In veel opzichten doet het boek Het Nazi-complot aan het infame werk Het verraad van Anne Frank denken. Beide zijn als “non-fictie” op de markt gezet. Beide zijn geschreven door een bestsellerauteur met medewerking van een tv-maker. Beide pretenderen spectaculair nieuws te brengen. Beide werken bevatten een mix van feit en fictie. Beide werken zijn voorzien van halfslachtige disclaimers. En beide werken zijn op commerciële leest geschoeide geschiedvervalsing.
Het Nazi-complot is de Nederlandse vertaling van The Nazi Conspiracy. The secret plot to kill Roosevelt, Stalin, and Churchil, van bestselller-auteur Brad Meltzer en tv-maker Josh Mensch. In het boek wordt spannend verhaald hoe een team van zes Duitse parachutisten in november 1943 bij de stad Qom in Iran gedropt wordt, met als missie Churchill, Roosevelt en Stalin te vermoorden, tijdens de conferentie van deze drie geallieerde regeringsleiders in Teheran, 28 november -1 december 1943. En berichten Meltzer en Mensch hoe dat team op het laatste moment door de NKVD, een van de Sovjet-inlichtingendiensten, wordt opgerold. Volgens Meltzer en Mensch zou de missie gepland zijn door Otto Skorzeny, de SS-officier die op 12 september 1943 de commando-operatie om Mussolini te bevrijden had geleid. De operatie zou de codenaam Weitsprung (Verre sprong), in Engelse vertaling Long Jump, gehad hebben.
Geen enkel bewijs
Maar… er is geen enkel bewijs dat dit moordcommando echt heeft bestaan. De enige bronnen zijn mondelinge verklaringen van Stalin, zijn minister van buitenlandse zaken Molotov en NKVD-medewerkers, die vlak vóór en tijdens de conferentie tegen hun Britse en Amerikaanse collega’s en hun lijfwachten vertelden dat er achtendertig Nazi-parachutisten rond Teheran waren gedropt, met de hierboven genoemde missie. Zes van hen zouden nog niet gepakt zijn. Uit veiligheidsredenen zouden president Roosevelt en de zijnen daarom op het terrein van de Sovjet-ambassade moeten bivakkeren. Want het zou te gevaarlijk zijn om de Amerikaanse president dagelijks van en naar de ver van de Sovjet en Britse ambassades afgelegen Amerikaanse ambassade te vervoeren. De NKVD zou uiteindelijk alle Nazi-paratroopers gearresteerd hebben – volgens de NKVD.
Alle serieuze historici zijn het erover eens dat de enige reden waarom de Sovjets met dit verhaal op de proppen kwamen was omdat huisvesting van Roosevelt en zijn staf op het Sovjet-ambassadeterrein hen de mogelijkheid bood de besprekingen van Roosevelt c.s. af te luisteren. Gezien Stalins grote wantrouwen in de intenties van de westelijke geallieerden en zijn algehele paranoia is dit ook de meest logische verklaring.
Een boek over deze conferentie en de intriges van de Sovjets zou dus beter Het Sovjet-complot kunnen heten. Maar ja – zo’n titel verkoopt natuurlijk een stuk minder dan een boek met “Nazi” op het voorplat.
Verhaal niet voor het eerst verteld
Het Nazi-complot is overigens niet het eerste boek waarin beweerd wordt dat er wel degelijk een Duits plan is geweest om de Grote Drie in Teheran te vermoorden. De Amerikaanse oud-contraspionage agent Michael McMenamin meldt in zijn vernietigende bespreking van het boek van Meltzer en Mensch dat in tenminste tien eerdere boeken en twee tv-documentaires deze mythe verkondigd werd.
Ook verwijst McMenamin naar de studies van Adrian O’Sullivan –specialist op het gebied van de activiteiten van inlichtingendiensten in Iran tijdens de Tweede Wereldoorlog. Over het vermeende Nazi-complot concludeert O’Sullivan: “Grondig onderzoek heeft de auteur ervan overtuigd dat deze fictieve ‘geheime operatie’ een Sovjetverzinsel was” en “De archieven spreken voor zich. Ze vertellen ondubbelzinnig dat Long Jump nooit serieus is overdacht, nooit is gepland en nooit is uitgevoerd [door de Nazi’s].”
Zoals gezegd is de mythe die Het Nazi-complot verkondigd wordt niet nieuw. De mythe is ook al herhaaldelijk weerlegd. Zoals in 2003 door Sovjet-specialist Gary Kern in een op de CIA-site gepubliceerd artikel: “”Als Stalin werkelijk gedacht had dat Otto Skorzeny, die Mussolini van een bergtop had geplukt alsof hij een veertje was, van plan was om hem te vermoorden of om een missie in Teheran uit te voeren, zou Stalin de conferentie hebben uitgesteld en zijn vertrokken. Hij zou niet in de stad zijn gebleven, zelfs niet als het verhaal waar was dat zijn eigen mensen verspreidden, namelijk dat er een half dozijn huurmoordenaars in de buurt waren die mogelijk in staat waren om de Sovjetambassade te beschieten. Stalin was geen man om zo’n risico te nemen.”
