In Eindhoven was óók goed. Maar een eigen huis is beter. Mohammed El Astal (37) wil niet klagen over het AZC, maar hij is dolgelukkig met zijn appartement op de begane grond van een oud zorgcomplex in Vught. Drie maanden zat het gezin in Ter Apel, en tien maanden in Eindhoven. Daar deelden El Astal, zijn vrouw en vier kinderen één ruimte, nu hebben alle kinderen een eigen slaapkamer. Hij slaat het doek dat hij bij de achterdeur heeft opgehangen opzij, en geeft trots een rondleiding.
Oud zorgcomplex
Vroeger woonden hier cliënten van zorginstelling Cello: mensen met een verstandelijke beperking. Het complex zou gesloopt worden. De kamertjes waren naar moderne maatstaven te klein. Nu zijn de binnenmuren deels weggehaald, en andere muren opgetrokken. De familie El Astal heeft nu flink wat ruimte, en een eigen voordeur. Alleen hal die dwars door het appartement loopt – met zijn ouderwetse bruine plavuizen – hint nog op de vorige functie van het gebouw. In totaal komen hier 35 asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen. Het gezin El Astal mag zeker vijf jaar blijven.
Nederlanders, zulke aardige mensen
El Astal biedt een stoel aan in een verder nog kale kamer. Ze zijn zondag verhuisd. De stoelen zijn door ‘Nederlanders’ gebracht, vertelt hij. ‘Zulke aardige mensen.’ Achter het openstaande raam duiken zijn dochtertjes van 3 en 4 op, gehuld in knalroze. Ze spelen in de tuin van het complex. Een groep Vughtse vrijwilligers heeft die helemaal opgeknapt. Er staat een klein glijbaantje. Zijn twee jongens van 9 en 10 rijden rond op hun fietsen. Volgende week kunnen ze naar hun nieuwe school, hier om de hoek. El Astal vertelt zijn verhaal in het Engels – met een paar woorden Nederlands die hij in een cursus heeft opgepikt – en verder met gebaren.
Lange baard
Hij is Palestijn, maar heeft zijn hele leven in Libië gewoond. Hij werkte er technicus, gespecialiseerd in medische apparatuur. Plotseling stond een lid van de Libische jihadistische groep Ansar Asharia voor de deur om zijn huis te claimen. El Astal gebaart een lange baard en twee grote geweren. De man zette El Astals vrouw een geweer op de hals, en dreigde het huis op te blazen als de familie niet binnen drie dagen zou vertrekken.
Het gezin waagde op een boot met zo’n 260 anderen de oversteek. Het duurde twaalf uur voor ze door een groter schip werden gered. De golven waren hoog, en de kinderen doodsbang. ‘Het was heel gevaarlijk’, zegt El Astal. Hij sloeg zijn armen om ze heen. ‘Dat was alles dat ik voor ze kon doen.’
Buren
Hij houdt van de rust in Vught. De Nederlandse buren – vooral veel ouderen, in een modern complex aan de overkant – groeten en zwaaien. ‘Ze hebben een goed hart.’ Alleen het keukentje, drie kastjes breed, vindt hij wat te klein. Een eigen tuin, dat zou over een paar jaar ook fijn zijn. Maar voorlopig zit hij hier goed.