‘Er worden veel te veel boeken geschreven en niemand verdient er nog aan.’ (Maar we staan wel op 1 in Japan.)

Een goed verkopend boek levert een schrijver gemiddeld een procent of 10 tot 15 van de verkoopprijs op. Bestsellers gaan richting 20 procent. Maar hoeveel levert dat nu echt op?

KVB Boekwerk, de onderzoekspoot van de Koninklijke Boekverkopersbond wilde dat uitzoeken. Jurriaan Rammeloo presenteerde op 27 november de eerste voorlopige resultaten van zijn onderzoek. Niet iets om heel erg blij van te worden, zo bleek.

Van de 18500 mensen van wie in Nederland in 2017 minstens één boek werd verkocht, hielden 1700 daar meer dan 1000 euro aan over, maar ook niet meer dan het wettelijk minimumloon. Gerekend over het hele jaar. 51 auteurs houden een inkomen over dat ergens tussen het bestaansminimum en modaal ligt en 73 mensen hebben zich richting Balkenendenorm geschreven: de Nederlandse top 20 houdt netto gemiddeld 180.000 euro per jaar over aan de verkoop van boeken. Denk dan aan grootheden als Herman Koch. Weinig motiverende cijfers voor wie de droom koestert om een bestaan als schrijver te hebben, inclusief leuke schrijfhut op Ibiza.

Duivel

De cijfers die KVB Boekwerk presenteerde, gaan uitdrukkelijk alleen over de verkoop van boeken. Rammeloo vertelde dat hij opbrengsten uit subsidies, mediaoptredens, lezingen, columns en andere nevenklussen die uit het schrijverschap voortvloeiden niet heeft meegerekend. Dat nuanceert de zaak iets, natuurlijk. Al valt niet te verwachten dat iemand die in een jaar 1000 euro aan boekenverkoop overhoudt, daar nog voor minimaal 18.000 euro aan inkomen via het schrijversbestaan aan bij weet te klussen. Dat zullen er een paar zijn, maar meer dan een ruim tiental hoeven we niet te verwachten. Het leeuwendeel van de optredens en andere leuke klussen gaat natuurlijk naar die topverdieners. De duivel schijt altijd op dezelfde hoop, zou een kwaadwillende zuurpruim zeggen.

Dat het met het optreden ook niet heel lekker loopt, klopt overigens. Dat meldde Anne Zeegers, directeur van De Schrijverscentrale. Haar club bemiddelt voor optredens van schrijvers in bibliotheken en scholen (en andere non-profits). Het wordt moeilijker kleine namen weg te zetten, en ook is er vaak te weinig budget beschikbaar bij de clubs die een schrijver willen laten optreden. Tot overmaat van ramp zijn er ook nog eens steeds meer schrijvers die het gratis doen. Logisch, enerzijds, als het inkomen uit verkoop toch al om te huilen is, maar je verknoeit zo wel de markt (nog bedankt dat je betaald hebt voor dit artikel, waarde lezer).

Dilemma

Tijdens de presentatie werd de vraag gesteld of er iets aan deze dramatische toestand gedaan kon worden. 18500 Nederlandse auteurs is wel een beetje veel van het goede. Helemaal als je meerekent dat het aantal auteurs niet daalt, terwijl er elk jaar wel minder boeken worden verkocht.

Er klonk een roep om dan maar minder boeken te maken, zodat het aanbod overzichtelijker wordt. Uitgeverijen hebben immers nog steeds een reputatie dat ze honderden boeken op de markt brengen, in de hoop dat er één een bestseller wordt. Strengere selectie aan de poort zou dan een logische stap zijn, maar die is lastig. Stel dat jij je als uitgever wel beperkt, maar de concurrent doet dat niet, dan staat de boekhandel straks opeens vol met werk van die concurrent terwijl iedereen zich afvraagt waar jij gebleven bent.

Influencers

Als het dan niet wil lukken met vrijwillige beperking, dan misschien met meer marketing? Even ontstond er een buzzwordfestival met ‘influencers’ ‘instagram’, ‘followers’ en ‘jongeren’, maar daar werd niet te veel van verwacht. Althans: iedereen die zichzelf serieus neemt doet dat al, althans, zegt dat te doen. Feit blijft dat in de praktijk veel uitgevers nog sterk vertrouwen op hun bekende netwerk van boekhandels en media. Het ontwikkelen van community’s rondom schrijvers, zoals Das Mag en De Correspondent dat met wisselend succes proberen te doen, is nog niet heel gebruikelijk in uitgeversland.

En daar zal toch iets moeten gebeuren. Nu drijven de meeste uitgeverijen nog op die paar bestsellerauteurs die ze in hun stal hebben, maar die markt is sterk in beweging. De baas van de Groep Algemene Uitgevers zei dat men zich in de sector geen zorgen maakt om de opkomst van selfpublishing, maar dat er genoeg zorg was om de dalende verkoop in het algemeen.

Big in Japan

Maar gelukkig is er ook goed nieuws. Nederlandse toppers doen het uitstekend in Japan. Hendrik Groen staat er – in vertaling – zelfs op de eerste plaats van de boekverkoop top tien, terwijl Toon Tellegen op drie staat, kort gevolgd door Tommy Wieringa. Het Nederlands Letterfonds, ook aanwezig bij de presentatie, meldde dit heuglijke feit met gepaste trots. Dit succes is volgens het Fonds mede te danken aan een radioprogramma van de Japanse publieke omroep, waarin de roman van Hendrik Groen en het onderwerp euthanasie werden besproken. Toon Tellegen beleefde vorig jaar zijn grote doorbraak in Japan, mede dankzij vertaalster Saki Nagayama en Shinchosha Publishing. Van zijn roman Het verlangen van de egel werden in 2017 in Japan meer dan 130.000 exemplaren en in Korea werden meer dan 10.000 exemplaren verkocht.

Goed om te weten

Op deze site binnenkort ook een special over de voor- en nadelen van selfpublishing.

Mijn gekozen waardering € -

Coöperatie van journalisten én lezers. Sinds 2009.