Mira: ‘Eigenlijk ben ik van de Tropische vliegvakanties. Maar omdat we minder moeten vliegen voor het milieu, kies ik dit jaar voor een vakantie dichter bij huis. Het wordt een wandelvakantie in een prachtig – doch zeer betaalbaar – kasteel-hotel in de Zwitserse bergen. Ik heb nog nooit meer dan drie uur achter elkaar gereden en mijn auto is klein en oud. Maar volgens de garageman is mijn Toyota in prima conditie, en is lang rijden niet gewoon meer van hetzelfde? Best avontuurlijk eigenlijk. De auto inladen en gaan…
Val Sinestra is een voormalig Kurhaus vlakbij het stadje Scuol. Het is in Nederlandse handen en je kunt er prachtig wandelen. Er worden allerlei uitstapjes georganiseerd en er is een optioneel kinderprogramma. Ik ken meerdere mensen die er geweest zijn, en hoor alleen maar positieve geluiden. Maar eerst logeren we een paar dagen bij mijn oudste jeugdvriendin Lisa, die in klein dorpje woont net buiten Zurich. En op de terugweg rijden we langs Rouen, waar een andere goede vriendin woont. Deze vakantie staat in het teken van wandelen, uitrusten en vriendinnen.
Een dag voor vertrek tik ik het adres van Lisa in mijn navigatie. Zonder navigatie ik het nooit aangedurfd. Ik wil met verstand op nul volgen. Zeven uur en achttien minuten duurt de reis. Dat valt mee! Ik laad de auto in zodat we de volgende morgen op tijd kunnen vertrekken. Alleen nog de poes afleveren bij oma. Zij heeft al een week slecht geslapen, van de zorgen. Ik krijg een stapeltje uitgeknipte krantenartikelen in mijn hand gedrukt. Over een nieuwe benzinesoort in Frankrijk die slecht is voor de motor en over boetes die je in Zwitserland krijgt als je navigatie flitsers detecteert. Tja. Niets meer aan te doen. Ze heeft ook een tuigje gekocht voor de hond. Dat is handig. Hij vliegt inderdaad regelmatig door de auto als ik onverwacht moet remmen. We hijsen Kwibus in het keurslijf en voeren hem vier plantaardige relaxpillen. Dan kussen we oma gedag. Ik n tomtomochter t ze alleen met de auto op vakantie gaat… ik jaarlijks terug. t Thailand…oet voelt goed om tert naar de lubeloof niet te hard te rijden. Zo rustig mogelijk rij ik de straat uit. Zwitserland: here we come!
Drie uur later staan we muurvast in de file bij Venlo. Ik probeer de sfeer erin te houden en fantaseer met Polly over het kasteel, de bergen en hoe het allemaal zal zijn. Nog een uur later zijn we krap dertig kilometer verder. Kwibus ligt achterin helemaal in de knoop gedraaid. Hij kijkt raar uit zijn ogen. Te veel pillen? Ik krijg dat *** tuigje niet los met één hand aan het stuur en we kunnen nergens van de weg af. Ineens voel ik algehele stress en onvree. Wat een gedoe. Leuk hoor, op vakantie met de auto!
Een paar uur later is het beter. Kwibus is uit de knoop en ligt op de achterbank. We scheuren over de weg, omgeven door Duitsers die nog véél harder scheuren. Eindelijk schiet het een beetje op. Ik race tegen mijn navigatie. Die aankomsttijd moet terug. Best gevaarlijk eigenlijk. In ieder geval vermoeiend. Ik kan mijn ogen amper open houden. Nog drie en een half uur te gaan…
Als ik een gevaarlijke zwieber maak, is het genoeg geweest. Tijd om te stoppen. Maar waar? Zouden er leuke dorpjes in de buurt zijn? Later hoor ik van een vriendin dat er een app is om leuke hotelletjes langs de snelweg te zoeken. Waarom weet ik dat nu weer niet? De man in het tankstation wijst ons de weg naar overpriced, muf hotel. Naast Burger King en drie 18+ Erotik Houser. Erg sfeervol. Om half acht liggen we met een stapel stripboeken in bed. Ik ben blij als we de volgende ochtend vroeg wegrijden.
