Henry Sepers – 'Je zadelt een vlinder' (72 p.). Uitgeverij Magonia, €16,95.
Eigenzinnig
‘Er zijn niet veel dichters die zo onverstoorbaar hun eigen gang durven gaan als Henry Sepers,’ stond in het juryrapport van de J.C. Bloemprijs over Sepers’ vorige dichtbundel ‘Spreekt de troubadour’ (2012). Hoewel Henry Sepers (1955) debuteerde met de roman ‘Het feest van de mollen’ (1993) en hierna nog vier romans uitbracht, publiceert hij sinds 2009 vooral poëzie. Verhalen en gedichten van zijn hand verschenen in o.a. Hollands Maandblad, De Gids, Maatstaf, De Poëziekrant en Het Liegend Konijn, en hij schrijft poëzierecensies voor het literaire weblog Tzum.
Zijn nieuwe bundel ‘Je zadelt een vlinder’ verschijnt bij Magonia, de nieuwe uitgeverij van Lex Jansen, die deze auteur al leerde kennen toen hij nog uitgever was bij De Arbeiderspers en daar Sepers’ vorige dichtbundels uitbracht. Met Magonia wil Jansen alleen romans en dichtbundels uitgeven waar zijn hart sneller van gaat kloppen. ‘Je zadelt een vlinder’ is zo’n werk waar hij onverdeeld enthousiast over is. Jansen: ‘Toen ik de kopij van zijn nieuwe bundel las, werd ik door hem meegenomen naar de Limousin. In het eerste deel van de bundel, arfeuille, lijken het innerlijk van de dichter en het Franse landschap in elkaar over te lopen: ‘in de naakte aarde en meertjes, zie je je eigen vlees en bloed’.'
De dichter Henry Sepers ‘zadelt een vlinder’ op zoek naar ‘de heuvel van het kind’ en wil een jonggestorven meisje opwekken uit de dood om haar ‘te bekleden met weefsels zo teer, als nimmer tijdens haar eerste leven’. Steeds is Sepers op zoek naar de vraag of de magie van het woord nog werkt, zegt Jansen. ‘Juist daarom spreekt zijn werk me zo aan. Dat is immers wat ik met uitgeverij Magonia ook blijvend wil onderzoeken. In Je zadelt een vlinder doet Henry Sepers er alles aan om bovenstaande vraag met een luidkeels ‘ja’ te kunnen beantwoorden.’
JE ZIT VERLEGEN OM BEELDEN EN LOOPT HET WEGGETJE AF
Je zit verlegen om beelden en loopt het weggetje af.
Halverwege sta je stil en laat je blik de grazige heuvel
afdalen. Je denkt: als er eens een metafoor was
die de werkelijkheid zou kunnen uitzuigen
als een vrucht, alleen wat velletjes blijven over.//
Eenmaal in het dal aangekomen, zie je een huis zonder dak.
Slechts de spanten zijn aanwezig, het gebouw is
klaar voor beschutting, maar schenkt haar niet.
Het is een plek om alles toe te laten, vogels en insecten
vliegen af en aan. Zaden van bomen zoeken zachte
plekjes in de vloer om te gedijen. De lucht
laat zich vrij naar binnen vallen en frist de wanden op.//
De mens is afwezig, maar goden komen hier graag
want vanuit deze kamers keren zij zonder moeite
terug in hun alomtegenwoordigheid.//
AAN DE OEVER VAN HET MEERTJE
Aan de oever van het meertje
heb je een gedachte losgelaten//
het lukt echter niet
om door het kroos heen te breken//
tot een eend vanonder zijn kontveren
de zwarte loper uitrolt van het niets//
je gedachte neemt een duik
en keert niet terug://
de genade van het kroos
dat zich boven je sluit.//
IN HET KERKJE VAN LA ROCHETTE LIET EEN DUIF
In het kerkje van La Rochette liet een duif
door een gat in het dak haar boodschap
vallen op de mantel van Maria.//
In het stenen doopvont,
mystiek van ouderdom,
kuiste zij zich met regenwater.//
Jij was erbij in je ommuurde veste,
brak je schedel open naar de hemel,
dreef de heiligen uit je hoofd.//
Vijf jaar later keer je terug.
Maria is weer maagdelijk,
de fontanel is dichtgegroeid.//
Het badje staat nu droog,
maar een plaquette is gebleven,
gespijkerd aan een oude muur://
ici le 23-03-1944 a été
arrêté par la gestapo
Pierre Blanchon
déporté en Allemagne
mort en martyre
à Buchenwald le 18-03-1945.//
JE ZADELT EEN VLINDER EN LAAT JE VERVOEREN
Je zadelt een vlinder en laat je vervoeren
tussen vleugels van dunne gordijnstof
naar de heuvel van het kind.//
Je roept zijn vaak verzonnen naam
maar wie geen oren heeft kan niet horen.
Je staat voor de krijtomtrek van zijn leegte
maar wie geen ogen heeft kan niet zien.//