Entrez Otto Skorzeny
Otto Skorzeny (1908-1975), die volgens de NKVD de moordmissie persoonlijk zou hebben geleid, was in zijn in 1976 verschenen memoires heel duidelijk:
“In de eerste dagen van november 1943 werd ik naar de FHQ [Führerhauptquartier] gestuurd, waar mij werd verteld dat er aan het eind van de maand misschien een “topconferentie” zou worden gehouden in Teheran: Stalin, Roosevelt en Churchill zouden daar drie of vier dagen zijn. (…) Ik geloof ook dat Walter Schellenberg [chef van Amt IV -Ausland SD], begeesterd was door het idee om een operatie te plannen tegen de “Drie Grote” vijanden van Duitsland. Natuurlijk was het een verleidelijke gedachte om een speciaal commando naar Teheran te sturen. Maar zou zo’n onderneming kunnen slagen? En hoe? Ten eerste had men de meest nauwkeurige informatie nodig over de situatie, over de stad Teheran zelf en natuurlijk over de geallieerde troepen die daar gelegerd waren.
Onze verbindingsofficier in Teheran, een kapitein bij de Abwehr, stuurde me de informatie per radio door via Istanboel: de opbrengst was nogal mager. Zeker was dat de hoofdstad van Iran volledig in handen was van de drie vijandelijke mogendheden, waarvan de politieke en militaire inlichtingendiensten op hun hoede waren. De operatie in Teheran zou 150 tot 200 goed getrainde soldaten, vliegtuigen, speciale voertuigen, nauwkeurige lokale kennis en informatie over de veiligheidsmaatregelen van de vijand hebben vereist. Ik kwam hier praktisch niets over te weten. Onder dergelijke omstandigheden was er natuurlijk niet de minste kans op succes: het plan was gewoon onuitvoerbaar! Ik vertelde Hitler en Schellenberg mijn mening over een dergelijke missie – Hitler was het met me eens.” (Skorzeny, Meine Kommandounternehmen, blz 189-190).
Gevork Vartanian
Dit alles contrasteert nogal met het relaas van oud-NKVD-agent Gevork Vartanian (1924-2012). In een in 2007 gepubliceerd interview vertelt hij dat Skorzeny zelf in Iran gedropt was en persoonlijk in Teheran een verkenning had uitgevoerd. Vartanian zou hem zelfs daar gezien en herkend hebben.
Nu hadden de door de Nazi’s gecontroleerde media in bezet Europa uitgebreid over Skorzeny gepubliceerd, na diens missie om Mussolini te bevrijden. Met foto’s. Skorzeny was lang, 1,94 m, en had een groot litteken op zijn linkerwang. Als hij, al dan niet in vermomming, vóór de conferentie in Teheran zou hebben rondgelopen, dan zou hij ook door de Britse veiligheidsdiensten gezien moeten zijn.
Daarnaast beweert Vartanian dat de Duitse geheim agent Franz Mayr betrokken was bij het moordcomplot. Maar deze was al in augustus 1943 door de Britten gearresteerd!
De drogredenaties van de auteurs van Het Nazi-complot
Het Nazi-complot, bladzijde 349 over Skorzeny: “Zijn ontkenning over deelname aan de missie is twijfelachtig. Voormalige nazi’s werden immers nog steeds gezocht voor oorlogsmisdaden. Het laatste wat Skorzeny wilde was zichzelf opnieuw in de beklaagdenbank terugvinden. Door te ontkennen kon hij de verdenking van zichzelf overhevelen op iemand die toch al dood was. Hij had Walter Schellenberg sowieso nooit gemogen.”
Skorzeny, overtuigd nazi tot aan zijn dood, was bepaald niet zwijgzaam over wat hij in de oorlog gedaan had. Bang voor vervolging vanwege een nooit uitgevoerde moordaanslag, zo deze al daadwerkelijk gepland was, zal hij zeker niet geweest zijn.
Op bladzijden 254-255 melden Meltzer en Mensch:
“Bovenal, als het complot een vorm van oplichterij door de Sovjets was, dan is deze weken-, maanden-, zelfs decennialang in stand gehouden. (…) Dit betekent dat zestig jaar na dato, in 2003, de Russische inlichtingendienst FSB – een organisatie (…’ met geen enkele band met het regime van Stalin – nog steeds de moeite neemt om een valse perspresentatie en een mediacampagne op te zetten, op basis van een leugen van ruim een halve eeuw eerder?
