Sociaal-psycholoog Kees van den Bos: ‘Enige argwaan is vaak terecht’

F-16's voor Oekraïne, begrip voor Israël, pro-Hamas, Trump of Harris, immigratie, XR-blokkades, agressie van Rusland, stikstof, Nord Stream-sabotage, coronavaccinaties, nóg een Microsoft-datacenter in de Wieringermeer, en een hospice in Bloemendaal. Controverses, polarisatie en wantrouwen zijn aan de orde van de dag. Columnisten grossieren in verdachtmakingen en scheldkanonnades; talkshowgasten poneren halve waarheden. Cancelen of gecanceld worden. Krijgen we de geest ooit terug in de fles?

Hoe ontstaan maatschappelijke conflicten in onze democratische rechtstaat, en kunnen we die voorkomen? Daar buigen wetenschappers zich al decennia over. Ook Kees van den Bos, hoogleraar sociale psychologie doet dat. Niet in het minst fascineert hem de rol van professionals bij het ontstaan van polarisatie en wantrouwen. Niet zelden blijken overheden en officiële instanties achterdocht en frustraties bij mensen aan te wakkeren. De manier waarop gemeenten, rechters, de politie, zorgverleners en instanties die vroeger nutsbedrijven heetten burgers bejegenen, zijn vaak de bron van wrevel en wantrouwen. Andersom, zo vertelt Van den Bos, kunnen die instanties dus ook zorgen voor de-escalatie, en kunnen ze proberen het vertrouwen van burgers (terug) te winnen. Gewoon door anders met ze om te gaan.

Kees van den Bos: ‘Hoe wij door instanties worden bejegend, noemen we de ‘ervaren procedurele rechtvaardigheid’. Het is een nogal gewichtige term voor waar we het verder in dit interview over gaan hebben. Het gaat over het contact dat we hebben met autoriteiten en instanties waar we afhankelijk van zijn. Hoe ervaren we dat? Gebeurt dat eerlijk en respectvol? Wordt er naar ons geluisterd, of worden onze bezwaren op voorhand weggewimpeld? Krijgen we een toegesneden reactie, of een gestandaardiseerd antwoord? Hoe bescheiden ook, het zijn belangrijke factoren in het al dan niet ontstaan van maatschappelijke onrust.’

‘Ik onderzoek dit soort processen al een jaar of dertig. In mijn proefschrift (1996, red.) spelen vertrouwen, wantrouwen en polarisatie al een belangrijke rol. Daarin haal ik de Amerikaanse microbioloog en ecoloog Garrett Hardin aan, die in 1968 schreef dat omdat de wereldpopulatie toeneemt, we allerlei ingewikkelde kwesties zullen tegenkomen, niet in het minst met betrekking tot het klimaat (bron: Science – The tragedy of the commons, red.).

Hardin wees er op dat we ongelimiteerd gebruikmaken van natuurlijke hulpbronnen, terwijl de voorraden daarvan juist beperkt zijn. Door de bevolkingsgroei en onze ongebreidelde levensstandaard, komt hoe we met elkaar omgaan onder druk te staan. Inmiddels zijn we bijna zestig jaar verder en groeide de wereldpopulatie in die periode van ruim 3,5 miljard naar ruim acht miljard mensen.’

Nemen wantrouwen en polarisatie de laatste jaren toe?

‘Complottheorieën, tweespalt, mensen die gecanceld worden, zijn van alle tijden. Denk aan de heksenjacht in de Middeleeuwen. Aan de Joden die In de twintigste eeuw massaal verdacht werden gemaakt en vermoord. In de jaren vijftig maakten de VS intensief jacht op communisten, en denk bijvoorbeeld ook aan het verwarrende leven dat mensen achter het IJzeren Gordijn hebben geleden. Het zijn slechts voorbeelden.’

