Fiona Tan is geboren in Indonesië en vestigde zich eind jaren tachtig in Amsterdam. Zij studeerde aan de Rietveld Academie en de Rijksacademie van Beeldende kunst. In 2009 was haar werk geselecteerd voor de Biënnale in Venetië. Haar visuele kunst is te zien in talloze internationale musea, als het Centre Pompidou (Parijs), Guggenheim museum (New York), Tate Modern (Londen) en het Stedelijk museum in Amsterdam.
De introductie tekst in het begin van de expositie zet direct de toon. De Italiaanse schrijver Italo Calvino (‘Invisible Cities’), een van haar favoriete schrijvers, wordt aangehaald: ‘Festina lente, haast je langzaam’. Voor het werk van Fiona Tan moet je inderdaad rustig de tijd nemen.
Zij heeft een scherp oog en oor voor de magie van ogenschijnlijk gewone dingen. Door met haar camera er aandacht aan te geven en het op haar eigen zorgvuldige wijze te kadreren en te belichten, weet zij een bepaalde meditatieve magie op te roepen. Enkele voorbeelden uit de expositie:
Schaduwbeelden
De eerste installatie, die ik zie is een loop ‘Downside Up’ getiteld. Mensen lopen en fietsen op een straat, het beeld zet Tan op zijn kop, er zijn schaduwbeelden te zien. De voorloper van de fotografie, beeld en afbeelding lopen door elkaar. Letterlijk.
In een andere korte installatie zien we drie stromen auto’s op een snelweg in de nacht. Twee heen en een terug. Vanuit een high-angle gefilmd. Ogenschijnlijk simpel, maar het beeld roept allerlei associaties op, aan bloedbanen in het lichaam bijvoorbeeld.
Gotland
In ‘Island’ waar Fiona Tan zich een tijd lang terugtrok, filmt ze het ongerepte en desolate eiland Gotland in Zweden, met haar typerende gevoel voor beeldpoëzie. Hier draaide de Russische filmmaker Andrei Tarkovski zijn laatste film ‘Het Offer’.
Vanaf de zee bij aankomst, komen enkele huizen en een vuurtoren in beeld. In lege stukken grond staan her en der eenzame naaldbomen. De camera beweegt zich over weilanden met oplichtend wolgras. Betoverend. De hallucinerende zwart-wit beelden hebben op mij een meditatieve werking.
Kunstverzamelaar
‘Inventory’ is een korte filminstallatie over het klassieke huis van architect en kunstverzamelaar Sir John Soane in Londen(1753-1837). In zijn huis dat helemaal is gevuld met beelden, ornamenten, boeken en tekeningen dwaalt de camera rond. Fiona Tan is gefascineerd door archieven, musea en depots. Mensen proberen hier dingen te ordenen, te verzamelen en te koesteren tegen de vergetelheid.
‘Gray Glass’ is een loop over een wandelaar in de bergen, die een spiegel op zijn rug draagt. In de vorige eeuwen werden spiegels op deze wijze vervoerd, omdat ze erg kwetsbaar en duur waren. De titel verwijst naar een kleine holle spiegel, die de driedimensionale wereld afbeeldt als een plat beeld. Wonderschone beelden van smeltend ijs in extreme close- up’s, en imposante bergsilhouetten en flora.
Ierse monnik
Niet beeldend voor de afwisseling, maar een audiogedicht is ‘Brendan’s Isle’. Ook het luisteren meer dan waard. Het gaat over een Ierse monnik, die leefde in de zesde eeuw na Christus. De voice-over is van Fiona, die je meevoert op een mythische zeereis. Een zoektocht naar het sublieme.
Footsteps
Net als bij de expositie over Alex van Warmerdam in 2018, heeft Eye een speciaal houten filmhuis gebouwd. Hier is haar laatste film ‘Footsteps’ te zien, in opdracht van het filmmuseum. Fiona duikt in het omvangrijke filmarchief van het museum en kiest prachtige beelden van een eeuw geleden.
Meestal in sfeervol zwart-wit. Hooistekers op het land, vissers op oude vissersboten met gegroefde gezichten, noeste arbeid in een fabriek, hondenkoetsen, rietstekers, vrouwen en kinderen in traditionele klederdracht, een molenlandschap, oude ambachten als pijpenmakers en kaasmakers.
Bezield
Een fascinerende stroom beelden vol schwung uit een voorbije tijd, opnieuw aan het licht gebracht door de bezielde blik van Fiona Tan en haar crew. De ritmische montage is van Nathalie Alonso Casale, ook een cineast. Op de geluidsband leest Fiona’s vader (voorgedragen door Ian Henderson), die in Australië woont brieven aan haar voor. Op die manier wordt het persoonlijke en het universele met elkaar verbonden. De film duurt 97 minuten, maar er is geen beeld overbodig in deze filmische traktatie.
Foto’s: Jaap Mees