‘De koningin van Saba was een migrant.’ ‘Lied van oude geliefden’: een rijke, boeiende en intelligente roman van Laura Restrepo

Het werk van de Colombiaanse schrijfster Laura Restrepo (73) is in Nederland lange tijd in de vergetelheid verdwenen. Met haar nieuwe, indrukwekkende roman Lied van oude geliefden maakt ze een welverdiende comeback.

Dertien romans heeft ze al op haar naam staan. Toch is de Colombiaanse schrijfster Laura Restrepo, die grotendeels in Spanje woont, een tamelijk onbekende voor de meeste Nederlandse lezers. Na vertalingen van haar eerste paar romans werden volgende boeken niet meer in het Nederlands uitgegeven. Gelukkig kreeg deze hartstochtelijk geëngageerde schrijfster met haar nieuwe roman onderdak bij uitgeverij Wereldbibliotheek. Want die is zeer de moeite waard.

Mythische koningin

Waren Restrepo’s eerste boeken voornamelijk geworteld in de gewelddadige realiteit van haar geboorteland Colombia, haar nieuwe boek Lied van oude geliefden speelt zich af in Jemen. Hoofdpersoon Bos Mutas, een schrijver, doet onderzoek naar de koningin van Saba (of Sheba in het Engels), die schrijvers als Thomas van Aquino, Gérard de Neval, André Malraux, Gustave Flaubert en Arthur Rimbaud inspireerde.

Deze mythische koningin met een donkere huid ontdekte de wierook en werd met de productie daarvan een van de machtigste en meest welvarende vorsten van de oude wereld. Haar rijk strekte zich uit over het grensgebied van Jemen, Somalië en Ethiopië. Maar anders dan andere machthebbers bouwde ze geen gigantische paleizen en wentelde ze zich niet in weelde; ze bleef een nomade. Haar wijsheid maakte indruk op de Israëlische koning Salomo, die met haar wilde trouwen.

Overweldigend

Tijdens zijn speurtocht wordt Bos Mutas meegenomen door de Somalische verloskundige Zahra Bayda, die voor Artsen zonder Grenzen werkt in een kamp met honderdduizend vluchtelingen. In de schitterende hoofdstad Sanaa, die volgens legendes door Noachs zoon zou zijn gesticht, bewondert hij de prachtig bewerkte, eeuwen- en eeuwenoude gebouwen. In deze door oorlog, honger en droogte gekwelde regio, waar ooit de menselijke beschaving begon, bestaan overweldigende schoonheid en overweldigende ellende naast elkaar.

Restrepo weet op magistrale wijze oude mythen en fabels te vermengen met de wrede hedendaagse werkelijkheid, en laat oude en nieuwe culturen en religies elkaar de hand schudden. Dat maakt Lied van oude geliefden tot een boeiende en rijke ‘klassieke’ roman, vol verwijzingen naar historisch en cultureel erfgoed, waarin tijd een vloeibaar begrip wordt.

Reportages

Hoe kwam u in Jemen terecht?

“Artsen zonder Grenzen nodigen me al jaren met regelmaat uit om mee te gaan naar gebieden waar ze werken, naar het hart van een crisis. Plekken waar hongersnood en andere rampen al zo lang voortduren dat de pers ze de rug toekeert, waar dus mensen in zulke afschuwelijke omstandigheden verkeren zonder dat de wereld het merkt. Om die reden nodigen ze weleens schrijvers en fotografen uit voor reportages, zodat er meer aandacht komt voor deze humanitaire crises. Eerder ben ik, naast Colombia natuurlijk, al in India en Mexico geweest, en in vluchtelingenkampen in Griekenland en Syrië. Ik schrijf altijd eerst reportages, daarna eventueel nog een roman.

Vanwege alle restricties hoor je soms pas op de dag zelf waar je naartoe gaat. Toen ik hoorde dat het Jemen zou worden, dacht ik gelijk aan de koningin van Saba; ik kende de mythe over haar en koning Salomo van vroeger. Jemen, Somalië en Ethiopië zouden samen het rijk van Saba hebben gevormd, had ik gelezen in een heel mooi boekje van André Malraux. Meer wist ik niet van die regio.”

Wat trof u aan?

“We gingen naar Aden, direct de woestijn in. Daar stuitten we op een enorme massa vrouwen die de Golf van Aden waren overgestoken. Ze komen vanuit Afrika – Kenia, Somalië – met vele duizenden en duizenden tegelijk het land binnen. Door de oorlogen zijn zoveel mannen gedood of soldaat geworden dat deze gigantische mensenmassa alleen maar uit vrouwen bestaat met hun kinderen, en oude en zieke mensen. Bijna naakt, verbrand door zon en zout trekken ze die woestijn in, zonder gids of een idee waar ze naartoe moeten, zonder middelen om die overtocht te kunnen maken. Dat vergt moed. Lopend van nergens naar nergens leven ze zonder een morgen. Maar mét een ijzeren wil om ergens te arriveren waar ze misschien zullen kunnen overleven. Zo niet zijzelf, dan in elk geval hun kinderen.

Deze vrouwen, die niets bezaten, laat staan juwelen, zijde of kamelen, antwoordden trots, soms bijna uitdagend op mijn vraag wie ze waren: ‘Ik ben een afstammeling van de koningin van Saba.’ Op dat moment, op die plek, kwamen mythe en werkelijkheid samen. De koningin van Saba lééfde. En ze was niet een koningin op een troon, maar een migrant.”