‘Dat neemt niet weg dat er in de afgelopen jaren factoren bijgekomen zijn die als een vliegwiel allerlei soorten wantrouwen en polarisatie aanjagen, en dat zijn het mobiele internet en sociale media. Die zijn 24/7 voor iedereen beschikbaar en er bereikt ons van alles real time. Niet alleen in de buurt, maar vanover de hele wereld. Mensen kunnen hierdoor onbesuisd snel reageren en nemen dan geen tijd voor bezinning. Door de letterlijke afstand, is de andersdenkende al snel een abstracte entiteit, waardoor het nóg makkelijker is om helemaal los te gaan.’

Complottheorieën, tweespalt, mensen die gecanceld worden, zijn van alle tijden

‘Tegelijkertijd, omdat kwesties bij zóveel mensen tegelijk onder ogen komen, voelen betrokkenen al snel de noodzaak direct van zich af te slaan. Anderen beschimpen en uitsluiten is allang niet meer beperkt tot de dorpspomp en het schoolplein van voorheen — wat toen al erg genoeg was.’

‘Vroeger kon iemand schuimbekkend voor de televisie zitten kijken naar premier Den Uyl, maar bleef zijn ongenoegen beperkt tot de huiskamer, of de lokale kroeg. Nu treft iemand op hetzelfde moment tal van gelijkgestemden. Destijds kon je de enige in het dorp zijn met een bepaalde mening, tegenwoordig is er een virtuele stad vol instemmende geluiden. Op het internet wordt je onbehagen goed uitgelegd, en daar vind je ook de morele duiding: iets deugt óf deugt niet. Tegelijk wordt er vaak een moreel handelingsperspectief geboden: dit kun je eraan doen. Sterker nog, de boodschap is: het je morele plicht om er iets aan te doen.‘Mensen worden zo aangezet om tot actie over te gaan, en dat geeft hun een goed gevoel. Neem de coronacrisis. Als je het niet eens was met de verordonneerde lockdowns, kreeg je tips over wat te doen, zoals ‘koffie drinken op het Museumplein’ (oproep om daar te protesteren tegen het coronabeleid – red.).’

De coronaperiode joeg in brede zin complottheorieën en polarisatie aan. Of we virologen konden geloven, of vaccins betrouwbaar waren, disputen over het gedrag van anderen. Er was tweespalt, en ook paniek over de toelatingscriteria voor de IC. Hadden rokers, dikke mensen en oudere patiënten wel recht op een IC-bed? Hoe oude mensen werden opgesloten en op hun sterfbed geen naasten mochten zien, was draconisch. Het heeft mensen erg tegen elkaar opgezet.

‘Inderdaad, ook doordat de crisis zo lang duurde — wereldwijd. We konden geen kant op en waren existentieel bezorgd. Mijn collega Karen Douglas van de Universiteit van Kent stelt dan ook dat de coronatijd mensen in hun identiteit heeft geraakt: we voelden ons in de steek gelaten met al onze persoonlijke zorgen over onze gezondheid, werk en sociale leven.’

Sociale media faciliteren de verspreiding van complottheorieën.

‘Allerlei overtuigingen doen daar de ronde dat de elite, of machtige mensen een geheime deal hebben gesloten om een kwaadaardig doel te bereiken. Een hashtag is voor de ‘goede verstaander’ voldoende. Zoals vermeende extreme toekomstplannen van het World Economic Forum (#WEF), of dat er een pedoseksueel netwerk in Bodegraven zou zijn. Duizenden landgenoten — zogenoemde autonomen — geloven inmiddels in een andere juridische werkelijkheid. Volgens hen bestaat Nederland niet, omdat tijdens en na de Tweede Wereldoorlog de bewindsoverdracht niet goed geregeld zou zijn. Ze betalen principieel geen belasting, en negeren de deurwaarder als die aanbelt. Via internet krijgen ze instructies hoe ze kunnen handelen.’

Veel mensen willen eigenlijk geen conflictsituaties

‘Er is zeker een groep mensen die juist conflicten opzoekt en uitlokt, maar veel mensen willen eigenlijk helemaal geen conflictsituaties, zeker niet een langere periode. In dit verband was het opvallend dat Caroline van der Plas (lid en voorzitter TK-fractie BBB) na het reces collega’s opriep om constructiever met elkaar om te gaan in het parlement. Ordinair bekvechten wilde ze niet meer.’ (Inmiddels hebben de vier coalitiepartijleiders besloten wekelijks een overleg te hebben om de neuzen weer dezelfde kant op te krijgen en de onderlinge verhoudingen te versoepelen – red.).

