Het marathoninterview is een flinke uitdaging, zegt Benali die het liefst een spanningsboog van drieënhalf uur wil creëren en waarbij het publiek, als onderdeel van de samenzwering meeluistert.
Wat Benali zich afvraagt is of hij het volhoudt, na meer dan drie uur in de ziel van schrijvers uit Berlijn en Lissabon te hebben gekeken. Want goed interviewen betekent in de eerste plaats goed luisteren en dat is knap inspannend als je schrijvers interviewt die je niet vaak ontmoet. ‘Ik moet mijn mond houden’, zegt Benali.
Tommy Wieringa
Benali: ‘Ik heb het bedacht tijdens het Lezersfeest in Rotterdam. Ik moest toen Tommy Wieringa interviewen.’ Na dat interview kwam er een stel op Benali af dat meldde dat ze bleven zitten omdat ze het zo spannend vonden. Daarop bedacht Benali dat een marathoninterview wel interessant zou zijn en hij bracht het idee naar City2Cities.
Hij bereidt zich voor door van iedere schrijver – het gaat om Simon Urban, Ana Luís Amaral, Dulce Maria Cardoso, José Eduardo Agualusa, Monika Peetz, Monika Rinck, Uwe Timm en Gonçalo Tavares – werk te lezen en daaruit vijf vragen te formuleren. ‘En die vragen vergeten we zo snel mogelijk weer om spanning te creëren’, zegt Benali.
Straat van de literatuur
De marathon is onderdeel van de straat van de literatuur, een evenement met optredens van schrijvers en musici, in de Lange Nieuwstraat tussen Museum Catharijneconvent en de Dom, zondagmiddag, een echt publieksevenement waar zelfs in de huiskamers van bewoners wordt opgetreden.
Overigens is Benali zondag ook op tv te zien, bij het programma Knetterende Letteren, op Cultura24. Dat programma is afgelopen week opgenomen in de Speigeltent aan de Hamburgerstraat waar City2Cities zich hoofdzakelijk afspeelt. Benali sprak daar met Spui25-directeur en literatuurcriticus Margot Dijkgraaf en socioloog Dick Pels over de vraag of er een Europese literatuur bestaat of dat het allemaal eigen nationale literatuurgebiedjes zijn. Cultura24 en de NPO staan al de hele week in het teken van City2Cities.
City2Cities omvat nog tot en met zondag literaire activiteiten voor een breed publiek zoals de Straat van de literatuur en film en muziek. Maar ook zijn er activiteiten voor de insiders in de literaire gemeenschap, zoals Belle van Zuylenlezing, waarin de writer in residence Ulf Stolterfoht inging op de in 2006 overleden Roemeense dichter Oskar Pastior.
Securitate
De naam Pastior werd na zijn dood aangetroffen in de archieven van de gehate Roemeense veiligheidsdienst Securitate als inofficiële medewerker. Dat maakte een storm van verontwaardiging los in Duitsland, waarheen Pastior inmiddels was uitgeweken. De vraag is wat dat voor de waardering van Pastior betekent. Stolterfoht waardeert de dichtkunst van Pastior. Maar tegelijk is de handtekening niet te ontkennen. Maar een aanwezige in de zaal vond dat daar niet te veel aandacht aan moest worden gegeven. ‘Ik ben als schrijver zelf afkomstig uit de DDR. Iedereen wist ervan dat er informanten waren.’