Heimwee naar het kantoor

Onze zondagse selectie van wat in het nieuws is geweest (of had moeten zijn) dat zzp'ers raakt.

Wat geven we allemaal op, als we voor de vrijheid kiezen en autonome, zelfstandige professionals worden? Een heleboel, luidt de conclusie van een essay in New York Magazine. Zo veel, dat je er heimwee van zou krijgen naar het kantoor. Dat en meer zzp-nieuws, in week 2 van 2015.

De traditionele verbintenis tussen werkgever en werknemer brokkelt steeds verder af, stelt Jennifer Senior in haar essay 'To the office, with love'. Daarmee verdwijnt volgens haar een manier van denken, een manier van leven, een manier van omgaan met anderen en met onszelf die samenhing met het redelijk voorspelbare leven waar zeker de hoger opgeleide professional altijd op kon rekenen.

Volgens de officiële cijfers bestaat in de Verenigde Staten de werkzame beroepsbevolking nu voor ongeveer tien procent uit zelfstandigen. Dat is ongeveer evenveel als in Nederland. Dat percentage kan de komende jaren nog flink oplopen, verwacht Robert Reich. De econoom en voormalig minister van arbeid houdt het voor mogelijk dat rond 2030 de helft van de Amerikanen op de een of andere manier zelfstandige zal zijn.

Dé plek om je huwelijkspartner te ontmoeten

In haar buitengewoon lezenswaardige essay (dank je wel voor de tip, Hugo-Jan Ruts) maakt Senior onderscheid tussen 'necessity entrepreneurs' die kiezen voor een bestaan als zelfstandige omdat dat hun beste optie is, en 'opportunity entrepreneurs' die dat doen omdat zij een gat in de markt zien.

Senior focust op die eerste groep, die in Nederland wel wordt aangeduid als 'gedwongen zelfstandigen'. Voor hen betekent de transformatie van de arbeidsmarkt veel meer dan dat zij niet meer zeker kunnen zijn van hun werk. Zij ondervinden daar ook psychologisch de gevolgen van.

Want we zijn nogal wat kwijtgeraakt, betoogt Senior, toen we 'het kantoor' vaarwel zeiden. Hoe graag we er ook op mopperden toen we er nog elke ochtend heen moesten, het bood wel veel voordelen. Verbondenheid, om te beginnen. Kantoren zijn immers dé plek om gelijkgezinden te treffen, vrienden maken, of zelfs je huwelijkspartner te ontmoeten.

Het gevoel ergens bij te horen

Maar het kantoor was niet alleen goed voor ons persoonlijke leven. Het maakte ons ook beter in ons werk, denkt Senior. Zij citeert in dat verband Harvard-professor Boris Groysberg, uit wiens onderzoek zou blijken dat hoog opgeleide professionals het best presteren in een vaste arbeidsrelatie. Als zij voor zichzelf beginnen, hebben zij volgens Groysberg wel vijf jaar nodig voordat zij weer op hetzelfde niveau zitten. Het waren hun collega's, stelt hij, die hen tot sterren maakten.

De stelling van Groysberg sluit aan op het verhaal van een andere managementdeskundige, Adam Grant. Die is ervan overtuigd dat mensen pas creatief zijn en op innovatieve ideeën komen als zij regelmatig en intensief contact hebben met collega's.

Waarop een derde professor, Sue Ashford van de University of Michigan, het verhaal afmaakt met de stelling dat mensen 'het kantoor' nodig hebben voor het gevoel ergens bij te horen, ertoe te doen, en van waarde te zijn. Al is het maar doordat de receptioniste even naar je zwaait als je binnenkomt. 'Als zelfstandige word je er niet meer dagelijks aan herinnerd dat je iemand bent.'

Karakterologisch

De een is karakterologisch beter opgewassen tegen de uitdagingen van het zelfstandige bestaan dan de ander, geeft Senior toe. Geboren 'probleemoplossers' hebben meer kans van slagen dan 'aanpassers'. Daarbij zijn eigenschappen als pro-actief zijn, focus hebben, zelfbewust zijn en openheid de beste voorspellers van succes op de vrije markt. Die factoren, is de suggestie, treffen we wèl aan bij de 'opportunity entrepreneurs' die zelfstandige worden omdat zij een gat in de markt zien, en niet bij de 'necessity entrepreneurs' die geen andere mogelijkheden zien.