De meeste mensen willen verbinding, zegt u. Toch gaan steeds meer mensen een-op-een contacten uit de weg. Er wordt veel ge-appt, maar fysieke of telefonische gesprekken zijn er steeds minder. Je moet appen, voordat je mag telefoneren of aanbellen. Hierdoor is het ook moeilijker geworden om met vrienden of buren heikele kwesties te bespreken.

Sociale verbanden zijn inderdaad anders en zwakker dan vroeger; mensen zijn veel meer geïsoleerd geraakt. Toch blijkt uit onderzoek dat de meesten wel graag sociale contacten willen, ook in levende lijve, en dat we daar doorgaans erg van opkikkeren. Daarom was de coronatijd zo fnuikend.

In hoeverre veroorzaken politieke en maatschappelijke keuzes het wantrouwen en polarisatie? Denk bijvoorbeeld aan de verdeling van woningen, van toeslagen en kapitaal?

Bestuurlijke en maatschappelijke keuzes kunnen zeker wantrouwen en polarisatie aanwakkeren. Neem wat er gebeurt met de NS: het aanbod verschraalt, vertragingen en uitval moeten we normaal vinden, geen garantie op een zitplaats, en treinreizen is in 2025 weer veel duurder geworden. Er is nauwelijks marktwerking op het spoor, terwijl de privatisering van het bedrijf daar wel om bedoeld was. Dat wisten ze natuurlijk al in de jaren 90, toen de VVD én de PvdA enorm hebben ingezet op de privatisering van het staatsbedrijf. Dit soort besluiten versterken bij burgers het gevoel: als de overheid individualistische keuzes maakt, maak ik die ook.

Bestuurlijke en maatschappelijke keuzes kunnen wantrouwen en polarisatie aanwakkeren

Hetzelfde zie je met Postnl, de vroegere PTT. Brievenbussen verdwijnen, steeds minder buslichtingen, postzegels steeds duurder en de post wordt op minder dagen bezorgd. Ook hierbij wordt gewezen op de ‘zegeningen’ van marktwerking, terwijl daar helemaal geen sprake van is.

 De consument zou te weinig ansichtkaarten versturen en niet genoeg in de trein zitten.

Burgers zijn niet gek. Ze vinden dit onrechtvaardig. Er mag en moet echt geageerd worden tegen politieke en maatschappelijke misstanden.

 Dat er met twee maten gemeten wordt, is ook niet bevorderlijk voor de saamhorigheid. Reageren we niet te overdreven op sommige situaties of kwesties?

In zijn algemeenheid, ja. Sommige dingen worden als morele kwestie bestempeld en zelfs een kleine afwijking ervan moet worden uitgebannen. Dit gebeurt ook bij het cancelen van personen. Iemand die — in jouw ogen — een moreel abject standpunt heeft, mag niet langer in jouw leefwereld voorkomen. We tolereren het blijkbaar steeds minder dat er aan iedereen wel iets schort. Dat verlangen naar morele perfectie is zorgwekkend. Soms is enig begrip voor andere voorkeuren nodig, zoals bij verschillen in politieke opvattingen.

We tolereren het steeds minder dat er aan iedereen wel iets schort

Wie bepaalt wat morele perfectie is? De christelijke moraal is anders dan die de islam verkondigt. De mores van ondernemers is anders dan die van werknemers.

We moeten wegblijven van de moraliseringsvalkuil. Iedereen heeft grijstinten. Veel te makkelijk worden er labels gebruikt die ‘fout’ betekenen, om mensen weg te zetten: ‘oude witte heteroman’, ‘zeven-vinker’, ‘racist’, ‘geitenwollen-sok’. Daar durven weinigen wat van te zeggen, anders worden ze er zelf mee geassocieerd. Dit is meer dan het bystander effect, waarbij een groep mensen toekijkt bij een noodsituatie, maar niemand in actie komt.

