De temperaturen in Irak kunnen deze zomer misschien wel tot zestig gaden oplopen. Hitterecords worden nu al gebroken, want in het zuiden van Irak heeft het kwik die vijftiggradenmarkering alweer bereikt. De 53 graden kwam ook wel erg vroeg in het jaar. Terwijl tegelijkertijd in dat heetste zuidelijke deel de stroom uitviel. En dat is al snel een kwart van het land.
Directe schuldige: Iran. Die stopte de export van elektriciteit naar Basra en andere zuid-Iraakse steden. Zoals het dat herhaaldelijk eerder heeft gedaan in het heetst van de zomer, om de Iraakse overheid onder druk te zetten eindelijk eens voor de geleverde stroom te betalen. Irak is voor een derde van zijn stroom afhankelijk van het buurland.
Maar de werkelijke schuldige is de Iraakse overheid, die er maar niet in slaagt om het aanbod aan te laten sluiten op de vraag. Omdat er niets gebeurt, wordt het bij een toenemende vraag ieder jaar een beetje erger. Voor Iran de knop omdraaide, had Basra twee uur overheidsstroom per dag. In een vochtig klimaat, waar het door de klimaatsverandering steeds vroeger in het jaar steeds heter wordt.
Zonne-energie
De afgelopen weken waren er wel berichten dat er verandering zou komen. Met een bedrijf uit de Verenigde Arabische Emiraten is een contract gesloten voor een groot zonne-energieproject. Het plan is om met zonne-energie uiteindelijk aan een kwart van de vraag naar stroom te kunnen voldoen.
Er zijn afspraken met Jordanië en Saoedi-Arabië over de levering van stroom – maar hoelang gaat dat goed als Irak de rekeningen niet betaalt? En dat doet het niet, onder meer vanwege de corruptie binnen het ministerie van Elektriciteit. Het was dan ook niet voor niets dat het akkoord met de VAE via een ander ministerie liep: dat van Olie.
Corruptie is niet de enige reden dat het de overheid maar niet lukt om voldoende stroom te leveren. Als er voldoende zou worden geproduceerd, dan zou het verouderde elektriciteitsnet dat helemaal niet aankunnen. Het is al jaren dringend aan verbetering toe. Dat dit niet gebeurt komt deels door het onvermogen van de overheid om Irakezen te laten betalen voor overheidsstroom. Die vinden dat wat van de overheid is, van hun allemaal is, en dus gratis.
Generator
Het gevolg van dit falende beleid is dat de enige koeling wordt gefaciliteerd door generatoren, die door private bedrijven worden gerund. Daar wordt goed aan verdiend, want hiervoor moet je wel betalen als je niet helemaal zonder stroom wilt komen te zitten. En natuurlijk zijn politici op allerlei manieren betrokken bij die generatorstroombedrijven, zodat er voor hen geen echte incentive is om te zorgen dat er meer overheidsstroom komt.
Voor velen is die generatorstroom onbetaalbaar. Wie toch koeling wil, is daaraan al snel de helft van een modaal Iraaks inkomen kwijt.
Die generatoren hebben echter kwalijke gevolgen voor de luchtkwaliteit – en veel meer dan elektriciteitscentrales. Door de combinatie met auto’s die nog altijd op gelode benzine rijden, het affakkelen van gas dat vrijkomt bij de olieproductie en de uitstoot van de vele olieraffinaderijen, kampen veel steden in Irak met smog en luchtvervuiling. Schone lucht is er bijna alleen nog hoog in de bergen van Koerdistan.
En dit speelt allemaal in een van de olierijkste landen ter wereld, dat vijfde staat op de lijst van landen met grote oliereserves. Als Irak het gas dat het nu zo zorgeloos affakkelt en in feite weggooit zou bewerken voor de elektriciteitsproductie, zou het al een belangrijke stap zetten. Of als het woestijnen zou vol zetten met zonnepanelen. Of gas uit eigen bodem zou gebruiken voor de stroomproductie, in plaats van het uit Iran halen.
Aftreden
Het is daarmee niet verwonderlijk dat de Iraakse energieminister deze week gedwongen is tot aftreden. Hij moest wel nadat een van de machtigste Iraakse sjiitische politici van dit moment, Moktada al-Sadr, hem daartoe had opgeroepen. Al-Sadr heeft veel aanhang in het zuiden en behalve directe politieke macht ook veel indirecte, door benoemingen van zijn mensen overal binnen het overheidsapparaat.
Maar met het wegsturen van een minister verbetert de situatie niet. Vooral niet, omdat het ministerie van Elektriciteit bekend staat als een instituut dat berucht moeilijk te leiden is. Dat komt vooral doordat de verschillende partijen er via hun stromannen geïnfiltreerd zijn en bij elke deal hun percentage eisen. De vorige minister was een in het westen opgeleide deskundige met de juiste analyse en plannen, die echter ook geen kans zag deze olietanker te keren.
Ondertussen zijn in het bloedhete Basra de protesten alweer op gang gekomen. Of beter gezegd: hervat. Jongeren laten al sinds oktober 2019 hun woede blijken over het overheidsbeleid en de corruptie achter het gebrek aan stroom, drinkwater en banen. Met onderbrekingen vanwege hard optreden van veiligheidstroepen en milities en de moord op activisten. Veel activisten zagen zich gedwongen te vluchten, maar nieuwe stonden weer op.
Maku amal
Met de parlementsverkiezingen van oktober in het verschiet, en een hete zomer voor de boeg waarin stroomtekorten ook gevolgen zullen hebben voor ziekenhuizen en de toch al slechte watervoorziening, zullen de protesten de komende weken alleen maar toenemen. Zelfs al hebben die getoond dat ze weinig uithalen – behalve een regeringswissel die de problemen niet oploste. Iraakse jongeren zien geen andere mogelijkheden meer. En zelfs al verzuchten velen van hen dat ze geen hoop hebben: ‘maku amal’. Thuisblijven levert echter zeker niets op.
Wanhoop, hitte en stroomgebrek. Het perfecte recept voor opnieuw een onrustige Iraakse zomer.