‘Dit kan een gigantische ramp worden’, appt Elon Musk op een vrijdagavond in september 2022 aan zijn biograaf Walter Isaacson. De tech-ondernemer is erachter gekomen dat het Oekraïense leger probeert een verrassingsaanval met onderwaterdrones uit te voeren op de Russische marinevloot in Sebastopol. Die drones worden aangestuurd via een internetverbinding van Musks satellietbedrijf Starlink. Musk heeft Oekraïne zelf toegang tot deze verbinding gegeven, maar nu is hij bang. Wat als Rusland uit vergelding op de drone-aanval kernwapens inzet?
Volgens de biografie is Musk tot diep in de nacht in de weer. Hij zou ingenieurs van zijn satellietbedrijf in het diepste geheim opdracht hebben gegeven om de internetverbinding uit te schakelen. De bewapende zeedrones spoelden daarop aan zonder schade aan te richten.
Inmiddels ontkent Musk en ook Isaacson is teruggekomen op het incident. Toch legt het volgens hoogleraar Reijer Passchier een belangrijk probleem bloot: grote technologiebedrijven en hun leiders hebben enorme macht zónder dat ze democratisch gekozen zijn of verantwoording hoeven af te leggen.
Is de macht van Musk echt zo groot dat hij de loop van een oorlog kan beïnvloeden?
„Daar lijkt het wel op ja. Musk heeft grote invloed op strategisch en tactisch niveau. Als Starlink uitvalt heeft Oekraïne een heel groot probleem. Overigens zijn overheden, en ook onze eigen ministeries, ook heel erg afhankelijk van andere techbedrijven, zoals Microsoft en Amazon. Die afhankelijkheid ondermijnt de weerbaarheid van onze vitale infrastructuur.”
Wat zegt het incident met die Oekraïense drones over de macht van big tech?
„Grote technologiebedrijven hebben in veel opzichten evenveel of soms zelfs meer macht dan staten. Staten hebben met een heel scala aan verantwoordelijkheden te maken. Zij moeten de boel immers bij elkaar houden. Technologiebedrijven kunnen er echter voor kiezen om zich met bepaalde thema’s, zoals sociale of ecologische aangelegenheden, niet te bemoeien. Bij zaken die wel op hun terrein liggen, kunnen ze andere mensen en zelfs staten beïnvloeden, manipuleren of zelfs aan hun regels of voorwaarden binden, zonder dat burgers inspraak hebben of onder die regels uit kunnen.”
Je zou het ingrijpen van Musk ook kunnen zien als goed burgerschap. Volgens zijn biograaf greep hij in uit angst voor een nucleaire aanval door Rusland …
„Elon Musk doet goede en minder goede dingen, en die hebben allemaal hun voor- en nadelen. Het probleem is echter dat hier één persoon veel te veel macht heeft. En die macht staat onvoldoende onder controle van andere organisaties of burgers. Er is in sommige gevallen uiteindelijk niemand die zijn beslissingen kan corrigeren. Ook hoeft hij nauwelijks verantwoording af te leggen. Over die ongecontroleerde machtsconcentratie moeten we het hebben.”
Als de macht in handen van één persoon komt, ontstaat er een enorm risico op willekeur, machtsmisbruik en domme beslissingen.” Reijer Passchier
Wat valt er tegen te doen?
„Laten we eens kritisch kijken naar wat hier gebeurt. Is Musk de legitieme persoon om deze beslissing te nemen? Is hij de juiste persoon om te besluiten of Oekraïne wel een drone-aanval mag uitvoeren of niet? Is het handig dat Oekraïne of het Westen afhankelijk is van deze ene persoon? Wat mij betreft is het antwoord op deze vragen ‘nee’. Het is heel raar dat een particulier beslissingen kan nemen die het hele Westen aangaan. Dat past niet in een democratische rechtsstaat en is levensgevaarlijk, zo leert de geschiedenis en meer dan 2000 jaar politieke filosofie. Elk mens is feilbaar. Als de macht in handen van één persoon komt, ontstaat er een enorm risico op willekeur, machtsmisbruik en domme beslissingen.”
Waar komt die machtsconcentratie in de technologiewereld vandaan?
„Techbedrijven zijn nauwelijks gereguleerd. Sterker nog, grote delen van ons rechtsstelsel staan in dienst van deze bedrijven. Zo’n 200 jaar geleden voerden Westerse wetgevers het moderne eigendomsrecht in, waardoor 1 persoon de exclusieve zeggenschap kon krijgen over een vrijwel onbeperkte hoeveelheden zaken –hoe belangrijk die ook waren. Via het moderne ondernemingsrecht kregen bedrijven vervolgens bepaalde privileges, zoals rechtspersoonlijkheid en de mogelijkheid om aandelen uit te geven en hun aansprakelijkheid te beperken. Dat werkte het ontstaan van heel grote bedrijven in de hand.