Als gevolg daarvan zijn de 'opportunity entrepreneurs' ook veel beter dan de 'necessity entrepreneurs' in staat om op de markt van vraag en aanbod in hun inkomen te voorzien. Binnen de groep van de 'necessity entrepreneurs' moet je om een beetje rond te kunnen komen al gauw een universitaire of hbo-opleiding hebben en over relatief schaarse vaardigheden beschikken. 

Twee categorieën zelfstandigen

Voor het overheidsbeleid – want ook in de USA woedt een debat over de 'self-employed professional' –  betekent een en ander volgens Senior dat we onderscheid moeten maken tussen twee categorieën zelfstandigen.

Aan de ene kant zijn er de echte 'freelancers'. De mensen die de opleiding, de kennis en de vaardigheden, de creativiteit, de levensstijl en de vastberadenheid hebben die nodig zijn om ook in onzekere tijden als zelfstandig ondernemer overeind te blijven.

Aan de andere kant hebben we de 'contingent workers'. De flexwerkers, zouden wij zeggen, die de klapstoeltjes op de arbeidsmarkt zijn. Wie een goede opleiding heeft, zal het ook in die rol wel redden. 'Het zijn degenen die daar niet over beschikken, over wie wij ons zorgen moeten maken naarmate de wereld van het werk zich verder ontwikkelt.'

De 'verzekerde toekomst' was een intermezzo

In New York Magazine is het laatste woord voor Harvard-econoom Lawrence Katz. Als hij naar de toekomst kijkt, ziet hij grofweg twee mogelijkheden. 'De ene is een ramp: met een kennis-elite die in gesloten gemeenschappen woont waar iedereen omheen loopt te concurreren om tegen een minimale beloning diensten te mogen leveren. De andere is meer menselijk: daarin investeren we in iedereen.'

Het eerste scenario is onhoudbaar, meent Katz. Het tweede biedt meer perspectief, maar daarvoor moet dan wel het onderwijs toegankelijker worden en moet er een beter sociaal vangnet komen. Optimistisch is hij niet. Het zou zo maar kunnen, zegt hij, dat de 'verzekerde toekomst' een intermezzo is geweest dat een jaar of vijftig heeft geduurd.

Alleen al om dat soort relativeringen – het wemelt ervan – is het essay van Jennifer Senior de moeite waard om helemaal te lezen. Natuurlijk zijn er ook vraagtekens bij te plaatsen. Senior steekt niet onder stoelen of banken dat zij zelf – net als haar vader voor haar – verslaafd is aan 'het kantoor' met alle zekerheden van dien.

Een 'eenzame' voorstelling

Haar achtergrond maakt dat Senior wel erg makkelijk voorbijgaat aan de grote en kleine ongemakken die ook samengaan met een vaste baan in een vaste werkomgeving. Het kantoor is helaas ook de plek bij uitstek om mensen klein te houden, om collega's te pesten, en om collectief onder de maat te presteren.

Diezelfde achtergrond maakt ook, dat Senior een wel erg 'eenzame' voorstelling heeft van het bestaan van de zelfstandige professional. De klassieke 'eenpitter' bestaat nog wel, maar steeds vaker zoeken zelfstandigen elkaar op. Niet alleen om werkruimte te delen, maar ook om elkaar te voeden en te inspireren, om samen de markt te bewerken, en vooral: om samen meer waarde te creëren voor klanten.

Als het gaat om creativiteit, om het ontwikkelen van innovaties en om het delen van kennis, zouden die vrijwillige samenwerkingsverbanden van zelfstandige professionals wel eens minstens zo productief kunnen zijn als het organogram waar mensen van hogerhand in hokjes worden gestopt om hun voorgeschreven functie in te vullen.

If you're hot, you're hot

Wat uiteindelijk het meest aanspreekt in het verhaal van Senior en wat ook in de Nederlandse context buitengewoon nuttig lijkt, is het onderscheid tussen 'opportunity entrepreneurs' en 'necessity entrepreneurs'.

