissen die tot de dood van zijn zus hebben geleid, die hem bevreemden. ‘Zo is gebleken dat M. nadat mijn zus de fatale steekwonden opliep, niet 112 belde, maar zijn moeder, waarmee hij drie minuten aan de telefoon was. Ook is hij niet achter Eline aangegaan, toen ze naakt en bloedend het dorp in rende, maar heeft de politie hem later thuis aangetroffen, terwijl hij aan tafel zat te roken.’ Verder claimt M. om hulp te hebben geschreeuwd, nadat Eline zichzelf wat zou hebben aangedaan. ‘Was dat daadwerkelijk een schreeuw om hulp uit een geopende deur?, vraagt Daniël zich af. ‘Of kwam de schreeuw vanuit het huis, en was het toch M. die zijn vriendin met drie steekbewegingen om het leven bracht?’

De hond van Eline en M. zou die laatste hebben aangevallen tijdens de gebeurtenissen. Nam hij het op voor Eline, toen M. haar aanviel? En waarom had Eline verwondingen aan haar handpalm? Had ze daarmee misschien afwerende bewegingen gemaakt, toen M. toestak.

De geestelijke toestand van Eline zou haar tot haar daad hebben gebracht. In een psychose zou ze bij twee kerken hebben aangeklopt. Als dat geen teken van waanzin is? Maar wie de vluchtroute van Eline in Oud Urmond naloopt, ziet dat de twee kerken op een steenworp afstand staan, en vooral de eerste kerk zou best als schuilplaats hebben kunnen dienen voor een vrouw die naakt haar huis is ontvlucht, nadat haar vriend net in een vlaag van razernij heeft toegestoken. Ook zou het hevige bloedverlies van Eline tot afwijkend gedrag hebben kunnen leiden. Een ander punt is nog dat de relatie tussen Eline en M. praktisch over was, aldus de familie Melters. Maakte Eline het die nacht uit met M., waardoor hij door het lint ging? Interessant detail is ook nog de persoonlijke informatie die Daniël Melters over zijn zus geeft. Ze zou anderen regelmatig het bloed onder de nagels vandaan halen. Hebben al deze factoren bij elkaar tot een explosief mengsel geleid, dat haar vriendje de controle deed verliezen? Of leiden haar persoonlijke problemen, het drugsgebruik en een bijna-psychose tot een gruwelijke suïcide?

M. ontkent schuld aan de dood van Eline. Hij claimt dat zijn vriendin in psychotische toestand was en dat dit tot haar zelfmoord heeft geleid. Hij zou nog hebben geprobeerd het mes af te pakken en liep hierbij een snijwond aan zijn hand op. M. vroeg eerder ook om meer openheid van justitie in deze zaak in de media. ‘Ik wil het verdriet een plek geven, om verder te kunnen met mijn leven. Maar die kans wordt mij door de constante verdachtmakingen ontnomen. Het is verdomd lastig om je te wapenen tegen de vele onwaarheden die de rond doen.’ M. verhuisde na de dood van zijn vriendin, omdat hij in Urmond met de nek werd aangekeken. Ook werd hij ontslagen in de zorginstelling waar hij ruim een jaar werkte.

Inzicht

Lastig in deze zaak is inderdaad dat M. wel als verdachte is aangemerkt, maar dat er nooit een uitgebreid onderzoek heeft plaatsgevonden naar de dood van Eline. Tenminste niet zoals dat gebruikelijk is in zaken met een moordverdachte. Daniël Melters stelt dat het grootste probleem is dat er slechts twee personen aanwezig waren toen Eline werd gestoken: Eline zelf en M.: ‘Als Eline geen zelfmoord heeft gepleegd, dan moet M. dus wel betrokken zijn. Het in twijfel trekken van Elines zelfmoord is dus gelijk een indirecte beschuldiging aan zijn adres. Wij realiseren ons dat dit de zaak zo penibel maakt. Als Eline daadwerkelijk zelfmoord heeft gepleegd, dan zal ik de eerste zijn om mijn verontschuldigingen aan M. aan te bieden voor de beschuldiging van moord of doodslag. Het gaat ons erom dat Elines dood goed wordt onderzocht. Had ze zichzelf opgehangen, dan zou zelfmoord veel aannemelijker zijn geweest.’

Melters wijst op de lage theoretische kans dat Eline zichzelf tot drie keer toe gestoken zou kunnen hebben. Bij vrouwen is de kans dat zij uitgerekend op zo’n manier een einde aan hun leven maken nog lager dan bij mannen. Elines broer claimt in de literatuur geen enkel voorbeeld te hebben gevonden dat op Elines geval lijkt. Terwijl de verticale insteekwonden in de borst van Eline wel zouden wijzen op moord of doodslag.

