Waarom Rusland een logisch doelwit is voor IS

Op vrijdag 22 maart 2024  werd Rusland opgeschrikt door een bloedige aanslag, die aan meer dan honderd mensen het leven kostte. Op X werd snel de vergelijking getrokken met 1999. Toen bliezen Tsjetsjenen flatgebouwen in Moskou op, waarop Rusland meteen de Tweede Tsjetsjeense Oorlog startte. Achteraf bleek de aanslag in 1999 mogelijk georkestreerd door de FSB, om zo die tweede oorlog in Tsjetsjenië, in de Kaukasus, te kunnen legitimeren. Het is cruciaal om bij deze huidige aanslag in een concertgebouw in Moskou geen overhaaste conclusies te trekken. Rusland verkeert immers al decennia in conflict met moslimextremisme. Daardoor ligt een samenzweringtheorie waarin Rusland zelf verantwoordelijk zou zijn voor de aanslag veel minder voor de hand. Dus, waarom besloot IS om een aanslag op Rusland te plegen?

De voorgeschiedenis van Rusland met moslimextremisme vormt een belangrijke rode draad in de politieke carrière van Vladimir Poetin. Zijn reputatie als sterke leider is in feite ontstaan door het hardhandige optreden van hem als premier van Jeltsin tegen de Tsjetsjeense separatisten en moslimfundamentalisten tijdens de Tweede Tsjetsjeense Oorlog in 1999.

Na de aanslag in Moskou in september 1999, viel het Russische leger Dagestan binnen om ‘orde op zaken te stellen.’ Hierbij verviel net zoals in Oekraïne het oorlogsrecht compleet en werd Grozny met de grond gelijkgemaakt. Niet voor niets vergeleek de Volkskrant in de herfst van 1999  Poetin al snel met Milošević toen er in Tsjetsjenië ongekend veel burgerslachtoffers vielen in de steden waar voornamelijk moslims wonen.

Voorgeschiedenis

Maar ook de Tweede Tsjetsjeense Oorlog kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Met alleen maar de bomaanslagen had Rusland nooit een nieuwe Tsjetsjeense oorlog kunnen legitimeren. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 verklaarde Tsjetsjenië zich onafhankelijk, wat Rusland weigerde te erkennen. Maar pas in 1994 brak de Eerste Tsjetsjeense Oorlog (1994-1996) uit, die eindigde met een broze vrede door het Khasavyurt Akkoord. Dit gaf Tsjetsjenië enige mate van autonomie. Deze autonomie leidde echter tot een salafistisch en jihadistisch bolwerk dat voor Rusland voor veel veiligheidsproblemen zorgde. De aanslag op de flatgebouwen in Moskou was dus de spreekwoordelijke druppel die de emmer deed overlopen. Door het meedogenloze optreden van Poetin in Tsjetsjenië veranderde het imago van de onbekende bureaucraat Poetin naar dat van een sterke leider.

De islam binnen Rusland

Rusland onderscheidt zich van veel Europese landen doordat het deels in Europa en deels in Azië ligt. Rusland is, in tegenstelling tot veel Europese landen, geen natiestaat, maar een multi-etnisch imperium. Hierdoor heeft Rusland ondanks een dominante oost-orthodoxe identiteit, ook gebieden waar de meerderheid van de bevolking moslim is. In Rusland is de islam een integraal onderdeel van de Federatie en vervult het een rol vergelijkbaar met die van de orthodoxe kerk: het dient als moreel geweten en is daarmee in lijn met het Kremlin.

Omslagpunt

Vanaf Poetins derde presidentstermijn (2012-heden) is een duidelijke ideologische verschuiving waarneembaar, die in academische kringen de ‘civilization turn’ wordt genoemd. Deze verschuiving houdt in dat Rusland haar eigen waarden nadrukkelijk begon te onderscheiden van westerse waarden. Dit nieuwe beleidsconcept, dat vooral na 2013 vorm kreeg, promoot ’traditionele familiewaarden’ en positioneert zich tegen het ‘decadente en goddeloze’ Westen. Hoewel deze draai in de westerse media soms wordt beschreven als etno-nationalisme, is dat een misvatting. Poetins nadruk op familiewaarden dient twee doelen: het versterkt het ideologische verschil met het Westen èn het vergaart de steun van niet-Moskovieten voor de Russische staatsideologie. Dit blijkt een effectieve strategie te zijn.

