Bemiddeling tussen dader(s) en slachtoffer na veertig jaar: helpt het?

Het heet officieel met een heel lang woord: ”perspectief- herstel- bemiddeling:”. Bemiddeling met het doel van herstel zodat er weer perspectief ontstaat. Een mooi idee, om slachtoffers en daders bijeen te brengen zodat ze in het beste geval beiden verder kunnen.

De gesprekken van perspectiefherstelbemiddeling vinden plaats op een bureau van Slachtofferhulp Nederland. Voor een groot deel van de mensen die hieraan meedoet helpt het om na een misdrijf verder te kunnen.

Tweemaal

Slachtoffers van geweld in de jeugdzorg kregen vanaf 2017 een mogelijkheid om voormalige daders te confronteren met de gevolgen voor slachtoffers. Een mooi gebaar, passend in de erkenning van de overheid van wat onder jeugdzorg tegen weerloze kinderen was aangericht.  Perspectiefherstelbemiddeling met jeugdzorg of pleegouders bleek echter heel anders te zijn dan met gewone, civiele daders, die wél door justitie werden en worden vervolgd.

Jeugdzorg is namelijk nog altijd een machtige instelling, en nergens in de samenleving werd jeugdzorg ooit als echte dader aangemerkt.  Pleegouders worden door jeugdzorg vrijwel nooit gezien als daders, juist omdat zij taken voor hen uitvoeren.

Medewerkers van jeugdzorg en  pleegouders werden nooit aangesproken op (vaak zeer ernstige) misdaden die zij faciliteerden of begingen.  Laat staan dat ze ervoor ooit in de gevangenis belandden. Justitie heeft jeugdzorg nooit ter verantwoording geroepen voor al hun misdaden tegen kinderen en ouders. De samenleving veroordeelde de pleegouders of jeugdzorg evenmin. Dat maakt jeugdzorg of pleegouders tot een lastige ’tegenpartij’ omdat de steun vanuit de samenleving altijd ontbrak.

Het brengt (voormalige)  pleegouders en jeugdzorg in een machtige uitgangspositie tegenover hun slachtoffers.  Als  slachtoffer van jeugdzorg sta je 10 -0 achter vergeleken met bijvoorbeeld een slachtoffer van verkrachting.

Voorbeeld

Want nemen we bijvoorbeeld een dader van een verkrachting, die een bemiddelingsgesprek voert met het slachtoffer. Het slachtoffer kan de dader vertellen welke impact er is geweest, hoe het leven is beïnvloed, welke schade is geleden. Welke gevolgen er nog dagelijks zijn. En waarom het dus zo hard nodig is dat de dader excuus maakt en hierover nadenkt. Om te voorkomen ook, dat anderen slachtoffer worden.

Dit slachtoffer van verkrachting wordt sowieso door de samenleving en justitie erkend als slachtoffer. Perspectiefherstelbemiddeling komt normaal nooit in de plaats van een veroordeling of gevangenisstraf van de dader of daders,  zoals wél in het geval van slachtoffers van jeugdzorg of pleegouders,

Of als een gebrekkig alternatief voor erkenning, omdat de maatschappij de misdaden tegen het slachtoffer nooit afkeurde.

Nee, het is allemaal extra.  Bovenop de vervolging die plaatsvond door justitie, naast de erkenning door de samenleving, en ook naast de gevangenisstraf voor de dader.

Voor individuele daders kan het ook veel betekenen om in gesprek te gaan met hun slachtoffers.  Ze kunnen hen tonen dat ze begrijpen welke impact hun handelen  op het leven van het slachtoffer heeft gehad. Ze kunnen het slachtoffer recht aankijken en hen persoonlijk spijt betuigen, berouw tonen. Aangeven hoe ook zij er mee zitten.  Voor de dader kan een situatie ontstaan, dat beseft wordt dat het zo niet moet. Voor daders kan het zo ook een mogelijkheid zijn om verder te kunnen met hun leven. Ze iets kunnen afsluiten. Zichzelf weer recht in de ogen durven kijken.

40 jaar zwijgen

Daar zat ik dan, na veertig jaar door samenleving, justitie en alle instellingen volledig genegeerd te zijn, met een paar vreemde vriendelijk mensen voor me, die naar mij glimlachten. Zijn dat daders? Nee, gewoon een paar vriendelijke mensen die toevallig voor jeugdzorg werkten.

De werkelijke daders, altijd door jeugdzorg beschermd, lachten zich intussen kapot. Om de hele vertoning, om hoe zij door de overheid werden beschermd, geholpen, dik betaald werden, gerespecteerd werden en altijd vrijuit gingen.

