In gesprek met vrouwenrechtenactivist Husna Jalal uit Afghanistan. Over mensenrechten, vrouwenonderdrukking en leven in het vrije westen…

Husna Jalal vluchtte drie jaar geleden samen met haar moeder uit Afghanistan voor de Taliban. Maar ze wil terug zodra het kan. "Ik hou van mijn land en ik wil het beter maken van binnenuit."

Vandaag is het Internationale Vrouwendag, een goed moment om stil te staan bij de situatie van vrouwen in Afghanistan. In 2021 kwam Afghanistan onder leiding van de Taliban, een streng islamitische beweging die strikte naleving eist van religieuze wetten. Tegenstanders worden bestraft met lijfstraffen zoals stenigen, zweepslagen en openbare executies. Husna kwam samen met haar moeder Massouda Jalal, oud-minister van Vrouwenzaken, naar Nederland op de vlucht voor dit fundamentalistische bewind.

Onder de Taliban hebben vooral vrouwen het zwaar. Ze hebben geen rechten. Ze mogen niet stemmen. Ze mogen niet werken. Ze mogen niet zonder volledige lichaam- en gezichtsbedekking en mannelijk familielid op straat. Meisjes mogen geen onderwijs volgen na de basisschool. Parken en sportscholen zijn verboden voor vrouwen.

Waarom wil je terug naar een land waar vrouwen als slaven worden behandeld?

Ik zou het woord ‘slaaf’ niet gebruiken, je moet begrijpen dat Europese vrijheid niet mogelijk is in de context van Afghanistan. Dat is niet realistisch. Vrouwen in Afghanistan houden zich niet bezig met westerse feministische vrijheden. Ze vragen om de meest fundamentele mensenrechten zoals het recht op onderwijs en het recht op werk.”

“Ik ontmoet regelmatig witte mannen die allerlei theorieën en beleid over emancipatie aan mij willen uitleggen. Maar wat hier werkt, werkt daar niet. De geschiedenis laat dat zien. Misschien willen vrouwen in Afghanistan niet dezelfde emancipatie als vrouwen hier. Vrouwen in Afghanistan vragen – in ieder geval nu in deze situatie – om basic human rights.”

Zou het niet moeilijk zijn om terug te komen in een land met zoveel onvrijheden nadat je hier in vrijheid geleefd hebt?   

“Wat is vrijheid? Kijk die bh-winkel daar, de etalage staat vol met beelden van half naakte vrouwen. Vrouwen worden hier geseksualiseerd en zijn gevangen in een keurslijf van een bepaald perfect body image. Is dat vrijheid?”

Geen enkele cultuur is perfect. Maar hier zijn vrouwen vrij om eigen keuzes te maken, om te leren, te werken en te gaan en staan waar ze willen. Dus de vrijheid hier is wel degelijk groter dan in Afghanistan…

“Ja, natuurlijk. Ik vind het ook fijn dat ik hier kan studeren en koffie kan drinken op een terras. Ik kan naar buiten zonder man en er wordt niet naar me gestaard. Maar ik ben opgegroeid in Afghanistan en daar zijn dingen anders. Ik respecteer mijn cultuur. Het wordt pas een probleem als het patriarchaat vrouwen onderdrukt. Daar moeten we tegen vechten en dat vraagt betrokkenheid en toewijding. Dat gaat beter van binnenuit.”

Hoe zou jouw realiteit eruit zien als je terugkeert naar Afghanistan?

“Nu is het onmogelijk. Maar we weten niet wat er gaat gebeuren in de toekomst. Elke dag gebeuren er dingen. Ik blijf hoopvol. Ik werk nu vanaf hier als belangenbehartiger en lobbyist voor onderwijs voor meisjes en vrouwenemancipatie in Afghanistan. Ik probeer op allerlei manieren aandacht te vragen voor de situatie. Ik hoop dat er een dag komt dat ik meer kan doen voor de vrouwen daar. Maar hoe en wat kan ik nu nog niet overzien.”

Ben je bereid terug te gaan als de Taliban nog aan de macht is?

“Ze zijn aan de macht. Dat is de realiteit. Twee jaar geleden dacht ik dat het onmogelijk was om met de Taliban samen te werken. Maar dat was een emotionele houding. Nu bekijk ik de zaken realistischer. Je kunt niet om de Taliban heen. Als we iets willen bereiken voor de vrouwen in Afghanistan zullen we met ze rond de tafel moeten. We moeten zoeken naar common ground zodat we kunnen samenleven in dit land.”

