Diessen doet ouderenzorg voortaan zelf

Ouderen die het dorp uit moeten voor goede zorg: dat is Diessenaren een gruwel. Nu het Rijk zich terugtrekt, nemen de Brabantse dorpelingen de zorg over, met een coöperatie.

De hoge kruisen van de pastoors zijn de enige die boven de muur van het kerkhof uit te steken. Generaties zielenherders liggen hier op een rij, en elk graf is voorzien van verse, gele viooltjes. Ze liggen aan de voet van hun eigen Sint-Willibrorduskerk – eeuwenoud, en net iets te imposant voor het boerendorp Diessen, niet ver van Tilburg.

Zusters van de liefde

Aan de andere kant van de kerkhofmuur zagen de pastoors de Zusters van de Liefde komen in 1888, met hun klooster annex bejaardenhuis. Diessen heeft dus een naam hoog te houden als het om ouderenzorg gaat. Na het vertrek van de zusters, in de jaren tachtig, kwamen er op de plek van het oude Sint-Theresiagesticht moderne bejaardenwoningen rond een kloosterachtig hofje.

En nu kunnen de pastoors goedkeurend toezien hoe de inwoners van Diessen (gemeente Hilvarenbeek) de ouderenzorg in eigen hand nemen. Voor de ingang van ontmoetingscentrum De Eenhoorn, pal naast de bejaardenwoningen, staan scootmobielen, rollators en elektrische fietsen met zadelbontjes. De ouderen van het dorp – en van buurkernen Baarschot en Haghorst – komen voor een wekelijkse warme maaltijd, verzorgd door vrijwilligers. Het is één van activiteiten van zorgcoöperatie ‘Wij-wel’. Inmiddels is bijna driekwart van de 4500 inwoners van de drie dorpen lid van de club.

Toontje, dan moette oew erwtjes eten met mes en vork

Onder het TL-licht overstemt het geklets aan de lange tafels het getik van het bestek. Jeanne Staps (82), voormalig uitbaatster van dorpscafé ’t Trefpunt, verhaalt aan haar tafel over een oude stamgast. ‘Hij zou op vakantie gaan naar een hotel’, vertelt ze, terwijl ze erwtjes op haar vork schept. ‘Toen zeiden we: ‘Toontje, dan moette oew erwtjes eten met mes en vork.’ ‘Dè goa toch nie’, zei hij. Dat hebben we hem toen geleerd’, schatert ze.

Aan een andere tafel zit Jos Vingerhoets (82). ‘Thuis eet ik altijd alleen. Daar is niks aan’, zegt hij. ‘Koken gaat niet meer, en wat ze komen brengen is niet zo lekker als dit.’ Hij had een boerenbedrijf met melkkoeien, was altijd buiten aan het werk. ‘Ieder jaar 30 hectare ploegen’, zegt hij. Nu komen de muren van zijn huisje op hem af. Hij komt hier voor de sociale contacten.

Thuis eet ik alleen. Daar is niks aan

Jac Linnemans, voorzitter van de coöperatie en oud-CDA-wethouder en –raadslid, loopt er tussendoor. Hij klopt op schouders en maakt links en rechts een praatje. ‘Anderhalf jaar geleden dreigden de supermarkt, de apotheek en de bank weg te gaan’, vertelt hij. ‘Toen zeiden we tegen elkaar: ‘Als we nu niets doen, verdwijnt de leefbaarheid uit het dorp.’’ En dus zetten de Diessenaren hun schouders eronder, om het dorp geschikt te houden voor ouden van dagen. Wij-wel heeft nu honderd vrijwilligers.

Boerenbedrijf

‘Misschien komt het wel voort uit het boerenbedrijf, daar help je elkaar ook’, zegt Ine Donkers, een van de dames die het eten verzorgt. Diessen is een echt boerendorp, al zijn er de laatste eeuw veel banen in het agrarisch bedrijf verloren gegaan. Opvallend veel Diessenaren werken nu in de bouw: ook een sector van aanpakkers.

