Leren leven met nieuwe spelers in onze economie

Het economisch spel verandert. Zekerheden, zoals een baan voor het leven en de betrouwbaarheid van je bank staan ter discussie en zorgen juist voor onzekerheid. Waar kunnen we nog wel op vertrouwen? ‘Zoals altijd op jezelf’, zegt econoom, schrijver en columnist Frank Kalshoven.

In zijn nieuwe boek ‘Groeiland’ beschrijft Kalshoven, oprichter en directeur van De Argumentenfabriek, het leven vanuit economisch perspectief. Welke mogelijkheden heb je als individu om goed uit te komen met je geld? De insteek is eenvoudig. Je kunt aan de ene kant meer geld binnenhalen en aan de andere kant minder uitgeven.

‘Als Blendle/Cafeyn in Nederland een succes wordt, dan kunnen de bedenkers het zo uitrollen naar Duitsland’

‘Zo simpel is het’, zegt Kalshoven. In de basis dan, want het blijft economie. ‘Om je inkomen uit arbeid te bepalen, heb je de markt nodig. Dat kun je niet alleen. Iemand moet bereid zijn om je een salaris te betalen. Je consumptie heb jezelf in de hand. In Nederland kun je leven van ongeveer 10.000 euro per jaar. Dat is zo ongeveer de bijstandsnorm. Dan kun je eten en wonen. Ik zeg zeker niet dat het een vetpot is, maar het kan.’

Vast aan uitgaven

Bj veel mensen wringt dit op het oog eenvoudige model. De werkloosheid hakt erin en huizen zijn minder waard. Ze worden zo gedwongen om hun consumptie aan te passen, maar zitten vast aan bepaalde uitgaven, zoals een hypotheek.

‘We zijn met zijn allen een beetje dom en lui geworden’, concludeert Kalshoven. ‘Lange tijd hebben we geleefd alsof er geen risico’s bestonden. In onze huizen konden we flink investeren, omdat de prijs toch wel steeg. Ons werk was misschien saai, maar het contract wel voor onbepaalde tijd. We hebben in goed vertrouwen geloofd dat er geen risico’s waren, maar ze zijn er altijd geweest.’

De econoom schaart zichzelf ook onder ‘we’. In het voorwoord van zijn boek spaart hij ‘consument Kalshoven’ bepaald niet. ‘Ik heb ook mijn portie slechte economische besluiten genomen. Ik was eigenaar van een echte woekerpolis, verdiende veel geld met het een nieuwbouwhuis, maar verloor een sloot euro’s op een ander, nam naast goede toch ook beroerde loopbaanbeslissingen.’ Hij wil er maar mee zeggen dat kennis van zaken nog geen garantie is voor goede besluiten.

Maar het lijkt er wel op dat de huidige tijd mensen minder mogelijkheden biedt om het tij te keren. De ontwikkelingen volgen elkaar razendsnel op. Het is een ‘fact of life’ waar we volgens Kalshoven mee moeten leren omgaan.

Spel verandert door nieuwe deelnemers

‘Lange tijd waren we als Nederlanders onder elkaar. We verzekerden samen onze pech en oude dag, met bijdragen aan werkloosheidsuitkeringen, VUT en pensioenen. Mensen die het nodig hadden konden een beroep doen op huur- en zorgtoeslagen, maar die situatie verandert doordat er nieuwe spelers gaan meedoen aan het spel.  Die spelers hebben nog niet meebetaald aan onze sociale zekerheid, zoals de eerste AOW’ers dat ook niet deden, maar doen er al wel een beroep op, zoals laatst met de Bulgaren die huur- en zorgtoeslagen kregen.

‘Ook krijgen we te maken met partijen die nieuwe business modellen introduceren en daarmee de markt op zijn kop zetten. Denk aan Airbnb. Als jouw woning veilig genoeg is voor jou en je partner, waarom zou je dan niet ook een kamer kunnen verhuren? En neem taxi-makelaar Uber die wereldwijd particulieren de mogelijkheid geeft als chauffeur te werken. Of kijk naar Blendle/Cafeyn. Als de online kiosk in Nederland een succes wordt, dan kunnen de bedenkers het concept zo uitrollen naar Duitsland en de Verenigde Staten.’

‘In Nederland kun je leven van ongeveer 10.000 euro per jaar’

Het zijn allemaal ontwikkelingen waar we achter de dijken mee te maken hebben en die we niet kunnen verdringen. Arbeid wordt volgens Kalshoven meer en meer mobiel, zoals goederen en kapitaal dat al langer zijn. Mensen moeten bereid zijn om te veranderen van werkgever, beroep en regio. In Europa is deze arbeidsmobiliteit nog beperkt en een stuk kleiner dan in de Verenigde Staten.

Maak je hoofd vrij

Om als individu een antwoord te vinden, komt Kalshoven terug op zijn hierboven al besproken model. ‘Hoe veel inkomen uit arbeid heb je nodig en welke investering moet je daarvoor doen?’

Stap 1 zou je niet direct verwachten van een econoom, maar Kalshoven denkt eerst aan je hoofd vrijmaken en tot het besef komen dat je zaken kunt oplossen. Bijvoorbeeld door weer te gaan leren. Hoe hoger de opleiding, hoe hoger je uurloon kan worden. ‘Natuurlijk heeft een 55-plusser, die vast zit aan allerlei verplichtingen, het dan moeilijker dan een twintiger, maar ook die kan kijken naar zijn capaciteiten en bedenken wat hij daarmee kan. Apps maken is bijvoorbeeld helemaal niet zo ingewikkeld. Maar als je gaat investeringen in scholing, moet je wel de terugverdientijd van die opleiding in de gaten houden.’

Daar is volgens hem een rol weggelegd voor de overheid. ‘Onze uitkeringen geven nu recht op geld. Ik zou dat willen veranderen in recht op geld en scholing. Iemand in de WW mag eigenlijk alleen solliciteren, want hij moet beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt. Maar juist de periode tussen twee banen in, is dé beste tijd om te leren. En verder ben je vooral zelf verantwoordelijk.’

Volg mij in Blendle/Cafeyn

Lees ook Grote uitdaging? Ga voor the deep simple

Mijn gekozen waardering € -

Ruud Poels schrijft over veranderingen die hij ziet in de nieuwe economie. Hoe vinden mensen en organisaties daar hun weg in? En worden we er gelukkig van?