Anders gezegd betekent het geloof in een list door de Sovjets dat meerdere generaties Russische inlichtingendiensten al zestig jaar lang meedoen aan een complot om de leugen te verdoezelen van een voormalig leider aan wie ze geen enkele loyaliteit veschuldigd zijn. Waarom al die moeite? Het idee op zich klinkt al absurd.”
Het mag absurd klinken, maar het is wel de realiteit, zowel in de Sovjet als in de Poetintijd. Nog steeds ontkent Rusland het bondgenootschap met Nazi-Duitsland in 1939-1941. Het ontkent de hulp die het tijdens de oorlog van de westelijke geallieerden kreeg. En Stalin wordt in het Rusland van Poetin in toenemende mate verheerlijkt.
Ontbrekend bewijsmateriaal zegt niets?
Meltzer en Mensch: “Zoals gezegd betekent een gebrek aan bewijs in de vorm van Duitse documenten niets, aangezien de SD aan het eind van de oorlog alle gevoelige documenten heeft vernietigd.”
Ook dit is onzin: Nazi-Duitsland was een dictatuur met een enorme bureaucratie. Van vrijwel alle documenten werden kopieën gemaakt, die bij allerhande instanties belandden. De vernietiging van (delen van) de SD-archieven betekent dus niet dat er niets bewaard gebleven zou zijn. Als de Duitsers daadwerkelijk een operatie Weitsprung / Long Jump gepland zouden hebben – een operatie waar óók de Luftwaffe en Abwehr betrokken bij zouden zijn, dan zouden daar documenten over te vinden zijn. In zowel Duitse archieven als in Britse en Amerikaanse. Quod non.
Over Vartanians relaas schrijven Meltzer en Mensch op bladzijde 353: “Bij nader inzien houdt Vartanians relaas geen stand.” Maar dat heeft ze er niet van weerhouden pagina’s lang zijn verhaal als “waar gebeurd” neer te zetten. En het wordt nog vreemder. Op bladzijde 359: “Het komt erop neer of je liever een voormalige Sovjetspion gelooft of een ex-nazi.”
Dus terwijl ze weten dat wat Vartanian beweert niet waar kan zijn, en dat er niets is dat Skorzeny’s verhaal ontkracht, geloven ze de voormalige “Sovjetspion” – een groot woord voor een destijds laaggeplaatste NKVD-medewerker.
Entrez Walter Schellenberg
De chef van de buitenlandse inlichtingdienst van de SD Walter Schellenberg (1910-1952) bericht in zijn postuum verschenen memoires over twee plannen om Stalin te vermoorden – zomer 1944, dus lang ná de conferentie van Teheran. Een van die plannen staat in Het Nazi-Complot beschreven, op bladzijde 358:
“Schellenberg vertelde later over een plan van Hitler om Stalin in 1944 in Moskou te vermoorden. Een hoge gezant van de nazi’s, mogelijk Heinrich Himmler, zou naar het Kremlin reizen op een vermeende geheime diplomatieke missie en daar, eenmaal met Stalin in één kamer, een goed verborgen pistool trekken om de man van Staal om te brengen, voordat hij zelf door de Sovjetbeveiliging werd neergeschoten.”
Schellenbergs woorden verdraaid
Wat compleet anders is dan wat Schellenberg écht in zijn memoires vertelde. In de zomer van 1944 wordt hij door Joachim von Ribbentrop, Hitlers minister van Binnenlandse Zaken, ontboden. Ribbentrop zou toen gezegd hebben:
“Ik heb de Führer laten weten dat ik bereid ben mezelf op te offeren voor Duitsland. Er zal een conferentie met Stalin worden geregeld en het zal mijn missie zijn om de Russische leider neer te schieten.”
Schellenberg vraagt daarop Von Ribbentrop of hij dat in zijn eentje gaat doen. Von Ribbentrop:
“Dat is wat de Fuehrer zei – één man alleen kan het doen. De Führer vroeg me een mogelijke metgezel te noemen” – hier staarde hij me strak aan – “en ik noemde jou.” (Schellenberg, blz 365).
Schellenberg is bepaald niet opgetogen over dit plan. Hij formuleert voorzichtig een serie voorwaarden, waarna Ribbbentrop zegt het te gaan overleggen met Hitler, en dat is het laatste wat hij ervan hoorde. Schellenberg: “Ik beschouwde de hele zaak als het product, op zijn zachtst gezegd, van een neurotische en overspannen geest.”
Of het allemaal werkelijk gebeurd is, of dat Schellenberg het verzonnen heeft om aan te geven wat voor fanaticus Ribbentrop was? We weten het niet.
