Expositie Celluloid: projectoren zelf interessanter dan het geprojecteerde

In Filminstituut Eye is ‘Celluloid’ te zien. Een expositie met allerlei filminstallaties op celluloid in plaats van digitale video. Dit is de eerste tentoonstelling in het prachtige filmmuseum, waar ik niet enthousiast van terugkwam. Vrijblijvend en saai werk met enkele lichtpuntjes. ‘Celluloid’ beoogt de magie van filmstrook, lens, licht en geluid tastbaar te maken, maar slaagt daar mijns inziens geenszins in.

Eye staat inmiddels bekend om zijn groots opgezette, gevarieerde  en boeiende exposities. De tentoonstellingen over Federico Fellini, Johan van der Keuken, de Quay brothers, William Kentridge, Michelangelo Antonioni en Robby Müller staan nog vers in het geheugen.

Filmprojectoren

Bij het maken van films bestaan geen regels, maar een ongeschreven wet is dat je je publiek niet mag vervelen. Dat is dodelijk, zeker in deze tijd waar mensen door een stortvloed van informatie op traditionele en nieuwe media, korter voor iets te interesseren zijn dan ooit. Het doel van film is communiceren, aan het denken zetten en het liefst raken. Zodat er een nieuw inzicht ontstaat en kijkers zich bewust worden van een bepaalde visie op de wereld of een intrigerend thema krijgen voorgeschoteld. Niets van dit alles doet de volstrekt willekeurige beeldenstroom, die bij Celluloid over je heen wordt gestort. Via allerlei soorten filmprojectoren, die bij deze bezoeker meer nieuwsgierigheid oproepen dan de beelden die ze vertonen. Dan is er toch iets niet helemaal in orde.

Het eerste wat je ziet bij binnenkomst is een projector die een grote hoop celluloid heeft uitgespuugd op de grond. Best een leuk beeld, maar daar blijft het bij. Het is een verwijzing naar de dood van de analoge technologie. De eerste installatie is van de in Engeland vrij bekende Britse Tacita Dean, een gigantische projectie van stroken zwart-wit film en met de hand gekleurde 35 mm celluloid. Af en toe een mooie reflectie van boomtakken op een muur, maar verder niets bijzonders of ook maar iets wat beklijft. De tweede zaal is bijna nog erger. Het Portugese duo João Maria Gusmão en Pedro Paiva laat vlakken met  gemengde kleuren zien en verder niets. Leuker van hen zijn beelden van een papegaai en wat menselijke gestaltes, maar echt fascinerend zijn deze ook niet. Rosa Barba maakte opnames van uit de lucht van radioactieve velden, naar ‘hoe veranderingen in de samenleving tot uiting komen in het landschap’ Van de drie installaties het meest interessant, omdat er een visie uitspreekt en er enige samenhang is te zien.

Pauwen

Helemaal op het einde van Celluloid zijn er wel intrigerende beelden van pauwen die in bomen zitten en hun magnifieke veren uitspreiden. Zoveel is er echt niet nodig om mensen iets de moeite waard te laten zien. Celluloid is een gemiste kans. De magie van 16, 35 en 70 mm film zou zo mooi in beeld gebracht kunnen worden. Met zorgvuldig gekozen en gecomponeerde beelden van alles wat groeit en bloeit in een bos bijvoorbeeld of een studie van de seizoenen. Met aandacht voor het zintuigelijke spel van licht en donker, schaduwen en veel betekenisvolle details.  Ik weet zeker dat het gros van de super 8-mm vakantiefilms van willekeurig welke bezoeker, meer de moeite waard zijn dan hetgeen nu te zien is in deze expositie Celluloid. Al blijft uiteindelijk alles subjectief.

Mijn gekozen waardering € -

Jaap Mees is filmmaker en freelance journalist. Voltooide de School voor de Journalistiek in Tilburg en de Filmacademie in Londen (regie/scenario). Maakte diverse korte en lange films, met name documentaires. Sommigen zijn vertoond in internationale filmfestivals in o.a Dublin, Londen, New York, Washington, Vancouver, Sitges, Utrecht en Manchester. Schreef voor diverse filmsites zoals Talking Pictures, NFTVM site en het filmblad Skrien. Nu Reporters Online, Cultuurpers.nl en Blendle/Cafeyn. Hij maakt ook opdrachtfilms voor musea en culturele instellingen. Zie website www.free-spirits-film.eu