Dat klinkt heel redelijk en democratisch.

“De Taliban zijn conservatief maar ze zijn ook slim. Ze willen erkend worden als regering dus zullen ze moeten samenwerken met de wereld. Als het westen niet accepteert dat de helft van de bevolking – de vrouwen – niet mag deelnemen aan de maatschappij, kan dat een punt van onderhandeling zijn. In ruil voor economische voordelen, kunnen een aantal basiszaken geeist worden zoals onderwijs voor meisjes en deelname van vrouwen aan de samenleving.”

Wat kunnen wij ondertussen doen om de onderdrukte bevolking van Afghanistan te helpen?

“Je kunt heel veel doen! Je kunt het online onderwijs ondersteunen. Je kunt contact zoeken met vrouwen daar. Ik heb contact via mail, chat, Instagram, Facebook en Twitter. Ondanks de moeilijke situatie blijven ze blijven positief en strijdlustig. Ik sta versteld van hoe moedig en hoopvol ze nog steeds zijn. Ik ben zo trots op die vrouwen.”

“Als Nederlander kun je ook je eigen overheid en politici aansporen om zich uit te spreken voor de vrouwen van Afghanistan. Ik snap dat er momenteel veel gebeurt op het wereldtoneel maar wij waren hun bondgenoten, we werkten samen met ze… Ze mogen ons niet vergeten.”

“Het volk is onschuldig en heeft een hele grote prijs betaald voor deze oorlog. Daarom is het belangrijk dat  de humanitaire hulp niet stopt. Dan hebben de mensen niks meer. Ze hebben geen werk, geen inkomen, geen eten”

Hoe was het voor jou om op te groeien in Afghanistan, voor de Taliban?

“Ik ben geboren tijdens de eerste periode onder de Taliban in de jaren ’90. Toen ik zes was, kwam het Emiraat aan de macht. Mijn hele jeugd was er onrust. Er waren bomaanslagen en allerlei restricties voor vrouwen. Als vrouw op straat lopen was niet prettig. Maar ik was eraan gewend en het was beter dan nu. Meisjes mochten naar school, vrouwen mochten werken en de boerka (volledige sluier) was niet verplicht.”

“Ik wil wel duidelijk maken dat ik het een stuk beter had dan vrouwen op het platteland. Mijn ouders zijn liberaal, democratisch en gematigd moslim. Bij ons thuis heerste een vrije sfeer. In die zin heb ik het minder zwaar gehad dan veel andere vrouwen in Afghanistan. Mijn vader is een bijzondere man. Hij heeft mijn moeder en ons altijd gesteund in alles wat we wilden. Op mijn 17e mocht ik in mijn eentje naar India om te studeren. Zoiets kwam niet veel voor in Afghanistan.”

“In India was ik min of meer zelfstandig. De vrouwen in India zijn een stuk vrijer dan in Afghanistan. Dat was een belangrijke ervaring. Maar India heeft me ook op een dieper niveau veranderd. Ik heb me verdiept in filosofie en de geschiedenis van de social changemakers in Zuid-Azië. Ik had veel tijd om te reflecteren en na te denken over wat ik wilde doen met mijn toekomst.”

“Ik realiseerde me dat materialistische dingen mij geen geluk brengen. Ik wil iets beteken voor mensen die het minder goed hebben dan ik. Ik ben niet de meest bevoorrechte mens op aarde, maar ik heb het ook zeker niet slecht. Ik ben in een positie waarin ik anderen kan helpen. Ik wil de meisjes in Afghanistan helpen om hun dromen waar te maken, om hun vleugels uit te slaan en te vliegen”

Je bent 26 jaar. In de Afghaanse cultuur zou je al lang getrouwd moeten zijn. Is er druk vanuit jouw familie?

“Al mijn vrienden van school zijn nu inderdaad getrouwd en hebben drie of vier kinderen! Ook mijn Indiase vrienden, ik ben de enige die nog vrijgezel is. Ik ben er blij mee en er is geen druk van mijn familie. Als ik een partner zou vinden die mij net zo steunt zoals mijn vader ons gesteund heeft, dan zou ik het overwegen.”

