Brussel houdt insecten nog minstens een jaar tegen

De wereld is naarstig op zoek naar alternatieve eiwitbronnen. De veevoersector heeft zijn hoop gevestigd op insecten, maar Brussel houdt deze bron nog minstens een jaar tegen. De veevoerindustrie zoekt uitwegen.

Voor humane consumptie bestaat al een route tot Europese toelating: Insecten en insectenproducten vallen onder de ‘Novel Foods’ wetgeving en zijn daarvoor onderhavig aan een EU-autorisatieprocedure. Deze procedure behelst dat een producent een dossier moet indienen waarin alle risico’s worden uitgesloten bij humane consumptie.
Voor toepassing in diervoeders geldt de regulering omtrent dierlijke bijproducten. Niet ziekteverwekkende insecten vallen onder ‘categorie-drie-materiaal’, wat betekent dat ze kunnen worden gebruikt voor de productie van voer voor landbouwhuisdieren en petfood.

Maar hier steekt de BSE-wetgeving een stokje voor. Deze bepaalt dat diermeel alleen is toegelaten in visvoer. En dan alleen als het producten betreft afkomstig van niet-herkauwers. Dierlijke bijproducten moeten daarom afkomstig zijn van door de EU geregistreerde slachthuizen. Insecten vallen buiten deze Europese toelating, om de eenvoudige reden dat insecten niet geslacht worden.

Nauwelijks controversieel

Een toelating voor insecten in veevoer laat nog zeker een jaar op zich wachten stelt Christophe Derrien van het International Platform of Insects for Feed and food (IPIFF).

Het IPIFF focust in eerste instantie op aquacultuur. Dierlijke eiwitten, afkomstig van niet-herkauwers, zijn immers al een erkende grondstof voor visvoer. Momenteel onderhandelt het IPIFF met de Europese Commissie over een voorstel dat in april wordt afgerond, vertelt Derrien. Daarna zal het nog tot eind dit jaar duren voor het wetsvoorstel in de Europese Commissie in stemming wordt gebracht.

Derrien heeft er alle vertrouwen in dat de vereiste twee derde meerderheid wordt behaald. En ook Nevedi-directeur Henk Flipsen signaleert een positieve grondhouding bij de politiek. “Vergeleken met bijvoorbeeld de toelating van gentechnologie is deze materie nauwelijks controversieel.”

De Nevedi (de Nederlandse Vereniging Diervoederindustrie) pleit al jaren voor een soepeler beleid ten aanzien van diermeel en voor de toelating van alternatieve eiwitbronnen. “Vanuit die invalshoek en vanuit het standpunt dat er minder eiwitten geïmporteerd moeten worden, is er ook veel aandacht voor insecten in Europa.”
Het Nederlandse EU-voorzitterschap heeft ook een speerpunt gemaakt van de eiwittransitie, de circulaire economie en het telen van meer eiwitten in de regio, benadrukt Flipsen.

Detectiemethoden

De procedure heeft echter tijd nodig en zal niet voor het einde van dit jaar z’n beslag krijgen, verwacht Derrien. En als de regelgeving in 2017 al is geïmplementeerd, dan nog worden insecteneiwitten alleen toegelaten als grondstof voor visvoer.

Om ook een toelating te krijgen voor voeders voor andere landbouwhuisdieren moeten detectiemethoden worden ontwikkeld en goedgekeurd. Methoden om vast te stellen dat grondstoffen veilig zijn en daadwerkelijk een oorsprong bij insecten hebben.

Zo’n toelating voor voeders voor pluimvee en varkens is volgens Derrien een redelijk kleine stap. Toch verwacht hij dat die toelating nog enige tijd zal duren. Hoe lang kan hij niet inschatten. “Dat is vooral een politiek proces.”

Incidenten

Het proces in Brussel moet z’n beloop krijgen. Het IPIFF is met de Europese Commissie in gesprek om de wetgeving te herzien, zodat insecten ook voor ingrediënt van veevoer in aanmerking komen. De leden van IPIFF hebben inmiddels een stringent monitoringssysteem ontwikkeld alsmede procedures om eventuele risico’s tijdens het productieproces te voorkomen.