Want de vertegenwoordigers van jeugdzorg die vriendelijk naar mij glimlachten en knikten, mochten door mij niet rechtstreeks worden aangesproken. Zij waren immers  vertegenwoordigers en niet de werkelijke daders. Hen kon of mocht ik niets aanrekenen. Er moest over anderen gesproken worden. Anderen, onbekenden voor jeugdzorg, waren de daders.

Er werd geluisterd, er was ongeloof, medeleven, een welgemeend luisterend oor. Zij hoorden aan, wat niemand ooit wilde horen. Wat altijd door de overheid  was afgedaan als onzin, mocht eindelijk open op tafel komen.

Ik vertelde mijn verhaal aan willekeurige mensen, die mij persoonlijk nooit iets hebben misdaan.  Officieel spraken zij namens hun rechtsvoorgangers, de huidige jeugdzorg was zo erg anders, werd me verteld.

Het creëerde een soort afstandelijkheid. Dat bleek ook uit hoe moeilijk jeugdzorg het vond pleegouders als daders van kindermishandeling aan te merken. En hoe weinig ze zich konden voorstellen van de door hen aangerichte levenslange  gevolgen.

Wapenstilstand

Voor een slachtoffer is het lastig te spreken met willekeurige vertegenwoordigers. Want hoe kun je over verantwoording spreken, als degenen die voor je zitten niet mogen worden aangesproken op verantwoording? Jeugdzorg verwees naar de pleegouders. “Het had nooit mogen gebeuren wat zij deden.”

Er werd gesproken over excuus, erkenning. Mooi, de eerste stap op weg naar herstel, het voelde als een soort wapenstilstand van een organisatie die tegen mij als kind mijn jeugd lang een oorlog voerde. Een wapenstilstand, meer werd het niet. Meer had jeugdzorg ook niet te bieden.

Verantwoording

Wat betekende dit voor het huidige perspectief?   Ik bedacht hoe anders mijn leven was gelopen, als ze me toen erkend hadden, destijds als kind of puber  hulp en steun boden. Als ik toen een leven kon opbouwen.  Want hoe krijg je na veertig, vijftig jaar nog  perspectief ?

Perspectief, na een jeugd zonder kansen. Zonder ooit te hebben mogen meedoen, zonder opleiding, zonder je familie te kennen. Daar is zoveel waar jeugdzorg verantwoordelijk voor was.  Maar het einddoel van het gesprek was niet verantwoording. Het doel was, dat jeugdzorg officieel erkende dat je  hun slachtoffer was.

Pleegmoeder

Het leven met een dissociatieve identiteitsstoornis werd zwaar. Eigenlijk kon en kan ik door gebeurtenissen uit mijn jeugd levenslang de straat niet eens op vanwege de vele indrukken die zoveel oproepen.

De vertegenwoordigers van Jeugdzorg Nederland begrepen dat uiteindelijk ook. Nu duidelijk was dat mijn pleegouders als daders werden aangemerkt, was een gesprek met de nog in leven zijnde pleegmoeder een mogelijkheid. Zij was uiteindelijk de directe dader en zij was degene die kon aangeven dat ze spijt had, mij toch zag als echt mens, het voor mij kon afsluiten.  Ze zou uitgenodigd worden, en ik wist vooraf, dat ze altijd kon en mocht weigeren.  Perspectiefherstelbemiddeling is er uitsluitend op vrijwillige basis van alle partijen.

Verder?

Ik leverde het adres aan van de pleegmoeder. Medewerkers van perspectiefherstelbemiddeling namen contact met haar op. Wachten. Langer wachten, het werden enkele maanden. Nee, er was nog niets bekend. Weer wachten. Het voelde niet goed. Ik wilde een gesprek, uitleggen wat ik verwachtte. Nee, een gesprek mocht niet. Was niet nodig. Eindelijk kreeg ik een telefoontje: “De pleegmoeder kan niet meedoen aan een gesprek, want ze is volledig dement. Een nichtje van haar neemt alles voor haar waar. Ja, dat nichtje begreep ook best dat er heel veel in het pleeggezin aan de hand was, dat het helemaal verkeerd zat. Maar ja, de pleegmoeder is nu dement, toch?”

Ik wilde daarover graag nog een afsluitend gesprek met perspectiefherstelbemiddeling. Want dat betekende nogal wat voor mij. En hoe wist ik zeker dat ze niet logen? Was er bewijs van bijvoorbeeld de huisarts of een instelling voor haar dementie? Een afsluitend gesprek kon niet, het was voorbij.