Die mogelijkheid wordt trouwens niet uitgesloten door patholoog Frank van de Goot die Elines lichaam bij het NFI in 2009 onderzocht. Hij stelt in het sectierapport dat het letsel waaraan Eline bezweek ‘door haarzelf’ kan zijn toegebracht. Maar hij geeft ook aan dat het type verwonding zeker niet uitsluit dat een ander de steekwonden kan hebben toegebracht. De patholoog denkt dat de verwondingen aan de handpalmen van Eline wel degelijk ‘afweerletsel’ kunnen zijn. Ook letsel aan haar voet, en huidbeschadigingen zouden hierdoor kunnen zijn ontstaan, aldus de NFI-rapportage.

Van de Goot is inmiddels een zelfstandig gevestigd patholoog. Hij herinnert zich dat Eline door twee tot drie messteken om het leven is gekomen. ‘Maar dan zo dat het mes vrijwel niet meer uit het lichaam is geweest. Er zijn meerdere bewegingen gemaakt met een steekwapen, op dezelfde positie.’ Terugkijkend is hij van mening dat de beslissing van justitie om geen nader onderzoek naar de dood van Eline te doen als ‘dubieus’ kan worden omschreven. Hij is niet onder de indruk van het verhaal van de familie Melters dat de statistische kans klein is dat Eline zelfmoord zou hebben gepleegd met een mes. ‘Ik heb wel eens een lichaam onderzocht van iemand die zichzelf 200 messteken had toegebracht.’ Van der Goot wijst er op dat in Nederland jaarlijks 150.000 mensen overlijden. ‘Slechts enkele honderden van die gevallen worden door justitie onderzocht op strafbare feiten. Het OM heeft simpelweg te weinig capaciteit om dat te doen. Maar daardoor kan het zijn dat er wel eens een moord tussendoor glipt.’

Joint

Uit het toxicologisch rapport komt naar voren dat Eline en haar vriend M. die nacht samen een joint hebben gerookt. Justitie stelt ook vast dat Eline in de week voor haar dood hulp heeft gezocht bij een psycholoog. Zij zou langzaam in een psychose aan het geraken zijn. Maar die woorden komen volgens de familie Melters uit de mond van M.. De huisarts van Eline lijkt een belangrijke rol te hebben gespeeld. Hij heeft in een gesprek met de politie aangegeven dat Eline de dag voor haar dood voor psychologische hulp bij hem had aangeklopt. De suggestie lijkt te zijn gewekt dat Eline het contact met de werkelijkheid aan het verliezen was.

De familie Melters diende een klacht over de huisarts in bij het medisch tuchtcollege, omdat de arts wel met de politie had gesproken, maar in een gesprek met de familie vast had gehouden aan zijn beroepsgeheim. In een brief aan het college schrijft de huisarts dat Eline zich bij hem had gemeld, omdat ze ‘de shit uit haar jeugd een plek wilde geven.’ Ze vertelde in dit gesprek niet waarom zij in de war was. Eline vroeg de huisarts om een verwijzing naar een psycholoog met paranormale gaven, omdat ze eerder slechte ervaringen had met reguliere psychologen. De volgende dag belde M. met de mededeling dat Eline ‘ingestort’ was en dat hij niet goed wist wat hij met haar aan moest. Twee uur later werd de arts door de GGD gebeld dat het lichaam van Eline was gevonden op de openbare weg. De huisarts in zijn brief: ‘Overdekt met messteken en bloed, met haar vriend in de buurt, ook overdekt met bloed. U kunt zich voorstellen hoe geschokt wij allen in de praktijk waren.’ De huisarts heeft later verklaard dat hij de diagnose van een psychose bij Eline niet heeft kunnen vaststellen. Bizar aan de dodelijke vlucht van Eline door het dorp is dat ze volkomen naakt was.

Krassen

Een onafhankelijke forensisch bureau heeft in opdracht van de familie Melters in 2010 een onderzoek uitgevoerd naar beschikbare rapporten en verslagen uit het dossier. Het bureau IFS doet een paar uitspraken, die de zelfmoord van Eline niet bepaald onderbouwen. Aan de hand van de bloedsporen stelt ze vast dat Eline voorovergebogen gezeten zou kunnen hebben, in plaats van dat ze stond. Ook zijn haar handen en polsen ‘opvallend vrij van bloed’, wat niet zou stroken met het scenario dat ze zichzelf heeft gestoken. Ze zijn volgens het bureau eerder van iemand anders afkomstig, dan van haarzelf. De krassen op haar buik zouden er weer op wijzen dat ze is opgetild door iemand. De snijverwondingen op haar handen lijken niet te komen doordat ze met haar hand over het lemmet is gegleden, nadat ze zichzelf had gestoken. Die zouden er volgens het bureau eerder een aanwijzing voor zijn dat ze geprobeerd heeft het mes van zich af te duwen. Verder zijn er nog bloeduitstortingen op haar knieën te zien, die vraagtekens oproepen.

Heel afwijkend is de conclusie dat de sporen van aarde op Elines voeten en achillespezen er volgens IFS eerder op wijzen dat ze is versleept, dan dat ze heeft gelopen. Verder heeft Eline snij- en steekverwondingen op haar rechterbovenbeen en op haar linkervoetzool. Vooral die laatste verwonding kan volgens de onderzoekers door aan aanvaller zijn toegebracht, terwijl het slachtoffer wilde vluchten of een mes probeerde af te weren. Tenslotte heeft Eline ‘grip marks’ op haar lichaam. Hierover zegt IFS: ‘Deze ronde bloeduitstortingen worden regelmatig gezien wanneer iemand met kracht bij de armen wordt vastgepakt. Ook dit wijst op een scenario waarbij tegen het slachtoffer geweld is gebruikt.’

