LP’s gaan nooit uit de mode want ‘oude liefde roest niet’

Een langspeelplaat of vinylplaat - lp of elpee - is een grammofoonplaat van vinyl met een doorlopende microgroef die ruimte biedt voor een half uur muziek. Niks vergeleken bij moderne online muziekbibliotheken. Toch blijft de lp populair.

Richelle (43) is vormgever en dj. Ze heeft meer dan 1500 platen.

“Mijn platen zijn me dierbaar. Ze roepen allemaal een herinnering of gevoel op. Mijn eerste plaat kreeg ik van mijn moeder. Ik zal het nooit vergeten. Het album Ben, van Michael Jackson. We kochten hem in de Bijenkorf, ik was vier jaar. Een paar jaar later zag ik hem live in de Kuip. Mijn eerste concert samen met mijn vader. Verrekijker mee. Ik was zo zenuwachtig dat ik de hele tijd moest plassen.

Ik ben opgegroeid met muziek. Mijn moeder had een moderne jazzballetschool en mijn vader was jazzliefhebber. Op zondag was er klassieke muziek, verder de Beatles, Stones en heel veel  jazz. Miles Davis, Cannonball Nat Adderley … Het zijn nog steeds favorieten. Heel belangrijk is ook Dave Brubeck. Ik draaide hem full time toen ik het huis van mijn peetvader huurde. Op de oude pick-up van mijn ouders. Die had ik meegenomen. Het was een oud huis aan een mooie laan in Rotterdam. De muziek paste perfect bij de setting. Mijn peetvader is helaas overleden, maar als ik Dave Brubeck draai, voelt het weer even als toen.

Ik heb altijd platen verzameld, maar de echte verslaving kwam rond mijn 18e. Het begon met een bandje met experimentele elektronische muziek. Ik had het van iemand gekregen en vond het ongelooflijk. Zoiets had ik nog nooit gehoord. Ik luisterde het over en over. In een platenzaak vond ik muziek van muzikanten als Boards of Canada en Aphex Twin. Toen begon de ellende, ik wilde meer en meer. Ik struinde platenzaken af en kocht voor vijftig tot honderd gulden per week. Alles wat ik goed vond. Van oude Disco tot House en Jazz.

Op mijn 21e ging ik op mezelf wonen. Ik werkte ondertussen als stewardess. Het dj-en begon een paar jaar later. Heel spontaan. Ik raakte in een eetcafé aan de praat met de eigenaar over muziek. We raakten niet uitgepraat en vroeg me mijn jazzplaten eens mee te nemen. Hij legde me uit hoe de apparatuur werkte en toen ik later de draaitafel van een ex-vriendje overnam, kwam de techniek vanzelf. Ik heb veel gedraaid in clubs in de stad. Ik draai nog steeds, maar liever op kleine, intieme feestjes. Dat grootschalige is niks voor mij. Net zoals dat minimal house van tegenwoordig. Ik houd van warme, volle melodieuze muziek. Muziek van vroeger.

Hoe het komt weet ik niet, maar ik heb een zwak voor ‘vroeger’. Ik houd van oude sieraden en antieke meubels. De mooie afwerking, de aandacht waarmee het gemaakt is. Het straalt rust uit. Net als platen. Ze vragen om tijd en aandacht. Het opzetten alleen al: de plaat uit de hoes halen, de naald erop, wachten tot het begint… Altijd een spannend momentje. Mijn Franse geliefde en ik dromen van een Bed&Breakfast in Frankrijk. Een plek van rust en aandacht. Met een klassiek interieur, goed eten en mooie muziek. Natuurlijk gaan al mijn platen mee. Ik fantaseer nu al over de antieke kast waarin ze komen te staan!”

Leny (57) is docent en moeder van een dochter. Ze heeft een stuk of zestig platen.

