Betalen met een Eindhovense Stuiver, een Tilburgse Taalder of een Friese Knaak: na de zomer moet het kunnen. Op allerlei plaatsen in Nederland lopen initiatieven voor lokaal geld – al zijn de namen van de munten nog niet overal bekend. Een plaatselijke munt is volgens de initiatiefnemers hét antwoord op de crisis. Geld moet zo binnen de regio blijven. Bovendien zou het makkelijker worden voor kleine ondernemers om bij elkaar krediet te krijgen.
Hot
Lokale munten zijn hot. Op Sardinië rekenen ondernemers onderling af in de Sardex. Ruim 1300 mensen doen mee, en er circuleert inmiddels een bedrag gelijk aan 75 miljoen euro. Bristol in Engeland heeft de Bristol Pound, en Rotterdam introduceerde de Dam.
Laten we ook effe in Nederland beginnen
De Utrechtse stichting STRO faciliteert met haar software wereldwijd meer dan duizend lokale ruilhandelssystemen. ‘We dachten: ‘Laten we ook effe in Nederland beginnen’’, zegt directeur Henk van Arkel. STRO werkt daarvoor samen met werkgroepen in onder andere Tilburg, Eindhoven en Friesland. Van Arkel verwacht dat in september tien plaatsen in Nederland hun eigen geld hebben. Fysieke munten zijn dat niet: de tegoeden staan op een online rekening. Het ministerie van Economische Zaken subsidieert het experiment.
Geld stroomt van nature van de armste naar de rijkste regio's
Henk Ellermann is een van de initiators in Tilburg. Geld stroomt van nature van regio’s die arm zijn naar de rijkste regio’s, zo legt hij uit: vooral naar de financiële centra als The City in Londen en de Zuidas in Amsterdam. Vrijwel elke regio heeft daarmee te maken, zegt Ellermann, ook Tilburg. ‘In iedere stad van enige omvang zie je grote winkelketens en franchisenemers. Het geld gaat rechtstreeks naar grote bedrijven elders, en kleinere bedrijven in de regio hebben het lastig.’
Rotterdam
In Rotterdam is De Alternatieve Munt (Dam) al anderhalf jaar een feit. ‘Geld wordt normaal aangemaakt door een handvol commerciële organisaties, de banken, en die vragen rente terug voor de kredieten te ze geven’, vertelt Harry te Riele, voorzitter van de stichting Dam. ‘Dat systeem eist dat de economie groeit. Als de groei stokt, stokt de kredietverlening. Wij denken dat we misschien wel een periode van tien, twintig jaar met hele lage groei tegemoet gaat, zoals in Japan. Dan werkt geld niet. Wij laten mensen onderling schulden met elkaar verrekenen, zonder rente. Zo laten we die lokale economie weer draaien.’ Deelnemers kunnen tot 500 Dam negatief staan op hun rekening (1 Dam is 1 euro).
Ik vind de ideologie erachter erg mooi
Charlotte Damen van broodjeszaak Charlie's Kitchen doet mee. ‘Het staat natuurlijk nog in de kinderschoenen. Je moet er een beetje vertrouwen in hebben’, zegt zij. ‘Ik vind de ideologie erachter erg mooi. In vier maanden tijd heb ik ongeveer honderd transacties in Dam gehad. Ik had een koffieleverancier die Dam accepteerde, maar nu niet meer. Ik kan mijn Dammen dus niet meer uitgeven. De cirkel moet weer rond worden. Maar ik heb het idee dat het animo weer wat is ingezakt’, zegt zij.
Regering
Op Sardinië doet de regioregering mee in het systeem. Om de lokale munten echt op gang te helpen, moeten gemeenten in Nederland dat ook doen, vindt STRO. Het idee: overheden betalen hun leveranciers uit in bedragen in de lokale munt, die later kunnen worden omgewisseld in klinkende euro’s. Dat levert een harde lokale munt op, en geld is zo lokaal al in roulatie nog vóór de gemeente daadwerkelijk heeft uitbetaald. Volgens Henk van Arkel kan in een stad als Rotterdam continu 100 miljoen euro extra in omloop zijn via de lokale munt. Overleg met gemeenteambtenaren en bestuurders loopt, zegt Van Arkel. ‘Maar er zijn nog geen contracten getekend. Dit wordt een spannend jaar.’