Waar ik wél tegenop zie is het ‘paperassen-verhaal’. Vrouw en kind kunnen zich gewoon inschrijven en hun sédula ophalen, maar ik moet waarschijnlijk weer het hele riedeltje door. Dat was de vorige keer een ramp. Ik ben niet van het type dat gauw boos wordt, maar tóen kregen twee vrouwen me zo ver dat ik ze zelfs voor puta (ja, zo’n vrouw van lichte zeden) uitschold. Dat hielp me natuurlijk ook niet, maar ze dreven me tot het uiterste, dus ik had mezelf niet meer in de hand. Waarvoor excuses met terugwerkende kracht. Maar de betreffende vrouwen mogen ook trots zijn. Ze staan op een ultrakort lijstje van mensen die me ooit boos hebben gekregen!
Goed, ik weet nu hoe het allemaal werkt en ken alle valkuilen, dus ik kan rustig blijven, een mooie glimlach erin gooien en gewoon ‘ja mevrouw’ zeggen. Kortom, Curaçao gaat een nieuwe Jeroen meemaken. Iemand die nog altijd kritisch alles bekijkt, maar die zijn gevoelens daarover omzet in een brede lach en de schouders ophaalt als het eens nodig is.
Zo ook met werk, want ik moet natuurlijk werk hebben. Ik heb de Nederlandse bril daar gelaten, aan de overkant, en bekijk alles nu door een mooie roze bril. Dat is ook gewoon veel beter voor mij én veel prettiger voor mijn omgeving. Wat dat betreft zijn die 11 maanden in Nederland uitermate goed voor me geweest. Ik heb alle voor- en nadelen van het leven dáár en het leven híer nu beter op een rijtje dan ooit en dus kan ik ook weer goed relativeren. Daar was ik een meester in gedurende mijn adolescentie, maar ik raakte het kwijt in de jaren daarna. En bewust, hè! Ik merkte het gewoon. Aan mezelf, maar ook aan de mensen om me heen. En ik vond dat erg. Heel erg.
De 11 maanden in Nederland hebben wat dat betreft louterend gewerkt. Begrijp me goed: ik heb 11 geweldig leuke maanden gehad, maar óók 11 zeer leerzame maanden. Nederland – of toch in elk geval Brabant – was nog altijd erg gezellig, servicegericht, klantvriendelijk en hypermodern, maar ik merkte ook dat de Nederlandse maatschappij langzaam maar zeker in zichzelf gekeerd raakt. Dat komt met name door alle bewegingen van buitenaf. De terroristische aanslagen, de vluchtelingen waarvan er, een bekend fenomeen, altijd weer een aantal zijn die het voor de meerderheid verpesten, maar ook de digitaliseringsslag.
Op zich heeft die digitalisering veel voordelen, maar een direct nadeel is ook dat je er heel snel aan gewend bent. Dus als het eens niet werkt, zit iedereen met de handen in het haar. Maar het andere nadeel is veel groter: door die digitalisering raken mensen van elkaar vervreemd. Wat dat betreft, geeft het zakelijke digitale platform LinkedIn een goed beeld: als je leest wat daarop voorbij komt, dan denk je ‘waar gaat dit over?’ en vooral ‘waar gaat dit heen?’ Er komen tientallen, zo niet honderden communicatiemodelletjes, -theorietjes en –plannetjes voorbij, maar communiceren ho maar! Chargerend gesteld: niemand heeft nog tijd in het zakenleven om mail of whatsapp te beantwoorden, laat staan om even ten zitten en praten met elkaar, zó druk is men met de theorie van het communiceren…
Laten we op Curaçao in ’s hemelsnaam lekker bij de snèk over het leven blijven praten, de nieuwste ontwikkelingen doornemen en zelfs zakelijke afspraken maken. Dat werkt veel sneller en dus beter.
Allemaal naar de snèk!