“Ik heb mijn oude pick-up ook nog, maar de naald is stuk. Ik luister tegenwoordig via de computer. Toch houd ik nog steeds van mijn platen. Ze roepen zoveel herinneringen op. Mijn eerste lp was Hotel California van The Eagles. Ik kreeg hem van mijn oom en tante op de kermis. Een mooie jeugdherinnering. Ik was twaalf of dertien, jong en onschuldig.

Van mijn eerste vriendje kreeg ik de hele collectie van Steely Dan voor mijn verjaardag. Ik draaide ze grijs. Ik was weg van die muziek! En nog steeds. Ik heb ze onlangs voor het eerst live gezien. Dat was geweldig en twintig jaar wachten waard!

Ik hield van veel soorten muziek, behalve disco. Het moest een beetje alternatief zijn. Rock, punk, blues. Fleedwood Mac, Ricky Lee Jones, Human League, Frank Zappa, The Smiths. Alles wat ‘anders’ was. Ik groeide op in een klein dorp, en zat op een christelijke mavo. Mijn ouders luisterden country and western. Ik wilde meer, anders…

‘s Middags lag ik op mijn bed naar de radio te luisteren. Muziek fungeerde als eyeopener voor mij. The Doors bijvoorbeeld. Ik had nog nooit zoiets gehoord. Het was grensverleggend. Ook qua uiterlijk werd ik beïnvloed door de muziek. Op mijn 18e kocht ik een plaat van The Thompson Twins. Een van de twee heeft een wilde bos blonde krullen. Geweldig, vond ik. Dus liet ik meteen mijn haar permanenten. Ik droeg ook alternatieve kleding. Oma-jasjes en bloesjes met kant aan de voorkant. En heel strakke spijkerbroeken. Die nam ik stiekem in op de naaimachine van m’n moeder. Verder was ik eigenlijk heel braaf. Ik rookte niet, dronk niet en nam geen drugs. Ik wilde alleen een beetje shockeren. Ik nam een plaat van Van Halen mee naar de muziekles: Running with the Devil. Ik vond The Tubes ook geweldig. Zij gingen naakt op het podium. Zeer shocking in die tijd. En White Punks on Dope, de naam alleen al!

Op mijn zestiende werkte ik vier dagen als kapster. Ik ging ook een dag naar school, maar verdiende wel al mijn eigen geld. Dat ging grotendeels op aan muziek. Ik kocht het in de locale platenzaak: Elperado. Daar ontmoette ik mijn tweede serieuze vriendje. De zoon van de eigenaar. We hebben zeven jaar samengewoond. Ik was veel in de zaak. Er waren heerlijke stoelen en ze draaiden alles wat je wilde. Ik zocht ook platen uit op de hoes. Een goede hoes was het halve werk. Alleen al daarom had ik moeite met de overgang naar cd’s. Die kleine gekke doosjes. Ik miste die mooie hoezen. Mijn favoriete hoes was van Led Zeppelin, een kleurplaat die kleurde als je hem nat maakte. Ik ben gewoon heel erg gehecht aan mijn platen. Ze hebben sentimentele waarde. Ik zou ze in ieder geval nooit bij de vuilnis kunnen zetten. Dat doet te veel pijn.”

Olivier (50) is businessspecialist en fotograaf. Hij heeft een verzameling van 2000 lp’s.

“Mijn eerste plaatje kocht ik in 1982. Een singeltje van de musical Youth. De eerste van velen… De broer van mijn beste vriendje had een disco drive-inn show. Ik vond het geweldig en wilde ook dj worden. Toen hij stopte op zijn 18e, waren wij te jong om het over te nemen. De platen gingen naar andere dj’s. Zonde! Ik realiseerde me laatst dat ik in de loop der jaren zo ongeveer alles heb teruggekocht wat ik destijds had kunnen hebben. Die verzameling was mijn inspiratie.

Een paar jaar later had ik twee draaitafels en een mengpaneel. Ik had geen serieuze ambities, maar vond het leuk om mijn muziek aan anderen te laten horen. Ik draaide op feestjes.

