„We krijgen signalen dat sommige drugsgebruikers meer drugs gebruiken dan voorheen”, reageert Ninette van Hasselt op de vraag. De programmamanager van het Trimbos-instituut constateert dat verveling, stress, eenzaamheid en onzekerheid de hang van sommige burgers naar verdovende middelen vergroot. Doordat de dienstverlening en hulpverlening op een laag pitje zijn gezet, is er bovendien maar beperkt hulp beschikbaar voor consumenten met verslavingsproblematiek. Dus zitten zij nu thuis met stress, verveling, eenzaamheid en onzekerheid, waardoor het moeilijker is om drank en drugs te laten staan.
Toch haast Van Hasselt zich om te zeggen dat er door de lockdown ook een grote groep mensen is die juist mínder gebruikt: „Veel mensen gebruiken alcohol of drugs in een sociale context. Als de sociale contacten wegvallen, valt hun gebruik ook voor een belangrijk deel weg. Er wordt in Nederland bijvoorbeeld minder gedronken dan vóór de COVID-pandemie.”
Negatieve emoties
Desondanks kent de lockdown volgens hoogleraar gezondheidspsychologie Arie Dijkstra van Rijksuniversiteit Groningen veel componenten die een verslaving in de kaart kunnen spelen: „Bij verslaving spelen drie factoren: beschikbaarheid van middelen, en functies en gevaren van iemands gedrag. Nu mensen thuis zitten, moeten er allerlei activiteiten worden opgevuld. Er is nu dus meer gelegenheid, waardoor mensen meer toegeven aan triggers.”
De emotionele achtbaan die de lockdown ontketent, speelt volgens Dijkstra ook mee. „Mensen roken, drinken alcohol of gaan gokken om hun stemming en emoties in een bepaalde richting te sturen. Juist in de lockdown spelen negatieve emoties een belangrijke rol: mensen kunnen angstig worden door de onzichtbare epidemie, bang zijn om hun baan te verliezen of verdrietig worden omdat ze hun vrienden niet kunnen ontmoeten. Daardoor gaan ze meer middelen gebruiken om die negatieve emoties maar weg te werken.”
Voor de lockdown kon een normaal ritme verslavingen voorkomen –of op zijn minst een beetje reguleren–, maar nu werkt de verplichte isolatie de drang naar troostmiddelen in de hand. Dijkstra: „Normaal gesproken stapte je op de fiets, stond je in de trein en sprak je collega’s. Door de lockdown ontstaat een ritmeloos bestaan zonder verplichtingen. In zo’n bestaan steekt diep van binnen een behoefte naar de dingen die je nodig hebt de kop op.”
Verslavingsdeskundige Van Hasselt constateert dat de impact van lockdown op het sociale leven de drempel voor sommige verslavingen verlaagt: „Het wegvallen van sociale controle en structuur kan het zetje geven waardoor ze helemaal doorschieten in gebruik of misbruik.”
Nu de sociale controle van collega’s zich beperkt tot een conference call, kunnen mensen gemakkelijker toegeven aan een verslaving, denkt ook Dijkstra. „Op je werk is het bijvoorbeeld belangrijk hoe je eruitziet en of je gezond bent. Die zaken worden nu overruled door alles waarmee we bezig zijn om de epidemie onder controle te krijgen en niet ziek te worden. Doordat de sociale controle is afgenomen, wordt de motivatie om gezond te blijven of er goed uit te zien weggeduwd.” Net als Van Hasselt ziet hij dat vooral mensen die eerder negatieve emoties ervaren of eerder een verslaving hadden, in de gevarenzone zitten: „Als je veel sterke, langdurige negatieve emoties hebt, doet deze situatie je meer. Als je nog nooit hebt gedronken, kun je meer gaan drinken. En als je het vroeger al deed, kun je het nu nog meer gaan doen. Er zijn mensen die juist nu voor de bijl gaan.”
Onder controle
Toch is het niet ondenkbaar dat de verslaving verdwijnt als de lockdown wordt versoepeld of straks helemaal wordt opgeheven, denken beide verslavingsdeskundigen. „Je ziet dat ook bij jongeren die het stoer vinden om te roken op weg naar de volwassenheid”, stelt Dijkstra. „Op een gegeven moment stoppen ze daar mee.” Van Hasselt houdt een slag om de arm: „Veel zal ook afhangen van de situatie waarin mensen na de lockdown terechtkomen. We zien bij alcoholverslavingen dat veel mensen vaak ook zonder intensieve hulp in staat zijn om hun alcoholgebruik weer onder controle te krijgen, maar dat geldt niet voor diegenen die meer problemen hebben en meer en vaker drinken.”
Volgens Dijkstra kun je de strijd tegen een verslaving het best winnen door nieuwe gewoontes aan te leren: „Maak een ritme, zodat je dagen weer aan elkaar worden geregen. Dat voorkomt dat je lege dagen worden overgenomen door de behoefte aan lekker eten, roken en shoppen. Hét recept voor geluk is dat je bezig kunt met de doelen die je belangrijk vindt en die relevant zijn. Daardoor gaat een dag zinvol voelen. Werk is niet het belangrijkste, maar structuur rond doelen is alles.”
Voor verslaafden is de coronacrisis extra moeilijk
De lockdown kan al een probleem zijn voor mensen met een lichte verslaving, maar zwaar verslaafde burgers hebben het nóg moeilijker, stelt Ninette van Hasselt. „Het wegvallen van hulpvoorzieningen maakt het voor hen lastig om op eigen houtje grip op hun leven te houden. Bovendien heeft een deel van de verslaafden te maken met schaarste. Voor alcoholisten is het niet moeilijk om aan hun dagelijkse dosis alcohol te komen, maar voor drugsverslaafden is dat vaak veel lastiger. We zien bijvoorbeeld dat veel heroïneverslaafden nu overstappen op methadon, omdat ze niet aan heroïne kunnen komen.”
Het gevaar van de verslaving schuilt ook in de invloed die middelen hebben op de gezondheid. Van Hasselt: “Deze coronacrisis laat duidelijk zien hoe belangrijk het is om een goede weerstand te hebben. Middelengebruik is dan niet aan te raden. Zeker mensen met een verslaving hebben een lagere weerstand en riskeren een ernstig verloop bij een corona-infectie.”