Toch duurt het nog meer dan een jaar voor veehouders hun dieren voeders met insecteneiwit kunnen voorschotelen. Flipsen erkent dat dit lang duurt, “maar we kunnen niet ontkennen dat zorgvuldigheid belangrijk is. We hebben geen enkel belang bij incidenten.”

Coppens Diervoeding

De sector blijft intussen niet stilzitten. In verband met de stringente BSE-regulering mogen dierlijke eiwitten dan een verboden ingrediënt zijn voor veevoer, voor vetten en olie geldt dit niet. Insectenkwekerij Protix in Dongen heeft een gezuiverde olie ontwikkeld op basis van de zwarte soldaatvlieg. Coppens Diervoeding gebruikt deze insectenolie als ingrediënt van varkens- en pluimveevoeders.

Protix geldt als voorloper op het gebied van insecten in veevoeders en heeft het IPIFF opgericht. Inmiddels is Protix één van de ruim twintig leden. Directeur Tarique Arsiwalla zit nog steeds in het bestuur van het IPIFF. “We zijn in Brussel op zelfstandige basis beginnen lobbyen, maar de politiek is moeilijk bereid te vinden om met individuele bedrijven te praten. Zij doen liever zaken met brancheorganisaties”, vertelt Arsiwalla. Zodoende werden andere partijen benaderd en is in 2015 het IPIFF opgericht.

Oerei

Voor Protix is de Europese lobby echter slechts één route. Op technisch gebied is er ook nog heel wat mogelijk om insecten te verwerken in diervoeders. Olie is een voorbeeld, zo ook het Oerei wat onlangs is gelanceerd: een ei gelegd door een leghen die geen soja- of vismeel meer in het dieet kreeg, maar waarin de eiwitbehoefte voorzien werd door levende insecten. Protix is naar eigen zeggen de eerste ter wereld die professioneel levende insecten kweekt voor veevoer.

Een andere mooie escape voor insecten vormen gehydroliseerde eiwitten. “Als je de eiwitketens opknipt in afzonderlijke aminozuren, kunnen die eventueel wel toegelaten worden”, weet Arsiwalla.

Maar hij is de eerste om te erkennen dat dit eenvoudiger klinkt dan het is. De techniek is duur en ingewikkeld en de aminozuren die uiteindelijk ontstaan moeten evengoed voedselveilig worden verklaard. “Op dit moment heeft het nog meer voor- dan nadelen”, zegt hij. “Maar wij onderzoeken alle mogelijkheden, misschien zit ook hierin wel toekomst.”

Mest

Iets dat niet geldt voor insecten gekweekt op mest. Insecten zullen altijd beschouwd blijven als landbouwhuisdieren. Zelfs voor grondstof voor petfood is en Europa geen basis voor insecten als grondstof wanneer die op mest of huishoudelijk afval zijn gekweekt. “Zeg noxoit nooit”, meent Arsiwalla, “maar de eerste tien jaar komt dat in Europa zeker niet.”

Iets dat niet geld voor insecten die slachtafval hebben gegeten. Daar zitten eerder mogelijkheden. “Er wordt immers ook al slachtafval direct verwerkt naar eiwitpoeder voor specifieke toepassingen voor petfood en visvoer.”

© Marc van der Sterren

Dit artikel stond eerder in De Molenaar

Zie ook: Insectensector ontpopt zich 

Mijn gekozen waardering € -

Marc van der Sterren is freelance journalist en blogger. Hij schrijft, fotografeert en maakt radio en tv. Hij is breed geïnteresseerd, met landbouw, natuur en milieu als specialisatie. Hij is de enige agrarisch journalist van Nederland met als specialisatie Afrika. Maar ook is hij ingevoerd in de lokale berichtgeving over politiek-maatschappelijke ontwikkelingen. Zoals de jeugdzorg.