Leugen

Dan, na enkele maanden niets meer te horen, diende ik ten einde raad een klacht in over de werkwijze. Er werd dan ineens door een andere medewerker van perspectiefherstelbemiddeling gesproken over de pleegmoeder. Een afsluitend gesprek was totaal nodig, werd me gezegd. Wist ik dat dan niet? Nee, de pleegmoeder was helemaal niet dement, maar ze wilde absoluut niet meedoen aan perspectief- herstel gesprekken. Ik moest het accepteren. Dat betekende, dat ik het nog moeilijker kon afsluiten. Het traject van perspectiefherstel werd namelijk niet begeleid.

Perspectiefherstel, voor wie?

De voorbeelden van perspectiefherstel die we lezen op de website van perspectiefherstelbemiddeling gaan over hele andere dingen dan het meemaken van langdurige kindermishandeling onder jeugdzorg.

We lezen over mensen die van alles meemaken, van geweld tot verkrachting. Het helpt gelukkig  in veel gevallen. Voor slachtoffers én daders.  Opvallend is wel, dat ook perspectiefherstelbemiddeling  een typische afspiegeling is van hoe de samenleving slachtoffers en daders ziet.  De voorbeelden op de website tonen uitsluitend mannen als daders en vrouwen als slachtoffers. Het enige mannelijke slachtoffer dat werd genoemd, is dat van seksueel misbruik.

Ik paste duidelijk niet in hun protocol.  Het was het aanhoren van een verhaal.  Op mijn vraag of zij pleegouders als daders wilden aanmerken in een erkenning moest ik wachten tot zij overleg hadden gepleegd met de juridische afdeling van jeugdzorg. Of het wel mocht. Hoe gemeend was dit alles?

Gaven ze erkenning omdat ze het echt meenden, of omdat ze er van af wilden om ongestoord  door te gaan vanuit hun nietsontziende machtsmisbruik?

Helderheid en mensenrechten

Juist als het gaat om diverse vormen van zware kindermishandeling die vanuit overheid en samenleving nooit wezenlijk zijn veroordeeld en oogluikend werden toegestaan, is het van groot belang dat perspectiefherstelbemiddeling ondubbelzinnig helderheid zou bieden over die gepleegde misdaden.

En dan legde ik hen de kernvraag voor waar ik  levenslang mee zat. Waardoor mijn vertrouwen in de rechtsstaat diep onder nul was blijven steken.  MENSENRECHTEN. Omdat ongeveer al mijn kinderrechten grof werden geschonden, mijn jeugd lang.

Mijn vraag hierover werd simpel weggewoven. “Ga maar naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, het staat je vrij om daar te gaan procederen.” Een juridisch antwoord op een menselijke vraag. Alsof dat zo eenvoudig is, voor een eenvoudige burger, om daar te procederen tegen machtige instellingen als jeugdzorg en justitie. En dat wisten ze deksels goed.

Onlangs werd op de website van LLM Legal  een artikel geplaatst over hoe jeugdzorg het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) schond.

Perspectief?

Net als andere slachtoffers krijg je nooit op alle vragen antwoord. En dat is uiteindelijk ook niet erg.

Aanvankelijk bleef ik nog zitten met een onbevredigend gevoel. Ik had kunnen vertellen,  het was officieel erkend, er was excuus.  Mooi, fijn. Het moest bezinken. Wat schoot ik er na 40 jaar nog mee op?

Uiteindelijk besef ik, dat alleen al het spreken me goed deed. Kreeg ik erkenning. Maar bovenal besefte ik,  dat ik getracht heb, om degenen die verantwoordelijk waren aan te spreken op en te confronteren met wat zij veroorzaakt hebben.

En dan blijkt, dat niet het nettoresultaat telt, maar de poging om op te komen voor jezelf. Ik kan iedereen het aanraden.  Wie voor zichzelf opkomt, werkt automatisch aan perspectief. En dat geeft weer kracht voor de toekomst, zelfs na 40 jaar.

Perspectiefherstelbemiddeling website

Mijn gekozen waardering € -

Ik ben auteur van "Gepleegd", een uitgave van Tobi Vroegh te Amsterdam uit 2020, een jeugdervaringsverhaal waarin ik het systematisch geweld in de jeugdzorg beschreef dat ik meemaakte. Daarnaast schreef ik het boek "Hoe word ik Tim?" uitgave Pumbo, 2021, over de gevolgen van opgroeien in jeugdzorg.  Email: heijtingjasp@gmail.com