Cross-over muzikant LAVALU op eenzame hoogte: ‘Dit is kamermuziek anno nu’

Op 5 oktober verscheen LAVALU’s eerste echte solo-cd ‘Solitary High’. Ook de gelijknamige theatertour is zo solistisch als het maar kan. Alleen haar stem en de vleugel, meer heeft de Arnhemse muzikante niet nodig.

‘LAVALU keert terug naar haar klassieke roots,’ kopte het persbericht over ‘Solitary High’. LAVALU is de artiestennaam die Marielle Woltring in 2009 koos, toen haar debuutalbum ‘Hope or Liquid Courage’ verscheen. “De dansbare versmelting van jazz, pop en klassiek werkt verslavend,” schreef de recensent van OOR destijds.
“Alleen is die jazz er inmiddels absoluut uit,” haast de Arnhemse singer/songwriter zich nu te zeggen. “Ik speel klassiek en ik zing pop.”

Geboren in Cleveland, Ohio, verhuisde ze met haar gezin naar Nederland toen ze acht maanden was. Marielle groeide op in Eindhoven. Op haar derde reikte ze al verlangend naar het klavier, op haar vierde kreeg ze les. Twintig jaar lang oefende ze zich in klassiek pianospel: Bach, Schubert, Schumann, Debussy… Toch werd het geen conservatorium, maar een toneelopleiding.

Eenzaam

“Ik dacht: conservatorium, dat betekent acht uur per dag alleen studeren in een hokje. Dat leek me erg eenzaam. Ik had toen nog geen flauw benul van een studierichting als Lichte Muziek. Maar op de toneelschool in Arnhem zag ik op een gegeven moment ergens een piano staan en dacht: hé leuk! Zo kroop ik ook weer achter de toetsen.”
Sindsdien legt ze zich serieus toe op het schrijven van songs. “Dat had ik als puber al geprobeerd, maar het resultaat leek dan altijd op iets wat al bestond. Terwijl ik natuurlijk iets nieuws wou toevoegen. Het grappige is dat ik dit nou juist weer via mijn acteeropleiding heb geleerd. Daar hoorde ik dat je in alles wat je doet altijd iets van jezelf moet leggen. Op die manier voeg je automatisch iets toe wat er nog niet was. Jij zelf bent immers uniek.”

Mozaïek

Recensenten vergelijken LAVALU graag met experimentele popmusici als Kate Bush of Björk, vanwege haar eigenzinnige mozaïek van stijlen. Naast haar podiumcarrière componeert en arrangeert ze trouwens ook muziek voor toneelgroepen als Oostpool en NT Jong (“Dankzij mijn acteerachtergrond werken ook theatermensen graag met mij”) en klassieke gezelschappen als het Residentie Orkest, Het Gelders Orkest en het Oost-Nederlands Kamerkoor. Laatste wapenfeit: ‘Het Pauperparadijs’ (2016/2017), de muziektheatervoorstelling van Tom de Ket naar het gelijknamige boek (2008) van Suzanna Jansen, over het bedelaarsgesticht in het Drentse Veenhuizen. LAVALU tekende voor de muziek en zong zelf mee.

Voor dit aankomend seizoen is ze echter honderdtachtig graden gedraaid, van theaterspektakel naar een drastisch ‘gestripte’ bezetting: alleen zang en piano.
“Tien jaar lang heb ik met bands gespeeld en had daar ontzettend veel aardigheid in. Maar op een dag zeiden een paar mensen die ik erg hoog heb zitten: ‘Weet je, Marielle, als artiest fascineer je ons eigenlijk het meest wanneer je in je eentje achter de piano zit.’”