Wat deed dat bezoek met u?

“Tijd in lineaire zin verdween. Dat is ook een effect van de oneindigheid van woestijn. Jemen is een Bijbelse plaats. Ze vertellen je onderweg: links zie je een vluchtelingenkamp, rechts de overblijfselen van de Ark van het Verbond. Op de plek waar Kaïn en Abel zouden hebben geleefd, stonden nu bij een veldhospitaal honderden vrouwen in de rij voor de dokter. Je gaat tijd op een heel andere manier ervaren en begrijpen.

Elk continent heb ik wel bereisd, maar nergens heb ik mooiere steden gezien dan in Jemen. Midden in de woestijn zijn er gaarden waar groenten en kruiden worden geteeld, terwijl tegelijkertijd er een oorlog woedt die dit allemaal verwoest. Vanwege Covid, klimaatrampen, oorlogen en nucleaire dreiging hebben de laatste jaren wereldwijd veel mensen het gevoel dat het einde der tijden nabij is. Maar in Jemen bekroop me toen al het gevoel dat die eindtijd al weleens begonnen zou kunnen zijn. Een alliantie van het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Saoedi-Arabië bombardeerde het land, zonder dat inwoners begrepen waarom. Er heersten droogte, hongersnood, een sprinkhanenplaag. Overal waar je keek, zag je het einde van de wereld. Niet als een Dag des Oordeels, maar als een ramp die zich maar blijft ontvouwen en waar mensen in leven. Maar hoe schrijf je daarover? Ik besefte dat dit om een stijl en structuur vroeg die dit gevoel zouden kunnen reflecteren.”

Dat is gelukt: in het boek versmelten eeuwen, culturen en religies als het waren met elkaar.

“Dat is fijn om te horen, want het heeft me zeven jaar gekost om het boek te voltooien. Gedurende die tijd is er zoveel veranderd, zoveel gebeurd. Samen met mijn man – drie maanden geleden is hij gestorven – en mijn zoon woon ik in een veertiende-eeuws huis. Omdat we allemaal schrijvers zijn, hebben we allemaal onze eigen werkplek in huis. Bij het ontbijt kwamen we elke ochtend samen en deelden we met elkaar waar we mee bezig waren. Dus dan kwam ik beneden: ‘Zangeres Patti Smith is het verhaal binnengekomen, want in tijdschrift Rolling Stone werd zij de Queen of Sheba genoemd. Steeds dienden zich nieuwe elementen aan. Ik bedacht ze niet, ze openbaarden zich aan me. Het bijzondere was dat tijdens de derde reis Covid uitbrak en we opgesloten raakten in dit veertiende-eeuwse huis midden in het bos, dat op een bepaalde manier ook een gevoel van tijdloosheid heeft. De perfecte omstandigheden om me helemaal in deze roman onder te dompelen.”

Waar staat wat u betreft de koningen van Saba symbool voor?

“Deze vrouw en haar afstammelingen, de vrouwen die elke dag maar blijven doorlopen, ondanks droogte, pijn, hongersnood en dood, vertegenwoordigen de toekomst van een heel groot deel van de mensheid op deze wereld. Ik zag daar de toekomst.

Een ander inzicht kreeg ik in het Nationaal Museum in Addis Abeba, Ethiopië, waar het skelet van Lucy te zien is, tot nu toe de oudste vrouwelijke mensachtige die is gevonden op aarde. Een heel klein persoontje, dat rechtop stond. Ik stelde me voor dat ze naar de horizon keek met het idee dat het leven daar misschien beter zou zijn. Bij haar is het begonnen. Als mens zijn we altijd al op drift zijn geweest, zoekend naar een beter, gelukkiger leven.”

In feite zijn we altijd al migranten geweest.

“Migratie is hét thema van onze tijd. Ik heb grote bewondering voor al die mensen die leven tegen de klippen op, tegen alle verwachtingen in. In het westen zien we migranten als een grote, anonieme massa mensen die een bedreiging vormen en desnoods met militair ingrijpen moeten worden buiten gehouden. Maar toen die vrouwen tegen me zeiden: ‘Ik ben de afstammeling van de koningen van Saba’, dacht ik vooral: deze universele mythe, die zowel in het westen als in het oosten bekend is, kan al deze anonieme mensen een gezicht geven, hen van betekenis en relevantie voorzien in de buitenwereld.

Mythes zijn niet onwerkelijk, ze zijn een deel van onszelf. Daarom hebben ze universele zeggingskracht. Juist in een onzekere tijd als deze kunnen ze ons helpen te begrijpen wat het allemaal betekent en wat we dreigen te verliezen.”

Laura Restrepo, Lied van oude geliefden, vertaald uit het Spaans door Jacqueline Visscher. Wereldbibliotheek, € 24,99

Over de auteur

Laura Restrepo (1950) is schrijfster en journalist. Ze groeide op Colombia, maar woont al jaren grotendeels in de Spaanse streek Catalonië. Haar maatschappelijke reportages verschijnen onder meer in El País. Vier van haar romans werden eerder in het Nederlands vertaald: Luipaard in de zon (1993) en De donkere bruid (1999) verschenen bij Meulenhoff; Delirium (2004) en Te veel helden (2009) bij Luitingh-Sijthoff. Haar nieuwe romanLied van oude geliefden is verschenen bij uitgeverij Wereldbibliotheek.

Mijn gekozen waardering € -