Maar de zorgcoöperatie is niet een typisch Diessens fenomeen: in het hele land zijn het er inmiddels 130, zo bleek onlangs uit cijfers van Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg. Vooral in Brabant schieten ze als paddenstoelen uit de grond. De activiteiten van de coöperaties zijn divers. Vaak maken ze zich sterk voor de terugkeer van de wijkzuster in het dorp: ook dat is in Diessen gebeurd. Een wijkverpleegkundige is acht uur per week aan de zorgcoöperatie gedetacheerd, betaald door de gemeente. Ze houdt wekelijks spreekuur, en helpt Diessenaren om de juiste weg te vinden in de zorg.

Knelpuntenpot

Regelmatig is er een repair-café, waar de handige jongens van het dorp ouderen helpen met kleine reparaties. En de coöperatie mag sinds dit jaar ook geld van de gemeente Hilvarenbeek uitgeven: er zit 2500 euro in een ‘knelpuntenpot’.

Het duurde een half jaar voor ze van de gemeente toestemming kreeg!

Linnemans legt uit hoe die er gekomen is. ‘Een vrouw klopte bij me aan omdat haar drempel een probleem was voor haar rollator. Ik heb iemand die ik kende gevraagd dat op te lossen. Een gepensioneerde die altijd dat soort klussen gedaan heeft. Voor elkaar, met elkaar, zo doen we dat bij Wij-wel. Het kostte alleen 160 euro aan materiaal. Die vrouw heeft tegelijkertijd ook een aanvraag ingediend bij de gemeente. Het duurde een half jaar voordat ze daar toestemming kreeg!’ Linnemans kijkt triomfantelijk. ‘Ik denk dat het de gemeente ook nog eens ruim 800 euro gekost zou hebben. Wij kunnen het dus sneller en goedkoper. Nu hebben we voor dit soort gevallen geld dat we zelf mogen uitgeven. We hoeven er pas achteraf verantwoording af te leggen aan de gemeente.’

De volgende stap is een zorgcomplex in eigen dorp. Tot nog toe gingen ouderen meestal naar het verzorgingshuis in Hilvarenbeek, als ze echt niet meer thuis konden blijven. Het nabije ‘Beek’ was nog wel acceptabel. Maar door de bezuinigingen op de ouderenzorg kan lang niet iedereen daar terecht.

Als ik maar niet naar Goirle hoef.

Stel je voor dat ouderen naar Tilburg zouden moeten, of naar het bijna net zo stadse Goirle. Of het nu in een tehuis is, of in een aangepaste zorgwoning: het is een nachtmerrie voor menig Diessenaar. ‘Als ik maar niet naar Goirle hoef’, zegt de 86-jarige Toos Derks-Robben boven haar bord met zalm. ‘Daar zijn drie familieleden én mijn man overleden!’

Familiehuis

Wij-wel werkt nu met woonstichting Leystromen aan een complex met twintig appartementen, op de plek van het gedateerde bejaardencomplex rond De Eenhoorn. De eerste schetsen zijn net af. Een deel van die appartementen wordt een ‘familiehuis’. Naast ouderen krijgen ook jonge Diessenaren met een beperking daar een plek. De bedoeling is dat familie en vrienden van de bewoners een grote rol spelen bij bijvoorbeeld activiteiten. Wie geen familie heeft, kan een beroep doen op vrijwilligers. Daarnaast is er 24-uur per dag een professionele zorgverlener aanwezig, zo is het plan. Linnemans wil het project wellicht bekostigen met crowdfunding uit het dorp.

Waar wij nu mee bezig zijn, is magnifiek

De oud-wethouder kijkt met een gemengd gevoel naar de Rijksbezuinigingen op de zorg. ‘Het gaat nu wel heel hard, hoor’, zegt hij. ‘Maar ik kan me indenken dat er iets moest veranderen, want de groep die van zorg gebruik maakt is geëxplodeerd.’ Toch, in Diessen zijn de oudere voorzieningen straks misschien beter dan ze ooit waren. Linnemans knikt tevreden. ‘Waar wel nu mee bezig zijn, dat is magnifiek.’

Dit artikel stond eerder in Trouw.

Mijn gekozen waardering € -

Marten van de Wier is zelfstandig journalist en communicatieprofessional. Hij heeft speciale aandacht voor duurzaamheid, natuur en onderwijs, en is daarnaast specialist Zuid-Nederland.