De eerste groep heeft vooral ruimte nodig om te ondernemen, maatwerk in private verzekeringen, en zo min mogelijk bureaucratische bemoeienis. De tweede groep heeft baat bij goede voorlichting over en begeleiding in hun (nog steeds zelfgekozen) zelfstandigheid, en bij een betaalbaar basispakket aan sociale voorzieningen.

Wie tot welke groep behoort? Laat het vooral aan de mensen zelf over om die keus te maken. Want met ondernemen is het net als met seks: If you're hot, you're hot. If you're not, you're not. En dat weet je zelf het beste.

VERDER IN HET NIEUWS

De revanche van de zelfstandige professional

Volgens Niels Huismans van FastFlex wordt 2015 het jaar waarin de zelfstandige professionals revanche nemen op de opdrachtgevers die de crisis hebben aangegrepen om hen uit te melken. In zijn blog op ZiPconomy voorspelt hij dat met het aantrekken van de economie de rollen worden omgedraaid.

Zelfstandige professionals krijgen volgens Huismans nu al een steeds ruimere keuze aan opdrachten en gaan kiezen voor organisaties met een goede reputatie wat betreft opdrachtgeverschap. Organisaties die de afgelopen jaren niet of nauwelijks in hun flexibele schil hebben geïnvesteerd, hebben het nakijken.

Inwerken tegen nultarief

Over opdrachtgeverschap gesproken: de Rabobank kwam deze week onverwacht in het zonnetje te staan toen Michiel Cobben van Van Speandonck MarketConcern onthulde dat zelfstandige professionals daar tegenwoordig bereid moeten zijn om zich eerst twee weken gratis in te werken voordat zij voor hun opdracht betaald krijgen.

Cobben sprak Rabobank-topman Wiebe Draijer persoonlijk op deze praktijk aan, onder herinnering aan wat die nog geen twee jaar geleden zei toen hij nog voorzitter was van de SER: ‘Ik vind dat werkgevers nog een hele slag kunnen maken door de positie van zzp’ers meer te waarderen. Ze moeten extra hun best doen om ze te binden.’

De Rabobank moest daar even over nadenken, maar reageerde uiteindelijk op twitter dat het inwerken tegen nultarief alleen geldt bij bepaalde opdrachten. 'Op het gebied van ICT gaan wij met externe dienstverleners vaak langdurige relaties aan. Inwerken in onze ICT omgeving en complexe systemen vergt tijd en om die reden vragen wij een investering van externe dienstverleners.' Dat zou 'marktconform' zijn, aldus de bank.

Administratieve rompslomp

Internet-ondernemers krijgen ineens veel meer administratieve rompslomp te verwerken. Oorzaak zijn de nieuwe btw-regels die sinds 1 januari gelden bij de verkoop van digitale diensten aan particulieren. Femke Hogema, schrijfster van het boek Financiën voor zzp'ers, legde op BNR uit wat er is veranderd.

“De btw aan particulieren in de EU werd voorheen belast in het land waar je verkocht. Als ik iets verkocht aan een particulier in Frankrijk, werd het tegen 21 procent belast. Maar sinds 1 januari wordt het belast tegen het tarief dat geldt in het land waarin de persoon zich bevindt aan wie ik verkoop. Dus nu moet ik mijn e-book belasten tegen de Franse btw.”

Wie in meerdere landen verkoopt, moet in al die landen btw-aangifte doen. 'In potentie krijg je te maken met 75 verschillende btw-tarieven', zegt Hogema. Voor de kleine (internet-)ondernemers is dat niet te behapstukken. Zij vindt het onbegrijpelijk dat daar niet veel meer ophef over is. 'In Engeland staat iedereen op z’n kop en zijn er petities gestart. Veel bedrijven zeggen: ik stop ermee. In Amerika zijn er al bedrijven die niet meer aan de EU leveren, omdat het gewoon te veel administratie is.'

 

 

 

Mijn gekozen waardering € -

Pierre Spaninks is ZZP expert. Onderzoekt, spreekt, schrijft, adviseert. Elke zaterdag te horen bij BNR's ZZP Café. Elke zondag te lezen bij Reporters Online en op Quotenet. Te boeken via Speakers Academy.