Een heus plan om Stalin te vermoorden, 1944
Wat we wel weten is dat Schellenberg in zijn memoires het heeft over een ander wél uitgevoerd moordplan op Stalin, zomer of najaar 1944, waarbij Stalin in zijn limousine zou worden opgeblazen. Op bladzijden 366-367:
“Twee [krijgsgevangen gemaakte] leden van het Rode Leger die eerder voor lange tijd verbannen waren geweest naar Siberië, en van wie er één bevriend was met een monteur in Stalins garage, accepteerden de moordopdracht. Ze werden ’s nachts met een groot transportvliegtuig overgevlogen en gedropt in de buurt van de plaats waar onze agenten ons via korte golven hadden geïnformeerd dat Stalin zijn hoofdkwartier had. De twee mannen sprongen en landden, voor zover we konden nagaan, op de juiste plaats; maar dat was het laatste dat we ooit van hen hoorden.”
Of deze missie echt heeft plaatsgevonden of niet: Schellenberg noemt twee plannen om Stalin te vermoorden. Des te merkwaardiger is het dat hij, die toen hij zijn memoires te boek stelde al doodziek was, met geen woord rept over een concreet plan voor een aanslag op de Grote Drie in Teheran.
Gezond of commercieel verstand?
Op bladzijde 355 stellen de auteurs van Het Nazi-complot: “Onderzoekers en schrijvers die het complot van Teheran uit 1943 bestudeerd hebben zijn te verdelen in twee partijen: de sceptici die geloven dat het allemaal bedrog van de Sovjets was en degenen die de meer sensationele beweringen (…) voor waar aannemen. Wij geloven dat er een grijs gebied tussen die twee bestaat, waarin we de bevestigde feiten vermengen met geïnformeerde speculatie en waarbij wij uitgaan van gezond verstand.”
Vervang “gezond” door “commercieel” en je hebt antwoord op de vraag waarom dit misleidende boek dat als “true history” is geschreven en uitgebracht.
Brad Meltzer en Josh Mensch. Het nazicomplot. Het geheime plan om Roosevelt, Stalin en Churchill te vermoorden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Meulenhoff, [Amsterdam], [2023]. 432 blz., €24,99
Wie het boek wil lezen, raadplege beter eerst:
Gary Kern. How “Uncle Joe” Bugged FDR. Studies in Intelligence. Center for the Study of Intelligence. 47 (1), CIA, Washington, 2007.
Adrian O’Sullivan. German Covert Initiatives and British Intelligence in Persia (Iran) 1939-1945. University of South Africa, [s.l.], 2012. Proefschrift.
Adrian O’Sullivan. Nazi Secret Warfare in Occupied Persia (Iran): The Failure of the German Intelligence Services, 1939-45. Springer, Heidelberg/Berlin, 2014.
Adrian O’Sullivan. Espionage and Counterintelligence in Occupied Persia (Iran): The Success of the Allied Secret Services, 1941-45. Springer, Heidelberg/Berlin, 2015.
Michael McMenamin. Meltzer & Mensch: The Long Shelf Life of Russian Disinformation. The Churchill Project, Hillsdale College, Hillsdale (MI, USA), 31 maart 2023.
Zie ook:
Michael F. Reilly. Reilly of the White House. As told to William J. Slocum. Simon and Schuster, New York, 1947.
Memoires van lijfwacht van Franklin D. Roosevelt. Eerste boek waarin over de vermeende aanslag verhaald wordt. Integraal online op archive.org.
Walter Schellenberg. Hitler’s Secret Service (Original title: The Labyrinth). Memoirs. Introduction by Alan Bullock. Pyramid Books, New York 1971 (3de druk, eerste druk 1956, Harper & Brothers).
Integraal online op archive.org.
Zie over de betrouwbaarheid van dit boek: Clinton Gallagher. Book Review: The Labyrinth. Studies in Intelligence. Volume 1, Fall 1957, CIA, Washington, 1957.
Otto Skorzeny. Meine Kommandounternehmen. Krieg ohne Fronten. Limes Verlag, Wiesbaden / München, 1977 (3de druk, 1e druk 1976). Integraal online op archive.org.
Yury Plutenko. Tehran-43: Wrecking the plan to kill Stalin, Roosevelt and Churchill. Interview with Russian intelligence veteran Gevork Vartanyan. RIA Novosti. Moscow, 16-10-2007.
NB: In Het Nazi-Complot wordt niet verwezen naar de originele publicatie, maar naar deze kopie ervan op een Russischtalig blog: https://zavtra.ru/blogs/2007-10-3122
NN. Soviet spying legend Gevork Vartanian dies at 87. BBC News, London, 11 januari 2012.
In memoriam dat overduidelijk gestoeld is op het hoogst onbetrouwbare hierboven gelinkte interview.