In aanloop naar de Winterspelen van 2006 waarschuwde het IOC maar weer eens: de Olympische Spelen moeten goedkoper en de organisatie minder ingewikkeld. Deze zoveelste oproep bleek opnieuw tevergeefs.
Volgens de Telegraaf van 25 februari 2002 was er voor Turijn overheidssteun van een miljard euro voor de infrastructuur en 800 miljoen voor de organisatie. Twee jaar later werd bekend dat de organisatie inmiddels een tekort had van 186 miljoen euro.
Vijftig dagen voor aanvang dreigde faillissement van de organisatie. ‘Om dat te voorkomen,’ stond op 23 december 2005 in het Algemeen Dagblad, ‘moet de loterij de komende weken naar schatting 24 miljoen euro opleveren, terwijl de stad Turijn, provincie en regio leningen gaan afsluiten om de resterende 40 miljoen te financieren.’
De Volkskrant meldde op 11 februari 2006 dat het uiteindelijke organisatorische budget op 1,223 miljard euro was uitgekomen – ruim 400 miljoen meer dan het startbedrag in 2002. Er was voor 2,1 miljard infrastructuur gebouwd, wat 1,1 miljard meer was dan vier jaar eerder door de overheid was toegezegd.
Op 9 februari 2007 werden deze Winterspelen financieel afgesloten met een verlies van 25 miljoen euro. Wederom had een waarschuwing van het IOC niet geholpen.
