De link tussen het onderwaarderen van dieren en de ‘pushbacks’ van bootvluchtelingen.

"Alle dieren zijn gelijk, maar sommige dieren zijn meer gelijk dan anderen."~ George Orwell, Animal Farm (1945). Wanneer we dieren zien als anders dan mensen, plaatsen we ze heel effectief buiten onze cirkels van zorg. Susan Opotow, professor sociale psychologie aan de City University van New York, benoemt dit mechanisme als moral exclusion, ofwel morele uitsluiting. We hechten dan minder waarde aan eerlijkheid, rechtvaardigheid en moraliteit voor die "ander" buiten onze kring. De ander vindt hiervoor minder bescherming.

Morele uitsluiting gebeurt ook bij andere groepen, die als ‘dierlijk’ en niet als volwaardig mens worden gezien. Ontmenselijking krijgt de vrije loop wanneer de persoon of groep de ander, of andere groep, als minder menselijk beschouwt dan hijzelf (of de groep waartoe hij behoort). Menselijk wordt onder meer gezien als de openheid tot ervaringen, het hebben van een geweten en emoties als schuld en spijt.

“Auschwitz begint telkens wanneer iemand naar een slachthuis kijkt en denkt: het zijn maar beesten,” schreef filosoof  Theodor Adorno. Hij stelde dat mensen anderen, de ondergewaardeerden, degraderen, uitbuiten en moedwillig vermoorden, zodra ze als ‘dierlijk’ worden beschouwd. Genociden kunnen dus plaatsvinden wanneer we leden van andere groepen als aanzienlijk minder menselijk beschouwen dan onszelf en de groep waartoe we behoren.

Degenen die moreel worden uitgesloten, ziet men als onmensen, vervangbaar, onbeduidend of onverdienstelijk. Het schaden of uitbuiten van hen lijkt daardoor gepast, aanvaardbaar of rechtvaardig. Morele uitsluiting gebeurt in zowel milde als ernstige vorm. Het gaat van discriminatie tot genocide.

Immigranten hebben minder waarde

Het terugduwen, de zogenaamde ‘pushbacks’ van Afrikaanse immigranten op zee of terugsturen naar het land dat ze zojuist ontvlucht zijn (met name Libië) om ze maar niet aan de Europese grenzen te hoeven opvangen, is zo’n praktijk waarbij men vindt dat de mensen op deze boten van minder waarde zijn. De poorten naar ontmenselijking staan wijd open.  

De Britse kustwacht traint zelfs personeel om de immigranten in de boten naar Franse wateren te sturen, zodat de Britten er hun handen helemaal vanaf kunnen trekken. 

Vooroordelen

Uit een studiePsychological implications of undervaluing animals: dominance-based ideologies and systems of oppression’ van Gordon Hodson, hoogleraar psychologie, en Kimberly Costello, beiden werkzaam aan de Brock University in Canada, blijkt dat vooroordelen die we hebben tegen mensen (met een donkere huidskleur, immigranten, homoseksuelen) gelinkt zijn aan vooroordelen jegens dieren.

Dieren worden voornamelijk als minderwaardig gezien, ondanks de wetenschappelijke onderzoeken, waarin sterke gelijkenissen tussen mens en dier zijn aangetoond. Daarom kan de bio-industrie bestaan. Het dier als eigendom en tot slaaf gemaakt van de mens.

Superioriteit

De aanname dat de mens superieur is aan dieren, voedt tevens de devaluatie van andere groepen mensen.

Anderen als “dieren” beschouwen, is een psychologisch proces. Het verafschuwen van geweld en wreedheid, maar toch participeren in de uitbuiting van dieren is eveneens een psychologisch proces.

Ontmenselijking (het tot dier maken) van degenen die niet tot onze groep behoren, kunnen we pas begrijpen als we beter begrijpen hoe we over dieren denken. Vanuit psychologisch perspectief delen ons denken over dieren en over andere groepen mensen dezelfde basis grondbeginselen: een gevoel van superioriteit, macht en onderdrukking, en een weerstand tot het veranderen van maatschappelijke gewoonten en levensstijl.

De studie, waaraan bachelor studenten deelnamen, laat zien dat het onderwaarderen van dieren, in relatie tot de mens, grotere vooroordelen voorspelt jegens een andere groep, bijvoorbeeld immigranten.

Wanneer de onderzoekers vragen stelden waarbij de gelijkenissen tussen mens en dier benadrukt werden, resulteerde dat in positieve uitkomsten: het afnemen van ontmenselijking (het als ‘dierlijk’ zien) van de andere groep, minder vooroordelen, meer empathie en meer inclusiviteit, zoals het denken in termen van ‘wij’ in plaats van ‘wij tegen zij’.

Hoe groter het onderscheid tussen mens en dier, hoe groter de ontmenselijking, en hoe groter het racisme. En andersom, zij die grotere etnische vooroordelen uiten, zijn meer bereidheid om dieren te exploiteren voor menselijke doelen.

Mensenrechten zijn niet genoeg

Hieruit kun je concluderen dat mensenrechten niet genoeg zijn. Ook dieren behoren beschermd te worden tegen uitbuiting. Daarmee komt, volgens deze studie, ook de gelijkheid tussen mensen ten goede.

De progressieve politiek, die zegt te strijden tegen ontmenselijking, racisme, discriminatie en uitsluiting, zou er goed aan doen het ondergeschoven kindje, de dieren, de niet-mensen, te omarmen in haar beleid tot sociale rechtvaardigheid. 

Foto: M.T. ElGassier / Unsplash.

Mijn gekozen waardering € -

Schrijft op Mallorca over groen en eenvoudig leven, klimaat, natuur, (Spaanse) politiek, mensen- en dierenrechten. Voorheen jurist in Nederland. Ook te volgen op haar blog www.evalunes.com