De lusten van de Winterspelen van 1988 waren voor de organisatie; de lasten voor de bevolking

De Olympische Winterspelen kosten gemiddeld vijf keer zoveel als de organisatoren aan het begin voorschotelen. Tot frustratie van de organisatoren van de Winterspelen van 1988 ging het vooral over geld, maar dat was dan ook wel hun eigen schuld.

Toen Calgary naar voren werd geschoven door het Canadese Olympische Comité als kandidaat voor de Winterspelen van 1988 was er een bedrag beschikbaar van 217,5 miljoen dollar (435 miljoen toenmalige guldens). Vanaf dat moment ging het mis.

De Telegraaf had het in februari 1983 over een budget van 415 miljoen dollar; anderhalf jaar later werd in een rapport van de Canadese autoriteiten gesproken over anderhalf miljard gulden. Er werd zelfs al gesproken over de duurste Winterspelen tot dat moment, maar toen hadden ze het historische rekenoverzicht van Sportgeschiedenis nog niet bij de hand. Sapporo 1972 had nog altijd drie keer zoveel uitgegeven dan de Canadezen, en Grenoble 1968 bijna twee keer zoveel – infrastructurele kosten meegerekend.

Dat neemt niet weg dat de Canadese organisatie financieel was ontspoord, waardoor in de aanloop naar deze Winterspelen de journalisten vooral vroegen naar die hoge kosten – tot frustratie van de feestcommissie. “Laten we voor één dag eens ophouden met het gepraat over geld,” riep een boze burgemeester Ralph Klein van Calgary. “Laten we ons bezinnen op de Olympische gedachte.”

Maar ja, wat wil je als je begint met een budget van 435 miljoen gulden en eindigt met 1,4 miljard? Dat lijkt toch een serieus gespreksonderwerp.

Wat ook opvalt, is dat er na afloop toch een winst van 64 miljoen gulden bekend werd gemaakt. Eén miljard méér uitgeven en dan toch winst maken – heel knap. Om die som te kunnen maken, was 600 miljoen gulden voor de bouw van stadions niet meegeteld.

De winst was zo voor de organisatie en de verliezen voor de bevolking. Maar dat hoort nu eenmaal bij de Olympische Spelen, alhoewel de organisatoren zelf dat liever niet zeggen.

Mijn gekozen waardering € -

Sporthistoricus. Auteur van de Bosatlas van het Nederlandse voetbal. De enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.