Toch gebruikt u in uw boek ‘Elkaar eerlijk behandelen’ (zie bijschrift) ook moraliserende termen. U heeft het tientallen keren over: ‘onterecht wantrouwen’, ‘overdreven achterdochtig denken’ en ‘zonder dat daar een goede reden voor is’. Dat vind ik vreemd, gezien uw pleidooi.

Daar heeft u gelijk in. Ik onderscheid gerechtvaardigd en ongerechtvaardigd wantrouwen. Enige argwaan is vaak terecht als je met machthebbers te maken hebt, maar sommigen slaan daarin door. Zij vertrouwen niemand, terwijl vertrouwen wel nodig is in de samenleving en we elkaar daar ook op moeten aanspreken.

Stel De Volkskrant-redactie krijgt een nieuwe eindredacteur. Als meteen wordt gesteld dat die niet te vertrouwen is, omdat hij van De Telegraaf komt, is dat overdreven wantrouwen. Ik vind, geef mensen eerst een kans.

Naming and shaming in columns noem ik schoolpleingedrag: op zoek gaan naar iemands zwakke plekken, eisen dat hij zich aan die en die regels moet houden. Zo niet, dan hangen we hem aan de hoogste boom. Als de werkgever niet ingrijpt, doet de massa het wel. Dan nemen we het recht in eigen hand.

Opvallend is dat álle meningen in tweeën worden verdeeld. Wie sympathiseert met Extinction Rebellion is ultra-links, omarmt automatisch transgenders, moet wel pro-Palestina zijn, vindt dat er geen asielcrisis is, veracht de PVV en hoopt uiteraard dat Harris de Amerikaanse verkiezingen wint. En andersom natuurlijk. Tussenvormen kunnen blijkbaar niet.

Dit komt omdat het ons niet lukt om twee ‘wrongs’ naast elkaar te dulden. Ik geef een beladen voorbeeld: het is heel moeilijk om te erkennen dat Hamas en Netanyahu allebei fout zijn. De vervolgvraag wordt namelijk meteen: wie is er fouter? We zijn judgemental, veroordelend. Dat is de tragiek van de menselijke moraliteit.

Ondanks alles wat we hebben besproken, bent u ervan overtuigd dat we wantrouwen en polarisatie kunnen tegengaan. Hoe dan?

Als overheden en instanties burgers eerlijk behandelen, blijken ze ‘onterechte’ vormen van conflicten voor te kunnen zijn. Zaken hoeven veel minder vaak op de spits gedreven te worden. Ik geef lezingen voor bijvoorbeeld burgemeesters en rechters en vertel hun ook over de ideeën van de zeventiende-eeuwse rechtsfilosoof Thomas Hobbes. Hij stelde dat als burgers met machtige mensen te maken hebben — Hobbes had het over de absolute vorst, maar dat begrip kunnen we verbreden naar andere autoriteiten — dat ze dan gerust die machthebbers met enige scepsis, met wantrouwen tegemoet kunnen treden. Burgers mogen zien wat voor vlees ze in de kuip hebben, zonder dat machthebbers meteen in de stress of verdediging hoeven te schieten.

Als mensen wantrouwend zijn, zet ze dan niet meteen als querulanten weg. Geen wonder dat ik me enorm heb geërgerd aan het feit dat criticasters van het coronabeleid al snel ‘wappies’ werden genoemd. Dat was helemaal niet nodig.

Soms moet je buiten de lijntjes kleuren om zaken te veranderen. Af en toe moet je met de vuist op tafel slaan en duidelijk maken dat dingen niet kloppen. Maar als je ervaart dat er eerlijk en rechtvaardig naar je geluisterd wordt, is de druk vaak al van de ketel. Zelfs als je uiteindelijk geen gelijk krijgt.

Stel je vraagt iets aan de gemeente. Als je geen gelegenheid krijgt je situatie goed uit te leggen, als je merkt dat je zaak als onbenullig wordt afgedaan, staat bij jou de veer al snel gespannen. Wantrouwen groeit doordat personen of instanties iemands belangen bagatelliseren, die waarschijnlijk niet behartigen en mogelijk zelfs zullen schaden.