Na de recente aanslag van maart ’24 in het Moskouse Theater benadrukte Poetin dat de islamitische gemeenschap al langer het doelwit is van jihadistische aanslagen. Dat onderstreept precies zijn pogingen om Russische moslims te verenigen rond zijn ideologische en antiwesterse beleid. Zo slaat bijvoorbeeld de antiwesterse, anti-decadente en anti-LHGBT propaganda niet alleen goed aan bij Moskovieten, maar ook bij Russische moslims in de Aziatische delen van Rusland. Toch heeft Rusland ook te kampen met jihadisten die vanuit Rusland zich hebben aangesloten bij IS.  Dit toont aan dat Rusland haar best moet doen om de Russische moslims aan de staatsideologie te binden.

Rusland in conflict met moslimterrorisme

Rusland is inmiddels al jarenlang in conflict met het moslimextremisme. Dat was in feite al het geval toen de Sovjet-Unie uiteenviel in 1991 en verschillende republieken hun onafhankelijkheid verkregen. Ook de Tsjetsjeense Republiek wilde dit verkrijgen, maar faalde hierin. In 1999 kreeg Rusland Tsjetsjenië met gruwelijk oorlogsgeweld op de knieën. Ook recenter, vanaf september 2015 heeft Rusland in Syrië vaker ziekenhuizen en scholen platgebombardeerd en de plaatselijke bevolking geterroriseerd. Hiermee heeft Rusland actief grote vluchtelingenstromen aangewakkerd. Ruslands oorlogsmisdaden die we in Oekraïne dagelijks zien plaatsvinden, zijn dus allesbehalve nieuw.

Daarom is het niet verrassend dat IS Rusland als een uitgelezen doelwit ziet, ook al omdat IS en Rusland elkaar bevechten in Syrië. Bovendien werpt Rusland zich vaak op als de hoeder van het christendom, aangezien het Westen in hun ogen ‘te’ seculier is geworden. IS noemt Rusland soms ook ‘crusaders’, omdat Rusland het christendom vaak inzet als onderdeel van de ideologische strijd tegen het Westen. Nu slaat dat terug in Ruslands gezicht.

Inside job?

Toch is er een aantal mensen dat meteen na deze aanslag op 22 maart ’24 beweerde dat er sprake was een samenzweringstheorie: Rusland zou zelf deze aanslag hebben uitgevoerd om bijvoorbeeld een nieuwe mobilisatieronde ermee te kunnen legitimeren. Deze visie is wat mij betreft onovertuigend, vooral omdat deze aanslag Rusland veel schade toedient, en Poetin in het bijzonder. Natuurlijk kan er sprake zijn van ongekend veel fouten tijdens zo’n interne militaire operatie, maar veel wijst juist op het tegenovergestelde van een “inside job”, dus dat Russische veiligheidsdiensten de aanslag zelf hebben ondernomen. Immers, er zijn lugubere beelden vrijgekomen van een Russische veiligheidsofficier die een oor van een van de verdachten zou hebben afgesneden. Als één van de aanslagplegers namens de geheime dienst opereerde, dan zou dat nooit gebeurd zijn. Kortom, als men beweert dat het om een ‘inside job’ gaat, dan moeten daar sterkere argumenten voor komen.

Oekraïne de schuld geven

Dan nog het scenario om Oekraïne de schuld te geven van deze recente aanslag. Ook dat scenario snijdt geen hout. Dan was een symbolisch doel veel logischer geweest, zoals een kerk of een historisch monument in Moskou. Sterker nog, Rusland heeft erg veel moeite om het narratief om te buigen dat Oekraïne verantwoordelijk is voor deze recente aanslag. Ook voor Poetin geldt  “never waste a good crisis”, maar in dit geval is Rusland vooral aan het improviseren. Als er sprake was geweest van een vooropgezet plan, dan hadden ze er toch wel voor gezorgd dat ze Oekraïne wat makkelijker konden beschuldigen van betrokkenheid? Bovendien, Rusland heeft helemaal geen crisis nodig om de mobilisatie af te kondigen. Daarmee is de huidige politieke context ook fundamenteel anders dan in 1999, toen Rusland door de aanslagen op de flatgebouwen in Moskou Tsjetsjenië kon binnenvallen.

Kortom, alles wijst erop dat Rusland door deze recente aanslag is overvallen en improviseert vooral om de crisis in haar voordeel uit te buiten. Daarom is het erg logisch dat IS achter de aanslag zit. Hoewel Rusland en IS beiden de Westerse wereldorde willen vernietigen, zijn ze allesbehalve bondgenoten. Dat blijkt maar weer eens.

Hidde Bouwmeester

Historicus, gespecialiseerd in Oost-Europa, schrijft op zijn website over geschiedenis en Oost-Europa en werkt met donatiemodellen.

Mijn gekozen waardering € -

Historicus, studeerde de Geschiedenis van de Internationale Betrekkingen aan de Universiteit van Amsterdam. Schreef zijn masterscriptie over de verhoudingen tussen Rusland en de NAVO en is gespecialiseerd in de Post-Sovjetunie.