Moordvrouwen in Nederland: ‘Nog steeds bang voor Marian’

Als vrouwen moorden, doen ze dat vooral in eigen kring. (Ex)partners lopen het grootste risico. In de reeks Moordvrouwen in Nederland een terugblik op Marian D., veroordeeld vanwege haar aandeel in de "Pernisser martelmoord". Dertien jaar later zijn de ouders van Marians slachtoffer nog steeds angstig.

‘Ik ben zo boos, ik ben zo kwaad. Nu voel ik zo weer dat ik Marian haat’.

Het zijn de beginregels van een gedichtje dat Annemarie, de moeder van de omgebrachte Björn Jue, ooit schreef. In 2008 draagt Annemarie haar gedicht voor in de Rotterdamse rechtbank, tijdens het strafproces tegen de dan 25-jarige Marian D. en twee medeverdachten.

De woorden van de radeloze moeder lijken Marian D. niet te raken. Strak kijkt ze voor zich uit.

Vrij

Vlak voor het schrijven van dit verhaal ontmoet ik Annemarie en haar man Hans Jue weer. Dertien jaar na het drama rond hun kind. Er is veel veranderd. En toch ook weer niet.

“Marian D. loopt allang weer vrij rond, haar straf zit erop”, vertellen de twee als we rond de eettafel in hun appartement zijn gaan zitten.

Het blijkt dat Marian tevens een gebiedsverbod opgelegd heeft gekregen. Ze mag, vervolgen de Rotterdammers, zich niet meer in de woonbuurt van Annemarie en Hans ophouden. “Toch zijn we nog steeds bang om haar toevallig op straat tegen te komen. Angstig ook voor onze eigen reactie. Wat zouden we dan doen als we opeens weer oog in oog met haar zouden staan?”

Het echtpaar is getekend door verdriet. Ik kan het van hun gezichten aflezen. De moord op hun 28-jarige zoon, een misdrijf dat ik destijds vanwege het zeer gewelddadige karakter de naam ‘Pernisser martelmoord’ gaf, heeft bij Annemarie een posttraumatisch stresssyndroom veroorzaakt. Dat ging niet over.

Bij Hans trok het drama eveneens diepe sporen. “Eigenlijk leven we elke dag met het gemis van Björn”, zeggen de nabestaanden.

Succesvol

Het verhaal over dit misdrijf voert terug naar 2006.

Björn Jue, het oudste kind van Hans en Annemarie, heeft dan een succesvol telecombedrijfje. Hij bewoont een appartement in het Emmahuis aan de Van der Sluysstraat in Rotterdam. Björn is vrijgezel en onderhoudt een goed contact met zijn ex-partner met wie hij een zoontje in de kleuterleeftijd heeft.

In de herfst van datzelfde jaar ontmoet de jonge ondernemer op zijn werk Marian D. uit Hoogvliet. De twee voelen zich tot elkaar aangetrokken en gaan ergens een borrel drinken. Terwijl ze toasten op het leven laat Marian en passent weten dat ze op zoek is naar woonruimte. Ze is door haar ouders uit huis is gezet.

“Marian was thuis niet meer welkom vanwege haar drugsgebruik en trok meteen bij onze zoon in”, kijkt Annemarie terug. “Aanvankelijk leek hun relatie soepel en plezierig te verlopen. Björn kookte, Marian hield de boel in huis schoon en deed boodschappen. We vonden haar wel een stevige en leuke meid die voor zichzelf kon opkomen en onze zoon dus aankon. Tot we ontdekten hoe ze werkelijk in elkaar zit.”

Doordringend

Dat gebeurt voor het eerst, vervolg Annemarie, als ze de nieuwe vriendin van Björn rond de kerstdagen van 2006 mee uit shoppen neemt. De twee keuvelen genoeglijk en bekijken ondertussen in boetiekjes de nieuwste feestmode. Maar plotseling draait Marian zich om. Ze kijkt Annemarie doordringend aan.

“Als uit het niets begon Marian over Björn uit te varen. Ze maakte hem aan alle kanten zwart. Dat onze zoon verslaafd was aan gokken, dat soort dingen. Ik stond versteld van de leugens en kletspraat die ze ophing.”

Kort erna belt Björn zijn moeder op. Hij huilt. “Björn had net ontdekt dat Marian tweeduizend euro van hem had gestolen. Hij was compleet van de kaart. Ik schrok me wild. Adviseerde mijn zoon om Marian onmiddellijk uit zijn huis te knikkeren en een punt achter die relatie te zetten. Daar wilde hij niets van weten. ‘Ik kan niet alleen zijn, mama’, waren zijn woorden, dat vergeet ik nooit meer. Korte tijd later bleek dat die griet met valse handtekeningen nog veel meer van Björns rekening had afgehaald. De bedragen liepen dik in de vijfduizend euro.”

