Hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans is al 25 jaar bezig met veranderingen, maar de laatste vijf jaar is het een gekkenhuis. Verkenners van de nieuwe economie komen hem werkelijk overal tegen. Maar het lijkt wel alsof naarmate de onrust over de kanteling in onze samenleving groeit, de professor steeds rustiger wordt.
‘Ach veel nieuws is er ook niet onder de zon. In de negentiende eeuw waren we bang voor machines, tegenwoordig hebben we angst voor robots. Toen had je Karl Marx en nu is er Thomas Piketty.’ Quasi nonchalant haalt ie zijn schouders op. ‘Toen ik begon met transitiekunde, werd ik voor gek verklaard.’
Hij is geen roepende in de woestijn meer. Transitie staat op bijna ieders agenda, als het al geen urgenda is. Rotmans’ stijl is die van een stand up comedian geworden. ‘Als je over de zorg praat, heb je het binnen drie minuten over kosten.’
Thuis is het een ander verhaal. Zoon Tim neemt hem vaak de maat. ‘Hij vindt mij ouderwets. Ik bel een centrale als ik een taxi bestel en koop cd’s. Als ik hem bel, krijg ik nooit antwoord. Stuur ik hem een app, heb ik binnen een minuut een reply.’
Ministerie van Afbraak
De professor geniet van de herkenning die zijn woorden in de zaal op het Let’s reinvent organizations event teweegbrengen. Eenmaal warm gedraaid rollen de anekdotes uit zijn mond. ‘Vier jaar geleden moest ik nog via de achterdeur vluchten toen ik op een bijeenkomst van de FNV vertelde dat ze zichzelf beter kunnen opheffen.’ Of: ‘Laatst sprak ik op het eeuwfeest van de Nederlandse Vereniging van Brancheverenigingen. Ja, die bestaat. Brancheverenigingen stammen uit het begin van de negentiende eeuw. Ik vroeg of ze vandaag de dag zichzelf nog zouden oprichten?’
‘Ik voorspel dat er Ubers komen voor meerdere branches.’
‘Het wordt tijd dat er institutionele stofzuiger door Nederland gaat. Als het aan mij ligt, krijgt het volgende kabinet een Ministerie van Afbraak.’
Toch is de weg naar de samenleving 3.0 is niet alleen geplaveid met humor. Rotmans rekent op de verandering van onderop, op de terugkeer van de menselijke maat en schaalverkleining. ‘Die veranderingen gaan heel snel. We moeten rekening houden met snelheden die fors hoger liggen dan we gewend zijn. De komende 50 jaar zal er meer veranderen dan de afgelopen 500 jaar.’
Rotmans gelooft in horizontale verbanden, zoals sterke lokale gemeenschappen, coöperaties en sociale netwerken, zoals cityfarmers en broodfondsen. Het zijn nieuwe initiatieven en die zijn volgens hem nodig om een goede kanteling mogelijk te maken.
‘Eenvoudige oplossingen werken niet meer’
‘Het zijn creatieve burgers en ondernemers die uiteindelijk voor de doorbraak zorgen. Vanuit het verleden weten we dat twintig procent van de bevolking nodig is om het systeem definitief en onomkeerbaar te laten draaien. Dat betekent een vertienvoudiging van het huidige aantal Nederlanders dat op dit moment betrokken is bij de transities in de maatschappij.’
Hij voorziet die kantelingen overigens niet alleen op het puur economische vlak. ‘Neem de vluchtelingen. We zullen er rekening mee moeten houden dat er de komende jaren nog veel meer mensen, nog los van IS, op vlucht slaan als gevolg van economische- en klimaatveranderingen. In sommige delen van de wereld wordt het te warm om te leven en te werken. Je kunt je dus voorstellen dat eenvoudige oplossingen als een hek bouwen geen oplossing is voor het probleem.’
Einde aan de ja-maarcultuur
Om de vaart in die processen te houden, wil Rotmans een einde aan de ‘ja-maar’ cultuur. De hoogleraar kruipt weer even in stand up rol. ‘Je zou mensen in een vergadering op een ja-maarstoel moeten zetten. Iedere keer als ze dat zeggen, krijgen ze een stroomstoot op hun testikels.’
Liever ziet hij dat we allemaal in een positieve energie gaan zitten. ‘Ik voorspel dat er Ubers komen voor meerdere branches. In Shanghai kunnen ze al drie huizen per dag printen. Dat gaat de bouw ontzettend veranderen. Zo komen er meer ontwikkelingen.’
Slecht nieuws dus voor mensen die geloven in business as usual na de crisis. Het is logisch dat veel mensen dat zouden willen. Onze geest is immers gericht op stabiliteit. Maar de veranderingen zijn al te diep doorgedrongen in de samenleving. Als burgers slikken we niet alles meer. Daar moet de politiek ook nog aan wennen. De aardbevingen in Groningen zijn geen fact of life, zoals minister Kamp ons wil doen geloven. De inwoners van Groningen willen niet langer de pinautomaat zijn van de Randstad. Die geest gaat niet meer terug in de fles. De tijd van voor de crisis komt nooit meer terug.’
Lees ook: Leve zelfmanagement. ‘Een bos heeft toch ook geen hoofdboom?’