De Duitse snelweg vergt koelbloedigheid en controle. Ik word zo hard ingehaald, dat ik amper merk dat ik 150 km/uur rij. Ik spreek met mezelf af dat 140 mijn maximum is. Ik heb tenslotte een kind in de auto, en ik heb het mijn moeder beloofd. In Zwitserland rijden ze een stuk netter. Het landschap is er prachtig. We rijden langs sprookjesachtige meren en velden vol zonnebloemen. Lisa woont aan de rand van het bos. Het weerzien is warm en goed. We kletsen bij en halen herinneringen op. We zijn opgegroeid als buurmeisjes en nu spelen onze kinderen samen…
Voor we doorrijden, geeft Lisa me een speed course ‘rijden in de bergen’. Geen idee dat je bergop moet terugschakelen! In z’n twee gaat het inderdaad stukke beter. Op weg naar het kasteel zegt de navigatie ineens dat we de veerboot moeten nemen. Waar is de rivier? We zien wel een tunnel. We kunnen kiezen tussen de autotrein of de Fluelapas. Het klinkt hoog en eng. Liever de tunnel. Een half uur lang denderen we door het pikkedonker. Als we de trein afrijden is het nog een uurtje tot Val Sinestra. We genieten van de mooiste uitzichten die we ooit gezien hebben. Als het kasteel in zicht komt, zijn we helemaal uitgelaten. We logeren in het Berghaus, war bij uitzondering een hond mag. In het kasteel mogen ze sowieso niet. Onze kamer heeft mooie houten meubels en kijkt uit over de rivier. We voelen ons meteen thuis.
Val Sinestra is alles waar ik op hoopte en meer. Het imposante kasteel ligt afgelegen, naast een rivier, omgeven door bos en bergen. De sfeer is gemoedelijk en vertrouwd. Polly is helemaal in haar element. Ze is druk in de weer met nieuwe vriendinnen en rent de hele dag met rode konen van plezier in het rond. Dit is de fijnste vakantie van haar leven, verzucht ze ’s avonds naast me in bed. Ik geniet ook. Ik maak prachtige wandelingen, lees boeken en rust uit. We eten heerlijk vegtarisch in een statige eetzaal en in de gezellige Stubbe is altijd wel iemand voor een praatje. Val Sinestra is een heerlijke plek. Ik voorzie familiereünies, vriendinnencombi’s en skivakanties. En door de auto voel ik me zo vrij als een vogel. Ik kan gaan en staan waar ik wil.
Na een heerlijke week zijn we uitgerust, voldaan en opgeladen. Het einde van de vakantie komt in zicht. Maar eerst nog naar Johanna in Frankrijk! Dit keer nemen we de pas. Ik durf het aan. Er ligt een dikke laag sneeuw. Wat een bizarre gewaarwording. Een beetje spannend ook, vooral die haarspeldbochten naar beneden. Maar het gaat goed en even later zijn we de bergen uit. Het hotel langs de Franse route, dat ik online geboekt heb, is in één woord vreselijk. Het is ongezellig en sfeerloos.
Gelukkig is het leed snel vergeten als we de volgende dag aankomen in Rouen. We gaan naar het zwembad, naar het bos, naar Carrefour… Terwijl de kinderen spelen, drinken wij wijn en fantaseren over het guesthouse annex mozaïekatelier annex fairtrade winkel dat we gaan opzetten in Zuid Frankrijk, later als we groot zijn. Johanna en ik houden van fantaseren. We hebben heerlijke dagen.
Dan is het tijd voor afscheid. Johanna zwaait ons uit en even later rijden we weer op de uitgestrekte routes de la France. 140 km/uur. Heuvels en bergen vind ik allang niet meer eng. Polly luistert haar favoriete luisterboek en ik evalueer in gedachten. Op een kleine dip op de heenweg na, ging het heel goed! Project ‘op vakantie met de auto’ is geslaagd. Ik heb veel geleerd. De hellingproef. De noodzaak van een wegenkaart, ondanks navigatie. Dat je moet stoppen met rijden zodra je gaat staren, en dat ijsjes eten helpt tegen moeheid, net als keihard meezingen met lekkere muziek. Ook zal ik nooit meer online een motel boeken! Een leerzaam reisje dus, vol waardevolle lessen. Mijn moeder smst dat ze me een held vindt. En eerlijk is eerlijk: ik ben zelf ook best een beetje trots op mijn 2000 afgelegde kilometers. Nu alleen dat scheuren weer afleren!