Jaloezie

Tijdens bezoekjes door Marian gebeuren er volgens Björns vader en moeder bizarre dingen. “In een kast bij ons thuis lag een roosje van klei dat Björns ex-vriendin ooit had gemaakt. Opeens was het verdwenen. We zijn er zeker van dat Marian het een keer uit pure nijd of jaloezie heeft meegenomen.”

De zaken lopen verder uit de hand als Marian haar vriend begin 2007 tegenover zijn ex beschuldigt van misbruik van hun zoontje. Deze vrouw gelooft Marians verhaal en stapt naar de politie om Björn aan te geven wegens incest. De recherche pakt de Rotterdammer op en verhoort hem. Na een paar dagen staat Björn weer op straat. Hij is vrijgelaten bij gebrek aan bewijs.

De zakenman begint te beseffen hoe gevaarlijk zijn nieuwe liefde is. Wat hij niet weet, is dat Marian in het voorjaar van 2007 achter zijn rug om een volgende zet aan het bekokstoven is. Zeker zeven tot acht geheime rendez-vous heeft ze in die tijd met twee bevriende leeftijdsgenoten.

Scenario’s

Het gaat om een havensjorder, Walter A., en cocaïnedealer Jeffrey van S. Beiden zijn afkomstig uit Pernis, een naargeestig dorp onder de rook van Shell. De drie bespreken bij die ontmoetingen verschillende scenario’s om Björn tijdens een roofoverval vele duizenden euro’s lichter te maken.

Ondertussen lopen de spanningen tussen Björn en Marian op tot het kookpunt om te escaleren in een gevecht. Marian zou tijdens de worsteling een wond aan haar voorhoofd hebben opgelopen. Gekrenkt tot in het diepst van haar ziel pakt ze eind mei haar koffers en gaat weer bij haar ouders wonen.

En daar zint Marian op wraak.

Roof

De plannen om Björn een flinke smak geld afhandig te maken – gedacht wordt aan zo’n 15.000 euro – krijgen na de liefdesbreuk meer vorm. Bij metrostations in Hoogvliet en Spijkenisse overleggen Marian, Walter en Jeffrey hoe de roof moet worden uitgevoerd. Björn moet vooral ‘een lesje’ leren, vindt Marian. Had hij haar maar niet moeten slaan en zijn kind seksueel moeten misbruiken, houdt ze haar vrienden voor.

Omdat Björn hen alle drie kent, is de kans groot dat hij na de beroving meteen naar de politie stapt. Daar heeft Marian iets op bedacht. Ze heeft Björns laptop gejat en er – zoals zijn ouders later verklaren – bestanden met kinderporno op gezet. Een probaat chantagemiddel, mocht Björn ‘lastig’ worden en met aangifte dreigen.

Stappen

Marian blijft zelf thuis, als Walter en Jeffrey op donderdagavond 15 juni 2007 op strooptocht gaan. De sjorder en de dealer hebben Björn uitgenodigd, zogenaamd voor een avondje stappen met wat vriendinnen in het naburige badplaatsje Rockanje.

Jeffrey en Walter drinken eerst een biertje in een plaatselijk kroeg in hun woonplaats en rijden dan naar de Maasstad om Björn op te halen. Voelde de jonge Rotterdamse ondernemer toen al dat zijn leven aan een zijden draad hing? Volgens zijn ouders staat vast dat Björn die avond, vlak voordat hij met Jeffrey en Walter mee gaat, haastig het briefje schrijft dat de recherche later op zijn keukentafel vindt.

‘Als er met mij iets gebeurt, is Marian schuldig’, staat er.

Lijntje

De drie mannen gaan samen op weg. Walter beweert dat hij zijn portemonnee is vergeten en nog even langs huis in Pernis moet. In Walters woning aan de Pastoriedijk snuiven de drie dan maar meteen een lijntje coke en slaan een pilsje achterover.

Het zijn de laatste ‘geneugtes des levens’ waarvan Björn Jue zal proeven. Van het ene op het andere moment trekt Walter hem van de zitbank. ‘Hey, rustig aan’, roept de Rotterdammer die er dan nog van uitgaat dat Walter een geintje maakt.

Walter draagt zijn werkschoenen met stalen neuzen en begint voluit op Björn in te rammen en te schoppen. Terwijl de havensjorder vervolgens met zijn volle gewicht op Björns rug gaat liggen, omwikkelt Jeffrey hun slachtoffer zoals afgesproken met duct tape.

Orgie

Een orgie aan geweld breekt los in de dijkwoning. Een regen aan slagen en schoppen, erop gericht om Björns pincode te ontfutselen.

Het aanhoudende gegil van het slachtoffer wordt gehoord door een buurman die Björn vanaf zijn balkon gekneveld in de woonkamer ziet liggen. De man slaat alarm slaat via 112.

