De prestigieuze prijs van 150.000 euro wordt jaarlijks toegekend aan iemand die een buitengewone bijdrage heeft geleverd op het gebied van geesteswetenschappen, sociale wetenschappen en de kunsten. Ehrenreich schreef onder meer De achterkant van de Amerikaanse droom (Nickel and Dimed. On (Not) Getting By in America), waarvoor ze twee jaar lang laaggeschoold werk deed om te onderzoeken hoe miljoenen van haar landgenoten daarvan moeten rondkomen – veel mensen lukt het zelfs met twee banen nauwelijks om het hoofd boven water te houden. In Gouden bergen onderzocht ze de kansloze situatie van veel mensen op de arbeidsmarkt. De bedrieglijkheid van de Amerikaanse droom is een rode draad in haar oeuvre.
Barbara Ehrenreich krijgt de Erasmusprijs vanwege ‘haar moed om zichzelf in de strijd te werpen in haar diepgravende journalistieke werk. Door zelf het leven te leiden van mensen in precaire situaties, geeft zij een stem aan groepen die anders niet gehoord worden. Zij laat ons zo de wereld zien door andere ogen. Als journalist gebruikt zij verschillende disciplines: zij combineert een wetenschappelijk analytische methode met een literaire stijl, en haar scherpe pen is doordrenkt van droge humor. Zij is een belangrijke stem in het actuele debat rond waarheidsvinding, en een voorvechter van kritisch denken en fact finding. Zij brengt statistische gegevens – bijvoorbeeld over het leven aan de onderkant van de arbeidsmarkt – tot leven, met empathie en sociaal engagement als drijfveer.’
Voor haar meest recente boek Oud genoeg om dood te gaan boog Ehrenreich zich over de gezondheidsindustrie. De afgelopen jaren begon ze zich danig te storen aan de enorme hoeveelheid preventieve onderzoeken die Amerikanen bij het ouder worden krijgen aangeboden. Mensen zijn te obsessief bezig met langer leven, en beseffen te weinig dat ze op veel factoren helemaal geen invloed hebben, vindt Ehrenreich.
Wat is uw belangrijkste doel met dit boek?
‘Ik schrijf vanuit twee drijfveren: ik maak me kwaad over iets of ben nieuwsgierig naar iets. Ik was verbolgen over de manier waarop er in de medische wereld wordt omgesprongen met ouder worden; het feit dat je meer en meer onderzoeken en screenings voor je kiezen krijgt, adviezen over je dieet, et cetera. En ik was nieuwsgierig naar wat er nu eigenlijk in het lichaam gebeurt bij het ouder worden. Het is geen praktisch how-to-boek, met tips hoe je beter kunt leven. Wat ik met dit boek vooral hoop te bereiken, is dat mensen over het onderwerp gaan nadenken en iets relaxter worden in plaats van uit angst veel te veel tijd besteden aan het wanhopig verlengen van hun leven.’
In de Verenigde Staten krijg je boven een bepaalde leeftijd een bizarre hoeveelheid preventieve onderzoeken aangeboden. Is dat voor Nederland ook het toekomstperspectief?
‘Het zou mij niet verbazen. In Amerika is het verontrustend gangbaar. Mensen van in de negentig moeten nog een mammografie of screening voor prostaatkanker ondergaan. De moeder van een vriend van mij kreeg nog een behandeling tegen borstkanker terwijl ze 101 was. 101! Wil je op die leeftijd écht nog chemotherapie en bestraling moeten doorstaan? We vragen ons veel te weinig af of het wel zinvol is om bejaarde mensen nog tegen kanker behandeld moeten worden. Naar mijn idee slaat het nergens op. Het geld dat daarmee gemoeid is, zou beter besteed kunnen worden aan goede zorg voor meer mensen, zoals tandartszorg voor kinderen.’
Kunnen we niet meer accepteren dat de dood bij het leven hoort?
‘Dat is inderdaad het grote probleem. De medische en farmaceutische industrie heeft groot belang bij het aanbieden van al die preventieve onderzoeken. Want hoe verdien je anders aan mensen die zich prima voelen? Dus ze richten zich op testen, en als er dan op een gegeven moment iets uitkomt – wat heel waarschijnlijk is – volgen er nog meer onderzoeken en behandelingen die nog helemaal niet nodig waren. Er is een sterke maatschappelijke tendens die zegt dat we ons lichaam moeten beheersen en er alles aan moeten doen om onze levensduur te verlengen, vaak met beroemdheden als ambassadeur. Gezondheid is het grootste goed geworden.’
Gezondheid is bijna een nieuwe religie.
‘Inderdaad. Laatst vroeg ik aan een Nederlandse vrouw of in jullie land ook zo veel avocado’s gegeten worden. “Zeker weten,” zei ze. Het is niet bij te houden met al die rages. Zelf heb ik lang geleden besloten dat ik eet wat goed smaakt en mijn honger wegneemt; dat is mijn enige regel. Ik weiger al mijn geld en intellect te wijden aan zoeken naar wat nou het allerbeste voedsel is.’
Moeten we een nieuwe visie op het lichaam en gezondheid ontwikkelen?
‘Dat is een belangrijke vraag. Ja, met dit boek streef ik ernaar de heersende gedachte dat het menselijk lichaam een harmonieus systeem is, omver te werpen. Ons lichaam is op celniveau een strijdtoneel. Mindfulness, positief denken of kombucha drinken helpt daar niet tegen. De maatschappelijke tendens keren kan alleen met kleine stapjes. Mijn kleine stapje is het ontmaskeren van misvattingen, problemen en tegenstrijdigheden. Daarmee hoop ik het ouder worden voor anderen te vergemakkelijken. Ik ben zelf 76 en veel van mijn vrienden – van wie er ook veel jonger zijn dan ik – besteden zo veel energie en tijd aan het uitvogelen hoe ze ouder kunnen worden. Dat is het ultieme doel geworden: het leven zo lang mogelijk rekken. Is dat echt zoals we het willen? Ik heb zelf wel wat beters te doen met mijn tijd. Die wil ik liever doorbrengen met mijn dierbaren.’
Barbara Ehrenreich, Oud genoeg om dood te gaan. Over de vragen die iedereen zich ooit moet stellen is verschenen bij Atlas Contact, € 19,99