De eindconclusie van het door de familie Melters ingeschakelde bureau is spijkerhard. Maar het bureau wijst ook op de noodzaak van meer onderzoek, om haar conclusies te kunnen onderbouwen. Het bureau is van mening dat het onwaarschijnlijk is dat het slachtoffer zichzelf de steekletsels in het hart heeft toegebracht. Ze ziet juist ‘veel steun’ voor de hypothese dat Eline door een geweldsmisdrijf om het leven is gekomen. IFS wijst erop dat er verder onderzoek uitgevoerd moet worden. Het zou dan gaan om een bloedsporenanalyse aan de hand van de foto’s en eventuele andere zaken die sporen kunnen opleveren, en een forensisch medisch onderzoek naar de verwondingen en het tijdstip waarop deze zijn toegebracht.

Afwijkingen

De familie Melters heeft de laatste jaren aan justitie gevraagd om alle dossierstukken te krijgen, of ongelimiteerd te kunnen inzien. Als er geen duidelijk bewijs in deze zaak is dat Eline daadwerkelijk zelfmoord heeft gepleegd, dan willen zij dat de zaak wordt heropend en er een grondig onderzoek plaatsvindt. Daniël Melters: ‘Als de feiten vervolgens duidelijk wijzen naar een zelfmoord en moord is tegelijkertijd uitgesloten, dan is dat zo. Dan kunnen we ook beginnen met het verwerkingsproces. Want sinds dag 1 zitten we met vragen, en zijn we aan het vechten om de zaak serieus genomen te krijgen. Het steken van veel energie in Elines zaak, is het enige wat we als familie nog voor haar kunnen doen.’

In september 2014 besloot justitie om de dood van Eline Melters opnieuw onder de loep te gaan nemen. Tot nu toe hield ze stug vast aan de ‘onherroepelijke zelfmoord’, zoals het werd genoemd in een brief aan de familie Melters. Justitie gaf aan dat er geen redenen waren om een strafrechtelijk onderzoek te starten. Kennelijk trekt ze zich nu terug van dat standpunt. Een nieuw team gaat bekijken hoe het onderzoek destijds plaats heeft gevonden. In dat team komen volgens het OM geen leden te zitten van het rechercheteam dat destijds besloot dat er sprake was van zelfmoord. Justitie benadrukt wel dat het niet om heropening van de zaak gaat. Ook geeft ze de familie Melters geen inzage in het dossier.

Daniël Melters verwijst naar de zaak Michelle Mooij, die aan een strop werd gevonden en waarbij de politie direct de conclusie trok dat het om zelfmoord ging, terwijl het hele huis overhoop was gehaald en haar ex-vriend net uit de gevangenis was gekomen, waar hij terecht was gekomen omdat hij haar eerder had mishandeld. Eline Melters broer probeert beter te begrijpen hoe Elines zaak is afgehandeld, zoals dat is gebeurd. ‘Is het vanuit hoe het justitiële systeem is opgezet te verwachten dat zaken als die van Eline zo snel worden afgedaan?’ Melters is als wetenschapper van mening dat het Nederlandse rechtssysteem bijzondere afwijkingen vertoont. ‘Er zijn vals negatieve resultaten als die van Michelle Mooij en Eline, maar ook vals positieve zoals die in de zaak van Lucia de Berk en al die andere rechterlijke dwalingen. In de zaak Eline valt voor mij helaas nog genoeg onderzoek te doen om dit beter te leren snappen.’

De familie Melters liet weten het besluit van justitie om het onderzoek naar de dood van Eline tegen het licht te gaan houden een opzienbarende wending te vinden. ‘De beslissing die in het gesprek met justitie werd meegedeeld, was boven verwachting.’

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft het nieuwe onderzoek naar de dood van Eline Melters in Urmond in 2015 afgerond. Het OM blijft bij zijn eerdere conclusie: de toen 23-jarige Eline pleegde in 2009 zelfmoord. De conclusies van de nieuwe forensische resultaten hebben het OM niet op andere gedachten gebracht. Het dossier is daarom in juli 2015 gesloten.

Dit artikel verscheen eerder in misdaadmagazine Koud Bloed

 

 

 

Mijn gekozen waardering € -

Joost van der Wegen (1970) is (onderzoeks)-journalist op het gebied van criminaliteit, politie en justitie, inlichtingendiensten, slachtofferschap, en drugsbeleid. Hij publiceerde hierover onder meer in Metro, Panorama, Crimelink en Vrij Nederland. Voor Crimesite schreef hij het boek 'Onder spanning’, over politiewerk en PTSS. In 2018 werden zijn verzamelde misdaadreportages gebundeld in ‘Moordboek’ (Just Publishers).