Voor ‘Solitary High’ wendde je je tot klassieke componisten: Schubert, Schumann Debussy, Satie…

“Van Satie en Debussy gebruik ik vooral die impressionistische klankbeelden. Enerzijds mag het emotioneren, anderzijds houdt het ook een bepaalde abstractie. Dat vind ik interessant. Mijn werk mag best wat vragen oproepen, het hoeft niet allemaal van die ‘in-kannen-en-kruiken’-muziek te zijn.”
Tegelijk noemt ze zichzelf romantisch: “Ik hoorde laatste een filosoof zeggen: ‘Eigenlijk leven we nog steeds in de romantiek.’ Dat herken ik heel erg. Ik ben romantisch In die zin dat ik grote idealen koester: hoe we als mensen met elkaar moeten omgaan, hoe ik de liefde wil beleven. Ik wil niet aan de oppervlakte blijven, maar in het diepe duiken en dan maar zien hoe ik zwem.”

Winterreise

Van Franz Schubert, vroeg-romanticus bij uitstek, raadpleegde ze de liederencyclus ‘Winterreise’: het verhaal van een zwerver die de barrevoets door het winterse landschap doolt en wiens waarnemingen balanceren op de grens van droom en realiteit.
“Ik vroeg me af: hoe kan het dat die ‘Winterreise’ is na tweehonderd jaar nog steeds ontzettend populair is? Wat deed Schubert nou precies met die piano dat blijkbaar nog altijd werkt?”

En wat was dat?

“De beweging, die bleek uiteindelijk toch het belangrijkste. Niet eens de harmonieën, maar de ritmen. Het is bijna dansen, soms glijden je vingers als op spitzen over de toetsen. Net als bij Debussy in zijn ‘Arabesques’. Die beweging hoor je terug in mijn song ‘Waiting’. Toch heb ik echt alleen maar de eerste drie noten van Debussy gestolen, je kunt het nog niet eens een citaat noemen. Drie noten: één klein patroontje op de piano, dat ik net lang zo ben gaan bewerken totdat het iets van mezelf werd.”

Je lyrics laten veel interpretaties toe. ‘Safe’ bijvoorbeeld begint als een wiegenlied. In een volgende strofe richt je je tot een geliefde, of zelfs de hele mensheid?

Lachend: “Ik vind het heerlijk om mijn teksten niet uit te leggen. Voor mezelf ligt het ook niet altijd zo eenduidig vast over wie het gaat. Sommige fragmenten schrijf ik misschien met mijn dochtertje voor ogen, terwijl het verderop over een geliefde of de hele wereld kan gaan. Maar al zullen er weleens wat poëtische vragen in mijn teksten zitten, ze zijn op zichzelf helder genoeg om geen toelichting nodig te hebben.”

‘Solitary High’ is een synthese van klassieke kamermuziek en eigentijdse popsongs. Dat resulteert in een verstilde en toch breed aansprekende schoonheid.
LAVALU: “Ik liet een opname van ‘Waiting’ horen aan de oppas van mijn dochter. Zonder uitleg vooraf. Ik vroeg haar alleen: luister hier eens naar? En zij riep na de intro: ‘Oh, wat fijn dat jíj dan daarbij gaat zingen!’ Want ze vond die klassieke pianoklanken heel mooi. Maar ze verwachtte daarna onwillekeurig een opera-achtige stem, iets waarbij zíj dan weer zou afhaken.
Ook zelf ben ik met deze combi van klassiek piano en lichte zang eindelijk in mijn eigen schoenen geland. Je weet wel: oude, vertrouwde schoenen die zo lekker zitten. Ik speel als een klassiek pianist en ik zing als een popartiest. Dit ben ik. En dit is kamermuziek anno nu.”

Speellijst: zie www.lavalu.nl
(Dit artikel verscheen eerder in de Stentor en De Gelderlander)

 

Mijn gekozen waardering € -

Van Friese afkomst, maar geboren en getogen op de Veluwe. Na het gymnasium deed ik één semester Nederlandse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Daarna belandde ik op het conservatorium in Zwolle (nu ArtEZ) en begon als muziekstudent met het recenseren van concerten en cd's. Na mijn eindexamen verbreedde dit schrijfwerk zich naar meerdere genres en opdrachtgevers.
Van 1991-1998 studeerde ik daarnaast psychologie in deeltijd aan de Universiteit Utrecht.
Journalistieke aandachtsgebieden: human interest, cultuur, zingeving.