Het is te hopen, dat Nederland, de waarheid getrouw, ronduit verklaart, dat het niet in staat is de Winterspelen te organiseren.
Amsterdam heeft heel vaak geprobeerd om de Olympische Spelen te organiseren, zoals in 1920, 1948 en 1992.
Alleen in 1928 is het gelukt. Toen Amsterdam die Olympische Spelen kreeg toegewezen, kreeg ons land automatisch het recht om dat jaar ook de Winterspelen te organiseren. Zo waren de regels toen, waarna het Nederlands Olympisch Comité serieus heeft onderzocht of dit mogelijk was.
Een Zwitserse sportofficial erkende op 9 december 1924 in de Nieuwe Rotterdamsche Courant dat het theoretisch inderdaad denkbaar was dat die Winterspelen in Nederland plaats zouden vinden. Hij zei er echter snel bij, in naam van zijn land, dat hij hier geen voorstander van was: “Het is te hopen, dat Nederland, de waarheid getrouw, ronduit verklaart, dat het niet in staat is de Winterspelen te organiseren.” Zwitserland was bereid de organisatie over te nemen, zei hij er voor de zekerheid bij.
Het NOC zette het onderzoek gewoon door en trok pas na een half jaar de conclusie dat ons land te weinig besneeuwde bergen heeft om die verantwoordelijkheid op zich te nemen. Op het IOC-congres van 1925 gaf Nederland de opdracht terug, waarna St. Moritz – in Zwitserland – de Winterspelen kreeg toegewezen.
De Zwitserse lobby voor de Winterspelen van 1928 was geslaagd. Gelukkig maar, want in Nederland heeft het in die bewuste weken alleen maar gedooid.
