Ode aan de E-nummers is een preek voor eigen parochie

Met stijgende verbazing volg ik de discussie rond het boek ‘Ode aan de e-nummers’ van Rosanne Hertzberger. Of discussie? Die is er vrijwel niet.

Er staan verschillende ‘leren’ tegenover elkaar zonder ook maar iets van elkaar te willen horen. Of het boek er beter door verkocht wordt, durf ik zelfs te betwijfelen: zij die de kennis hebben over de huidige stand van de voedingswetenschap hoeven het niet te lezen, want die weten het al. Voor de andere kant is Hertzbergers optreden in de Volkskrant al voldoende voor een no go omdat ze die groep al voldoende stof heeft gegeven het boek níet te kopen, ook als dat boek een genuanceerd beeld uitdraagt.

Zowel Hertzberger als de zelfbenoemde voedselgoeroes zoeken in media-uitingen niet de nuance op maar slechts de confrontatie. Dat laatste doet de schrijfster van het boek en microbioloog ook graag in haar columns in NRC, haar stijl. Dat het bijna niet zorgt voor de nodige discussie, maar verschillende groepen juist de loopgraven laat opzoeken, is spijtig.

Het interview in de Volkskrant gaat grotendeels niet over het grote verhaal achter het boek, namelijk dat e-nummers niets anders zijn dan goed onderzochte stoffen die met de huidige, vaak zeer langjarige wetenschappelijke kennis als ‘veilig voor de volksgezondheid’ bestempeld zijn. Het gaat om Hertzbergers hekel aan koken en dat ze liever nog even een wetenschappelijke studie openslaat dan dat ze tijd moet besteden aan het bereiden van een maaltijd. Met haar kennis weet ze dat haar familie zo de juiste voedingsstoffen binnenkrijgt en dat ze zich daar verder geen zorgen over hoeft te maken. Tevens is het minder milieubelastend om maaltijden in zeer grote hoeveelheden te bereiden, waardoor haar kant-en-klaarmaaltijd minder milieubelastend is en tevens duurzamer.

Dat er mensen zijn die wel van koken houden en die zich zorgen maken om elk stuk in plastic verpakt voedsel, daar gaat het interview aan voorbij. Voor de voedselveiligheid is dat laatste vermoedelijk beter, maar niet als iedereen z’n plastic laat slingeren. Hertzberger zit zo klassiek op haar religieuze wetenschapsberg, namelijk die van: wij weten wat goed voor je is, hou je mond maar. Echt. Terwijl de briefschrijvers in de Volkskrant op die andere geloofsberg zitten, namelijk die van ‘natuurlijk’ is goed, zelf maken is beter (voor mensen die ervan houden) en plastic is slecht als het in het milieu terechtkomt (bekend feit). De tussenliggende oceaan is volstrekt onoverbrugbaar.

Als je beide groepen zou vragen of ze voor of tegen een duurzame wereld zijn, zullen beide groepen antwoorden dat ze uiteraard voor een duurzame wereld zijn. De vraag of ze willen dat mensen ongezond voer tot zich nemen, zullen beiden ook negatief beantwoorden. Ligt daar een klein eilandje van verdraagzaamheid?

De mensen die Hertzberger wil bereiken, de superfoodlovers, healthfreaks en het leger aan zelfbenoemde insta-voedselgoeroes, die zullen niet anders doen dan hun door gezonde vetten aangemaakte gal spuwen en het boek ongelezen links laten liggen. De kenners van de achterliggende wetenschap idem. Misschien is het iets voor mensen die de klok hebben horen luiden, maar de klepel nog zoeken.

Mijn gekozen waardering € -