Mijn smaak is divers. Als tiener was het vooral disco, rap, hiphop en ska. Ik kocht platen van Madness, Run DMC en Rapper’s Delight. Je weet wel: I said  a hip, hop, the hippie the hippie to the hip hip hop…  Maar Stevie Wonder stond bovenaan. En nog steeds! Zijn muziek omvat alles: jazz, funk, hiphop. Het gaat diep naar binnen. Mijn benen gaan er spontaan van bewegen.

Geld voor uitgaan en platen verdiende ik samen met mijn beste maatje. We hadden ‘de jonge ondernemers oppas- en autowascentrale’. Later, toen ik studeerde en voor stadsradio Rotterdam werkte, begon het échte verzamelen. Ik kom uit een familie van fotografen en boekenhandelaren. Verzamelen zit in de genen. Ik heb ook minstens 500 boeken in de kast staan. Een lp van The Doors, wekt mijn interesse in Jim Morisson. Dan lees ik een boek over zijn leven, en dat brengt me weer bij een volgend boek of lp. In de loop van twintig jaar heb ik zo een aardige verzameling opgebouwd. Ik kocht ze op de markt. Iedere dinsdag. ‘s Ochtends waren ze een gulden, ’s middags een kwartje. Ik heb ook geweldige platen uit de collectie van de Openbare Bibliotheek. Die kwamen op de markt toen ze overgingen op cd’s. Herman Brood voor vijf gulden. Onbetaalbaar!

Ondanks mijn platenverzamelwoede, ben ik geen muziekgek. Ik kan zonder. Het heeft meer te maken met nostalgie en jeugdsentiment. Ik heb bijvoorbeeld ook platen van John Travolta, terwijl ik die muziek niks vind. Maar die hoes, dat tijdsbeeld! Geweldig. Ik moest heb hebben. Hetzelfde geldt voor platen uit mijn vroegere jeugd: Bassie en Adriaan, Tita Tovenaar en hoorspelen met Ko van Dijck. Die draai ik nu voor mijn nichtje. Kinderen vinden ouderwetse platen fantastisch. Ik ook nog steeds, al heb ik nu ook heel veel digitaal. Het is tijd om mijn collectie uit te dunnen. Het neemt veel plek in beslag. Maar platen van de Stones, Beatles en andere favorieten doe ik natuurlijk nooit weg. Ze hebben mij gevormd. Ik ga binnenkort naar New York, en mijn fascinatie voor die stad wordt nog steeds gefuled door de rap en hiphop muziek van vroeger. Die platen zijn mijn jeugd.”

Kader

Een langspeelplaat of vinylplaat, vaak afgekort tot lp of elpee, is een grammofoonplaat van venyl met een doorlopende microgroef die ruimte biedt voor een half uur muziek.

De afkorting lp staat voor long play. Lp’s hebben een diameter van 30 cm (12 inch) en moeten  op 33⅓ toeren per minuut worden afgespeeld. Andere platenformaten zijn singles en ep’s. Elke grammofoonplaat heeft per zijde één doorlopende groef bestaande uit de inloop, daarna de opname en aan het eind de uitloop.

Met de komst van cassettebandjes, cd’s en uiteindelijk online varianten verdween de lp uit beeld. Maar sinds een jaar of tien maakt de lp weer een opmars in de hiphop en dance-scenes. Dj’s gebruiken een lp of maxisingle als een muziekinstrument om te scratchen en voor ‘beat juggling’. Er zijn nog steeds bedrijven die lp’s produceren en steeds meer artiesten brengen nieuwe albums weer op vinyl uit. ONder verzamelaars is altijd belangstelling gebleven voor vinylplaten.

Foto van KrayBoul via Unsplash

Mijn gekozen waardering € -

De artikelen van Anne verschenen eerder in tijdschriften en kranten waaronder Fabulous Mama, Viva, Margriet, Linda en NRC Next. Anne is cultureel antropoloog en eigenaar van Uitgeverij 11