Je moeder is Massouda Jalal, oud-minister van Vrouwenzaken in Afghanistan. Heeft zij het activisme in jou aangewakkerd?  

“Absoluut! Toen mijn moeder in 1996 werd opgepakt door de Taliban, belandde ik samen met haar in de gevangen. Ik was een baby en ze gaf nog borstvoeding. Drie dagen zaten we vast. We zeggen vaak voor de grap dat mijn activisme toen is begonnen!”

“Mijn moeder was arts maar mocht onder het bewind van de Taliban niet werken. Ze is toen vanuit huis aan de slag gegaan voor de United Nations. In 2001 ging ze de politiek in. Ze was drie keer kandidaat (in 2002, 2004 en 2019) voor het presidentschap maar werd opzij geduwd door mannelijke politici. Helaas was de regering van Afghanistan erg corrupt. Politici verrijkten zichzelf en deden niets voor het volk.”

Denk je dat een revolutie in Afghanistan mogelijk is? Een opstand van het volk die het regime onderuit haalt en zorgt voor echte, fundamentele verandering?

“Ik weet niet of het regime onderuit gehaald kan worden. Maar de revolutie is al in gang. Vrouwen in Afghanistan demonstreren en bieden geweldloos verzet. Zonder mannen en zonder wapens. Je ziet dit in Afghanistan en in Iran.”

“Maar vrouwen kunnen het niet alleen. De mannen moeten ook veranderen. De ideologie dat vrouwen alleen moeders en huisvrouwen kunnen zijn, moet veranderen. 99 Procent van de Afghaanse mannen denkt zo. Dat is de realiteit. Ik ken Afghaanse mannen die zijn opgegroeid en opgeleid in het westen, die nog steeds denken zoals mannen van het Afghaanse platteland. De cultuur zit zo diep! Het gaat lang duren om de bubbel waarin deze mensen leven te breken…”

Kun je dat conservatisme los zien van religie?

“Op het eerste gezicht lijkt conservatisme samen te gaan met religie. Vroeger dacht ik dat ook. Maar nu denk ik dat deze mannen religie gebruiken om vrouwen te onderdrukken. Het is niet een probleem van religie of van islam, maar een probleem van de ideologie van deze mannen. En van honger naar macht.”

“Ik weet niet precies waar conservatisme vandaan komt. Het heeft te maken met gebrek aan educatie, maar het gaat verder dan dat. Ik ken ook hoogopgeleide mannen die heel conservatief zijn… Openheid van geest, ruimdenkendheid heeft ook te maken met opvoeding en individuele eigenschappen zoals humaniteit en wijsheid.”

“Voor een grote groep mensen is conservatisme geen bewuste keuze. Er zijn aanhangers van de Taliban die precies weten wat ze doen. Maar veel mannen en vrouwen volgen deze ideologie al generaties lang. Ze weten simpelweg niet beter.”

Je vader woont in Duitsland, je zus in Amerika, je moeder reist heen en weer. Voel je je ontheemd hier in Nederland?

“Het maakt voor mij niet uit waar ik woon. Alle Europese landen zijn voor mij hetzelfde. Ze zijn niet Afghanistan…”

Je studeert aan de Universiteit van Leiden, je woont alleen in je eigen appartement. In Afghanistan zou dat onmogelijk zijn. Hoe bevalt het?

“Ik vind het leuk, maar ik denk er niet veel over na. Ik heb het zo druk met mijn werk, mijn onderzoek en mijn studie… Ik heb het ook erg druk met het digitale platform Young Afghan Women’s Movement dat ik heb opgezet. Wij organiseren online Engelse lessen. Er komt veel administratief en coördinerend werk bij kijken. In Afghanistan was het mijn doel om weerstand te bieden aan de beperkingen voor vrouwen. Het was mijn dagelijkse gevecht. Ik heb nog steeds hetzelfde doel en ik hoop dat ik ooit meer kan doen.”

Husna Jalal on Linkedin – linkedin.com/in/husnajalal
Young Afghanistan Womens Movement – youngafghanwomenmovement.com

Foto: privé eigendom

Mijn gekozen waardering € -

De artikelen van Anne verschenen eerder in tijdschriften en kranten waaronder Fabulous Mama, Viva, Margriet, Linda en NRC Next. Anne is cultureel antropoloog en eigenaar van Uitgeverij 11