Minder kosten en gedoe voor 10-duizend patiënten

Herkeuren voor het rijbewijs mag voortaan ook door de eigen specialist. Patiënten hoeven niet meer naar een tweede, vreemde specialist, om zich medisch te laten keuren voor een rijbewijs. Minister Schultz van Haegen van Verkeer past de regels aan.

Veel patiënten met aandoeningen als dementie en oogaandoeningen, moeten zich nu nog laten keuren door een onafhankelijk specialist. En dat geeft gedoe en kan voor hoge kosten zorgen. Voortaan mag een eigen arts gegevens verstrekken aan het Centraal Bureau Rijvaardigheden (CBR).

Veel instanties zijn blij met deze ontwikkeling. Maar volgens sommigen gaat het nog niet ver genoeg. ‘Het is een stap in de goede richting. Maar er mag wat ons betreft nog wel wat meer veranderen aan de inhoud van het keuren’,  aldus Frank van der Aa, woordvoerder van de seniorenorganisatie Anbo. ‘Wij kregen veel klachten over de onafhankelijke specialist, maar wij horen van mensen ook, dat ze soms al na vijf minuten weer buiten staan bij een medische keuring. Dat kan toch nooit gedegen onderzoek zijn zou je zeggen. Bovendien kun je je afvragen of een medische keuring alleen voldoende zegt. Een rijvaardigheidstest lijkt me ook geen overbodige luxe.’

Maar de ouderenorganisatie vindt vooral dat een medische keuring niet leeftijdsgebonden dient te zijn. ‘Iedereen die boven de 75 jaar is, moet bij een verlenging van het rijbewijs gekeurd worden. Wat ons betreft moet die leeftijdsgrens vooral losgelaten worden.  Want iemand van vijftig met slecht zicht kan nu gewoon doorrijden, terwijl iemand van tachtig met prima ogen op hoge kosten wordt gejaagd. Soms loopt dat wel op tot tweehonderd euro en dat moet uit eigen zak betaald worden. Laat mensen een herkeuring krijgen, zodra zich een aandoening voordoet. Niet puur en alleen op leeftijd.’

Het Centraal Bureau Rijbewijzen (CBR) vraagt de keuringen doorgaans aan en is heel blij met dit besluit van de minister. ‘Het scheelt heel veel gedoe, voor ongeveer 10-duizend mensen op jaarbasis’, aldus Irene Heldens van het CBR. ‘Dat is ook de reden dat wij dit al eerder aan het ministerie hadden geadviseerd. Meestal zijn de patiënten al onder behandeling bij een specialist en deze keuring voelt dan heel overbodig. Nu zullen ze bijna altijd af kunnen met een verklaring van hun eigen arts.’

De Nederlandse Zorgautoriteit (NZA) is ook content met deze regeling. ‘Wij vinden het vooral belangrijk dat regelingen zo duidelijk mogelijk zijn. En dat komt dit plan natuurlijk wel ten goede,’ zegt woordvoerder Natasja Wijnbeek van de NZA. ‘Eerder hebben wij ons druk gemaakt over de kosten voor de keuringen. Die zijn daardoor vorig jaar omlaag gegaan. Maar sommige herkeuringen kosten meer tijd voor specialisten, bijvoorbeeld de keuringen op last van de politie. En wij zijn wel benieuwd hoe de minister dit gaat invullen.’

Eigenaar Els Koopman van bureau Regelzorg voorziet vooralsnog geen daling in het aantal mensen die haar zullen benaderen. Regelzorg bemiddelt in medische keuringen en is vooral een database met specialisten. “De meeste keuringen die wij regelen, zijn de 75+ keuringen en de keuringen voor beroepschauffeurs en daar verandert niets voor. Ik hoop alleen wel, dat de CBR nu wat goedkoper kan gaan werken. De kosten voor de Eigen Verklaring (die koop je bij de gemeeente, maar de opbrengsten gaan vooral naar het CBR) worden ieder jaar hoger. En die heb je nodig bij een keuring. Nu het CBR minder specialisten hoeft te regelen, kan dat bedrag vast omlaag.’

Irene Heldens ziet dat echter niet gebeuren. ‘De kosten van de Eigen Verklaring dekken voor ons veel meer kosten, dan allleen die van het zoeken naar specialisten. Ik vrees dat deze versimpeling in wetgeving niet veel gaat doen met de prijs van de Eigen Verklaring.’

De Federatie Medisch Specialisten is zich nog aan het beraden op een officieel standpunt. ‘Ik denk dat we hier positief op kunnen reageren, als het echt rompslomp scheelt voor de patiënt’, zegt Lilian Jansen, woordvoerder van de Federatie. ‘Maar het officiele standpunt moeten we nog formuleren.’

Mijn gekozen waardering € -

Marije Klein (1973) werkt al ruim twintig jaar als journalist bij krant, internet, radio en televisie. In 2011 werd bij haar borstkanker geconstateerd en is ze over haar medische avonturen gaan schrijven. Ze schrijft nu over wat ze zelf meemaakt, maar ook over andere patiënten en zorggerelateerde verhalen. Naast publicist wordt ze inmiddels gevraagd als spreker op congressen en praat ze in medische instellingen mee over het te voeren beleid.