Omgekeerd, als het contact respectvol is, als er interesse is in wat er speelt, kun je veel positiever reageren en accepteer je makkelijker een antwoord, ook als dat tegenvalt. Omdat je je niet voelt weggezet.

Doorgaans lopen contacten van burgers met de overheid stroef en onbevredigend. Veel via frontoffices, of zelfs via chatbots met knullige formats. Daar begint al het ‘niet gezien worden’. Hoe wilt u dit organiseren?

Het ministerie van Binnenlandse Zaken werkt al een poos met het project ‘Passend contact met de overheid’. Overheidsambtenaren leren serieus te luisteren naar meningen van burgers, op een beleefde respectvolle manier: eerlijk, rechtvaardig, en er professioneel mee omgaan. Luisteren betekent ook willen weten of er onderliggende kwesties mee spelen. Dit is overigens iets anders dan pamperen en mensen hun zin geven.

‘Ervaren procedurele rechtvaardigheid’ geeft mensen een buffer, waardoor onterechte vormen van onrust misschien kunnen worden voorkomen. Deze manier van contact is prettig voor die individuele burger, maar geeft ook beroepstrots aan de ambtenaar die de paspoorten op het gemeentehuis regelt.

Ambtenaren kunnen vaardigheden aanleren, maar Nederland telt er wel honderdduizenden. Dan heb ik het nog niet over medewerkers van andere organisaties en bedrijven.

‘Ik wijs op de positieve effecten van elkaar eerlijk behandelen. Vervolgens kunnen mensen er in verschillende maatschappelijke domeinen mee aan de gang gaan. Leidinggevenden kunnen tijdens bijscholing handvatten krijgen. Er zijn inmiddels honderden ambtenaren getraind, dus ik hoop dat de inzichten als een olievlek onder collega’s verspreid worden. Verder houd ik lezingen voor groepen burgemeesters, rechters, ambtenaren of politiemensen. Met studenten verken ik manieren van goed met elkaar omgaan in allerlei sociale relaties.’

‘Optimisme vind ik een morele plicht. Sowieso zou het goed zijn als we weer wat weerbaarder worden en dingen van ons af kunnen laten glijden. Het bedwingen van onze emoties mag best meer aandacht krijgen, ook in het onderwijs en in trainingen. Ik moet denken aan Amerikaanse mariniers die gestraft worden als hun kledingkast niet op orde is. Ze worden dan in natte kleren door het zand gerold en moeten er de hele dag mee rondlopen. Maar ook al is hun kast goed op orde, krijgen ze soms die straf. Waarom? Om te leren omgaan met onrechtvaardigheid.’

‘Mijn boek is bedoeld om weg te blijven van vage sensitivity trainingen en ‘sociale-academie-gepraat’ – sorry, ik wil niemand hiermee beledigen. Het gaat erom dat professionals competent communiceren en niet neigen tot pamperen, wat in eerdere literatuur over dit onderwerp nog wel gestimuleerd werd. Al met al, hoop ik dat mensen erdoor geïnspireerd worden.’

Kees van den Bos

Kees van den Bos (59) is hoogleraar sociale psychologie Universiteit Utrecht en hoogleraar empirische rechtswetenschap aan dezelfde universiteit. Sinds begin jaren negentig doet hij onderzoek naar allerlei vormen van tweespalt en wantrouwen in de samenleving.

Met onder anderen historica en terrorisme-expert Beatrice de Graaf ontving hij recent een zogeheten Zwaartekrachtsubsidie om de komende tien jaar te onderzoeken hoe de samenleving goed kan omgaan met verschillende crises, zoals nieuwe pandemieën, klimaatcrises, of door polarisatie of terroristische aanslagen.

Van den Bos schreef ‘Elkaar eerlijk behandelen, Wantrouwen, polarisatie en complotdenken voor zijn’ (2023). De boektitel heeft hij van Alex Brenninkmeijer, destijds Nationaal Ombudsman, met wie hij wekelijks contact had over actuele zaken.

Dit artikel verscheen ook in HP/De Tijd (oktober 2024)

Mijn gekozen waardering € -