Een fijn pakketje genen (10): Allemaal verslaafd

Tanja van Bergen heeft voor de rest van haar leven genoeg gedronken. Sinds eind vorig jaar doet zij verslag van haar nieuwe, onbenevelde bestaan. Deel 10: het alcohol-gen grijpt als een dolleman om zich heen!

Ze bedoelde het ongetwijfeld goed. Inlevend. Solidair. Maar o, wat viel het verkeerd toen een vriendin in een gesprek over mijn stoppen met drinken opmerkte: ‘Ik moet ook oppassen met wijn, hoor. Echt, ik ben zó verslavingsgevoelig.’

Trut, dacht ik. Ga je hier nu echt tegenover mij een beetje zitten koketteren met jouw alcohol-gen? Hoe durf je! Narrig hield ik haar voor dat ze eerder juist had verteld hoe goed ze van de wijn kan afblijven op avonden voor een belangrijke vergadering: ‘Zolang je dat zo gemakkelijk kunt, is er heus weinig om je zorgen over maken.’ En in gedachten sneerde ik erachteraan: met je mini-gennetje!

Pas een paar dagen later zag ik wat ik zélf in dat gesprek had zitten doen: mijn positie claimen op de apenrots van de drankzuchtigen. En dat was ook wel weer bizar gedrag, toch? Waarom zou je status willen ontlenen aan een verslaving?

Bij de Weight Watchers zit ook niemand te wachten op de dieetervaringen van Doutzen Kroes.

Maar ik was niet trots op mijn track record als alcoholist, ik wilde alleen maar erkenning voor de zwaarte van mijn drankprobleem. En tja, die erkenning voel je nu eenmaal niet zo goed als je gesprekspartner benadrukt dat zij ‘ook best wel veel’ drinkt. Bij de Weight Watchers zit ook niemand te wachten op de dieetervaringen van Doutzen Kroes.

Wat mij meer in het algemeen opvalt, is de kennelijke mode om allerlei reguliere menselijke sores op te waarderen met een officieel etiket. Een dip heet al snel een depressie, alle drukke kinderen hebben ADHD en op het werk diagnosticeren collega’s elkaar aan de lopende band met Asperger of andere vormen van autisme.

Vanuit diezelfde etiketteringsdrang wordt het almaar gewoner jezelf verslavingsgevoelig te noemen. Afgaande op de vele getuigenissen in de media grijpt met name het alcohol-gen als een dolleman om zich heen. Ik heb er een kleine verzameling van aangelegd, met als voorlopig mooiste voorbeeld een potje ver plassen tussen Linda de Mol en Els Rozenboek.

In een verslavingsspecial van de glossy Linda klaagt eerst De Mol zelf dat zij zo enorm verslavingsgevoelig is, want haar handen gaan ‘nog net niet trillen’ als ze ’s avonds bij de koffie haar ’twee blokjes melkchocolade met hazelnoot’ niet krijgt.

Rozenbroek weet al sinds haar vijftiende dat ze deep down een junk is. Had ze toen niet Christiane F. gelezen, kort na de ‘verrukkelijke misselijkheid’ die ze ervoer bij haar eerste sigaret, dan was ze, zeker weten, zelf in de goot beland.

‘Dames toch!’ mopper ik dan, hoog op mijn zelfgebouwde apenrots, toch ook wel weer geamuseerd over zoveel domheid. En grinnikend stel ik me voor hoe die twee empatisch in gesprek gaan met een borderliner: ‘O ja, ik weet precies wat je voelt. Echt, sinds ik in de overgang ben, heb ik ook zo’n last van moodswings!’

Zin

Deze column is eerder geplaatst in Zin. Inmiddels ligt in de winkel alweer het nieuwe nummer van dit maandblad, met aflevering 11: In de bocht van Nescio.

Eedere afleveringen teruglezen? Dat kan door te klikken op:

Deel 1: ‘Een junk? Ik? Ja’

Deel 2: ‘Voelt u insecten onder uw huid kriebelen?’

Deel 3: Afkicken is sáái!

Deel 4: Droog daten

Deel 5: Kijk mama, zonder handen!

Deel 6: Het Verslaafde Meisje

Deel 7: De Alcoholist en ik

Deel 8: Wat drink je als je niet drinkt?

Deel 9: Peter Koelewijn in je hoofd

Mijn gekozen waardering € -

Tanja van Bergen (1961) heeft voor de rest van haar leven genoeg gedronken. In 2016 deed zij verslag van haar nieuwe, onbenevelde bestaan.