Twintig minuten later zijn zes politiewagens ter plekke. De agenten nemen hun posities in en omsingelen het dijkhuis. Tot verbijstering van omwonenden doen de dienders het komende uur verder niets. De politie wacht op opgetrommelde versterking die dan de ‘stormram’ vergeet en ook weer versterking moet oproepen.

Het komt erop neer dat de agenten zonder hulptroepen niet naar binnen durven, een gegeven waar ik in die tijd als misdaadjournalist bij De Telegraaf bij toeval achter kom en een reeks kritische verhalen over schrijf.

Pincode

Terug naar die vreselijke moord, in Pernis. Als de zwaargewonde Björn eindelijk zijn pincode heeft genoemd, loopt Jeffrey het dijkhuis uit om bij een betaalautomaat te gaan oogsten. Vlak voordat hij de deur dichtslaat, hoort hij nog net hoe de volledig ‘doorgesnoven’ Walter binnen tegen Björn krijst: “En nou moet jij godverdomme eens je bek houden!”

Op straat stuit Jeffrey op de ‘wachtende’ politiemannen. Tegenover de agenten beweert hij dat er in Walters huis alleen maar ‘iets van een geintje of zo’ gaande is.

Wanneer de politie eindelijk het pand binnenvalt, is het te laat voor Björn. Hij bezwijkt kort erna aan ernstig letsel aan zijn nek, hoofd, rug en centraal zenuwstelsel.

Verwijten

De betrokken agenten gaan later vrijuit. Het gerechtshof in Den Haag vindt dat de politiemannen niets te verwijten valt omdat zij niet konden weten of er wapens in het spel waren. Wel horen Annemarie en Hans Jue dat de agent die de leiding had, is weggepromoveerd naar Brabant. “Dat was tenminste iets”, zeggen ze nu.

Walter, Jeffrey en Marian gaan wel de cel in. De drie worden in die tijd rap in de boeien geslagen. In hoger beroep krijgt het drietal op donderdag 18 juni 2009 respectievelijk twaalf, tien en vijf jaar gevangenisstraf opgelegd. Het gerechtshof in Den Haag vindt de straffen op zijn plaats vanwege ‘de wreedheid en de goede voorbereiding van het misdrijf.’

Berouw

Opvallend is dat Marian in de rechtbank geen enkel berouw toont maar vooral grote onverschilligheid tentoonspreidt. Tijdens de rechtszittingen komen veelzeggende details over haar aan het licht. Zo blijkt dat ze twee weken na de dood van haar vriend nog zijn banksaldo checkte.

De rechters: “De meedogenloosheid, brutaliteit en ook de berekenende manier waarop medeplichtige Marian D. probeerde om het slachtoffer van geld te beroven, is ronduit schokkend.”

Voor Annemarie en Hans Jue is de straf die Marian kreeg, veel te laag. “Ze kon niet zwaarder worden gestraft, omdat ze zelf niet bij de moord op Björn aanwezig was. Maar Marian heeft wel alles bedacht en haar twee vrienden bewust met leugens opgejut. In onze ogen verdiende zij het om het langst vast te zitten.”

Onbekende

Walter en Jeffrey hebben later spijt betuigd, vertelt het ouderpaar. “Van Marian hebben we niets meer vernomen. Wel kregen we, toen ze nog vastzat, ooit een telefoontje vanaf een afgeschermd nummer. Dat was vreselijk. De onbekende beller draaide een opname af met de stem van onze Björn, roepend om hulp. We kunnen het niet bewijzen, maar weten zeker dat ook dit weer een zieke streek was van Marian.”

Marians toenmalige advocaat Bas van Riel zegt goed te begrijpen dat de nabestaanden graag een zwaardere straf voor zijn cliënte hadden gezien.

“Het standpunt van mijn cliënte zal onveranderd zijn”, zegt de advocaat. “Marian D. heeft destijds verklaard dat zij er slechts met Wouter en Jeffrey over had gefantaseerd hoe het zou zijn als Björns geld op hun rekeningen zou staan. Ze zei  niets te hebben georganiseerd, laat staan opdracht te hebben gegeven. Volgens Marian D. was er alleen in grappige zin gepraat over het afhandig maken van geld.”

Ruim een jaar geleden had ik via Messenger even contact met Marian D. Ik vroeg haar of ze haar verhaal wilde vertellen. ‘Ik ben wel enigszins geïnteresseerd’, schreef Marian D. terug. Daarna kwam er geen antwoord meer.

Mijn gekozen waardering € -

Femkefataal.nl is een onafhankelijke website over vrouwen en crime van misdaadjournalist Jolande van der Graaf. Het platform biedt nieuws en achtergronden over misdaad, steeds belicht vanuit een vrouwelijk perspectief. Vrouwen die zelf slachtoffer zijn of vanwege hun werk met criminaliteit te maken hebben, schrijven columns op femkefataal.nl.