Vervolgens kwam de globalisering. Daardoor verloren staten hun greep op de ‘monsters van Frankenstein’ die ze zelf hebben gecreëerd. Bedrijven kunnen nu relatief gemakkelijk verhuizen naar de plek die het gunstigst voor hen is. Zo kunnen ze staten tegen elkaar uitspelen en voor hun karretje spannen. Zelfs als staten bedrijven reguleren, hebben grote bedrijven in het huidige systeem altijd nog legio mogelijkheden om aan die regulering te ontsnappen.
Door de digitalisering ontstaan er tenslotte nóg weer grotere bedrijven die ook nog eens mobieler worden. De nieuwste ontwikkeling is bijvoorbeeld dat technologiebedrijven de ruimte in gaan. Daardoor kunnen ze nog gemakkelijker dan eerdere generaties multinationals aan de regulering van staten ontsnappen en zelf hun wetten bepalen.”
Zegt u daarmee dat technologiebedrijven de democratie uithollen?
„Ja, dat doen ze zeker. We leven eigenlijk nog maar marginaal in een democratie. Kijk maar om je heen. Techbedrijven kunnen het democratische wetgevingsproces heel sterk beïnvloeden door te lobbyen. En als eigenaar van technologie kunnen ze in principe zelfstandig bepalen wat ze met die technologie doen, zonder anderen om hun mening te vragen.
Ik ben niet optimistisch over de toekomst van de democratie. Institutioneel gezien zijn we hard op weg terug naar de middeleeuwen, met een feodaal stelsel van tech-adel. Gewone mensen – en dat zijn de meeste van ons – krijgen de productiemiddelen die zij nodig hebben om als mens te functioneren hooguit weer in leen, met alle afhankelijkheid van dien.”
Doordat allerlei constructies zijn afgezwakt worden leiders een soort absolutisten die vrijwel alle touwtjes in handen hebben.” Reijer Passchier
Kent de democratie niet genoeg checks and balances om dit probleem tegen te gaan?
„Het probleem zit hem niet alleen in de democratie, maar ook in onmacht van staten en in de organisatie van bedrijven. Bij sommige technologiebedrijven heeft de CEO de meerderheid van stemgerechtigde aandelen. Dat geldt niet alleen voor Elon Musk, maar ook voor Mark Zuckerbergs Meta. De oprichters van Google hebben een speciaal aandelenpakket dat hen zeer veel macht geeft.
Daar komt nog bij dat de interne controles door allerlei constructies, zoals preferente aandelen, zijn afgezwakt. Daardoor worden leiders een soort absolutisten die vrijwel alle touwtjes in handen hebben.”
Hoe zou u dat veranderen?
„We moeten fundamenteel ingrijpen. Historisch gezien is het helemaal niet vanzelfsprekend dat je buitenlandse bedrijven zomaar toelaat op je territorium om zaken te doen. Dat kunnen we wel doen, maar dan moeten we veel strengere eisen gaan stellen aan hun organisatie en gedrag. We moeten niet alleen proberen hun gedrag te reguleren, maar ook de manier waarop ze in elkaar zitten. We moeten bijvoorbeeld voorzieningen treffen om te zorgen dat andere mensen substantieel medeaandeelhouder kunnen worden. We moeten verder naar een globalisering toe die de soevereiniteit van staten versterkt in plaats van verzwakt. Op dit moment geven we grote bedrijven ruim baan, waardoor er een enorme kapitaalmigratie plaatsvindt. En we moeten de Europese Unie versterken, zodat die democratische en rechtsstatelijke waarden op haar territorium beter kan beschermen. Maar zolang de grenzen voor kapitaal te open zijn, zal dat niet lukken.”
Maar dat verandert niet het probleem van de machtsconcentratie …
„Eens, maar dit zijn wel een aantal grote stappen. Als je als Westerse democratie je soevereiniteit wilt behouden, moet je zelf de technologie in huis hebben of in elk geval over alternatieven beschikken. Een aantal alternatieven zijn er al. Denk aan het besturingssysteem Linux. Maar dan moeten de overheid en bedrijven dat wel gebruiken. Ook doet de Europese Unie zijn best om Europese tech-alternatieven te laten ontstaan, zoals eigen sociale media, eigen AI en eigen clouddiensten. Het is onder huidige omstandigheden echter zeer moeilijk om die echt een verschil te laten maken. De voorsprong van big tech is immens en technologiebedrijven doen hun uiterste best om bedreigende innovaties tegen te werken of op te kopen, Zo voorkomen ze dat er serieuze concurrentie kan ontstaan. We hebben de maken met tech-baronnen die, net als de baronnen van vroeger, hun geprivilegieerde positie niet zonder slag of stoot gaan opgeven.”
Over Reijer Passchier
Prof. mr. dr. Reijer Passchier (1987) is hoogleraar Digitalisering en de democratische rechtsstaat aan de Open Universiteit en universitair docent Staats- en bestuursrecht aan de Universiteit Leiden. Hij doet onderzoek naar de invloed van digitalisering op de rechtsstaat en de macht van grote technologiebedrijven. In 2021 verscheen zijn boek ‘Artificiële intelligentie en de rechtsstaat’. Op dit moment werkt hij aan een nieuw boek over de invloed van big tech op de rechtsstaat.
Illustratie: Dee via Pixabay